Gedichten. Deel 1. Teksten
(2000)–Gerrit Achterberg– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 11]
| |
[11] De zwijgende rivier(aant.)'k Ben thans vertrouwd met 't water van den Rijn,
ik zie het kortjes langs mijn boezem glijen,
waar 'k lig in droome-land verloren;
eind'loos trekken schepenrijen.
5[regelnummer]
het schuivende water volgt breed zijn weg,
een zwijgend voortspoeden naar zee;
meevoerend een stilte, die tot mij spreekt,
als droeg het een lang, diep geheim met zich mee.
|
|