Gedichten. Deel 1. Teksten
(2000)–Gerrit Achterberg– Auteursrechtelijk beschermd[921] (De blikken van voorbijgangers braveren.)(aant.)De blikken van voorbijgangers braveren.
Doen of ik iemand ben bij elke stap.
Zoals ik deed als knaap en voor de grap
om mij daarmee allure aan te leren.
5[regelnummer]
Doen of ik niemand ben en zo riskeren
te zweven tussen schouderklop en trap
tussen verlakkerij en achterklap,
maar altijd dupe van de hoge heren.
Voor obers en portiers ben ik het bangst.
10[regelnummer]
Een klein vergrijp tegen de etikette
moet ik bekopen met een blik die kwetst.
Ook al beweeg ik me op 't allernetst,
ze blijven uit de verte op mij letten.
Het eind waaraan zij trekken is het langst.
|
|