Hoe de vier Keur-Uorsten der Staten Schepen van den Rijn-stroom verdreven hebben / in Augusto 1580.
[1580.] DE Heeren Staten siende ende bevindende dat de Prince van Parma meester in't velt was / ende dat hy groot ghewelt was bedrijvende/ende daghelijcx dieper ende dieper in't Landt socht te comen/soo hebben sy nevens andere middelen welcke sy by der handt namen om sijn voornemen ende loop wat te breken / oock gheraedtsaem ghevonden hem de passagien ende toevoer van victualie / amonitie / ende crijchs-volck over de Revieren te benemen ende te becommeren/daer toe de Staten veel beter gelegentheyt ende middelen van Schepen ende Scheeps-volck hadden / als haren vyandt. Sy hebben hare uytleggers op de Mase/ ende op den Rijn geleyt/ wel gemant/ende elck Schip versien met thien of twaelf goede metalen stucken Gheschuts/ welcke den Rhijn hooghe op seylden/tot voorby Ceulen/ jae tot Bon / ende somtijts noch hoogher. Eenighe der Boots-ghesellen ofte Soldaten somtijts op het Landt tredende / deden oock de passanten/ ende anderen die voor de handt woonden / schade ende onghemack aen: Meynende op hare wijse / dewijle de Spaensche in die contreyen/ende daer om her daghelijcx quamen / moet-wille bedreven / de lieden beroofden / ende quelden / sonder dat sonderlincx over haer gheclaecht wierdt: Der Staten Boots-volck ende Soldaten dit siende /meynden dat het haer oock wel vry stondt sulckes in neutrale Landen te doen/ niet eens denckende dat het niet even vele en is wie dit of dat doet / maer datmen het van den eenen beter wil ende can verstaen als van den anderen/
Idem factum aut dictum non ab eodem, non est idem:
Jmmers alsser meermaels over der Staten volck [1580.] clachte gecomen was aen de Keur-Vorsten van Ceulen/ Mens/ Trier/ en Phals / welcker Landen lancx den Rhijn grensen en palen / soo hebben sy / ofte immers den meesten deel der selfder / ghedacht ende geachtt/dat het haer betaemde hare stroomen/straten/ en steghen te vryen van het vreemde Crijchs-volck/op dat hare ondersaten vry en vranck mochten reysen en trecken / waer het haer gheleghen was: Sy hebben dan eenighe Schepen toegherust / als Galeyen/welcke sy met volck / gheschut / ende alle noodt-druft hebben versien ende versorcht / ende hebbense in Augusto Anno 1580. afghesonden / om der Staten oorlochschepen nederwaerts te drijven/d'welck sy lichtelijck/ jae schier sonder slach of stoot ghedaen hebben: Niet om dat der Staten Schepen haer teghen de Galeyen der Vorsten niet setten en dorsten / of vreesden van de selfde overwonnen ende geslaghen te worden: Maer om dat het haren last niet en was haer te stellen teghen de Schepen ofte Ondersaten ende Crijchs-volck der Keur en Vorsten van Duytsch-lant/met de welcke de Heeren Staten / ende sijn Princelijcke Excellentie alle goede naebuyrschap sochten te hebben ende te houden / ghelijck sy oock ghedaen hebben met alle andere hare benaebuyrde Princen/ Heeren / Republijcken ende Steden / die den Neder-landtschen Crijch niet aen en ginck / of sich daer niet in en staken/so dat dan der Staten Schepen meer vrywillich/ vredes halven/ van de Rivieren ghescheyden ende vertrocken zijn / dan dat sy sulcx uyt dwanck ofte gewelt der Hooch-duytscher Vorsten Schepen ende Galeyen te doene ghenoodtsaeckt zijn gheweest.
----- Faciles imitandis
Turpibus & pravis omnes sumus.