Gedichten. Deel 1. Teksten
(2000)–Gerrit Achterberg– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 501]
| |
[990] Hecate(aant.)Een witte nevel hangt boven het veld.
't Sylphidenheir is met u heengesneld.
De viersprong onderweg kijkt recht vooruit
en neemt van boom tot boom een kort besluit.
5[regelnummer]
Nu Hecate zich daar heeft opgesteld,
ben ik de ongewijde voor wie geldt
wat op de paddestoelen staat vermeld.
Met zwarte runen wijst een woord me uit,
waarbij 't getal de kilometers duidt
10[regelnummer]
van de bancirkelslag in de natuur.
De bossen worden overal taboe.
Ik overweeg, haar in het geestenuur
't offer te brengen van een wild konijn.
Misschien zal de godin ons gunstig zijn
15[regelnummer]
en komt ge van vier kanten op me toe.
|
|