Gedichten. Deel 3a. Apparaat

[520] Daemon

Overlevering

M^1	Manuscript, collectie J. Vermeulen, H-20,vi.
D^1	Sintels, p. 28.
D^2	Hoonte, p. 37.
P^1	Eerste proef D^3, H-88.
P^2	Tweede proef D^3, H-89.
D^3	Cryptogamen iii, p. 200.
M^2	Kopij D^4, H-122.
D^4	Verzamelde gedichten, p. 666.

[p. 386]

[521] ‘Embryo ii’, M¹ (collectie J. Vermeulen)

[p. 387]

Datering

Vóór 29 december 1943

Leestekst

M¹

Varianten en correcties

Reekstitel	[ontbreekt] > Kwatrijnen D^1
Titel	Daemon > Daimon D^1-D^4
1	waar > waarin D^1-D^4
1	onder, > onder D^1-D^4
4	uilen > de uilen D^1-D^4

Commentaar

^1	Blijkens een aantekening van Jan Vermeulen, overgenomen uit het ‘Gedateerde schrift’, is de ontstaansdatum van dit gedicht 2 april 1937. Zie verder § 6.1.
^2	Zie [511] ‘Glazenwasscher’, noot 1.
^3	M^1 is een door Jan Vermeulen vervaardigd afschrift. Het gedicht staat - onder de titel ‘Daemon’ - ook vermeld in een vroege versie van de inhoudsopgave van Morendo. Vermeulen was blijkbaar niet op de hoogte van het feit dat Achterberg het gedicht reeds in Sintels had ondergebracht. Zie verder § 21.2.1.
^4	In D^1 is dit gedicht, samen met [251] ‘Vincent’ en [519] ‘Code civile’, gepubliceerd onder de gezamenlijke titel ‘Kwatrijnen’.