Gedichten uit de verschillende tijdperken der Noord- en Zuid-Nederlandsche literatuur. Deel 2. 1ste en aanvang der 2de helft van de XVIIe eeuw(1852)–J.A. Alberdingk Thijm– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Voor een boeck aen joffrou Anna Roemers. [Door Huygens.] De schrijver van dit Boeck, beschrijver van dit blad, Bad Roemers oudste kind sijn' Leserin te wesen: En soo sy 't schrappen wil met een doorgaende klad, Bekent hy voor-de-hand het vonnis wel gewesen. Sijn voornaam is een C. sijn toenaem is een H. Sijn bynaem, Eewigh vrient van Anne en Tesselscha. Vorige Volgende