Als Jezus daarna zegt: ‘Wie van dit water drinkt zal weer dorst krijgen, maar wie gedronken zal hebben van het water dat Ik hem geven zal, die zal in eeuwigheid geen dorst meer krijgen,’ dan roept de Samaritaanse vrouw uit: ‘Heer geef mij dat water!’ zonder te begrijpen dat de Zaligmaker in beeldspraak spreekt. Maar de gedachte alleen al dat er water bestaat, dat alle dorst voorgoed lest, vermag de Samaritaanse zo te fascineren, dat zij onmiddellijk om dat water vraagt, iets wat de Westerling, die de Oosterse dorst niet kent, volkomen vreemd is. In het Oosten is het begrip water synoniem met leven. Jezus zegt dan ook, dat het water dat Hij geeft het eeuwige leven zal schenken. ‘Het water dat Ik hem geven zal, zal in hem worden tot een bron van water, dat opspringt tot in het eeuwige leven.’ Water is in het Oosten iets, dat men altijd moet geven aan degene, die het vraagt. Als uw ergste vijand er u om vraagt dient gij het hem terstond te geven en eerst daarna moogt gij uw zaken met hem vereffenen. Zoudt gij dit nalaten dan zou de publieke verachting u treffen. Het is een der strengste voorschriften van de mohammedaanse wereld. Zit ge op een Oosters terrasje, dan neemt de dorstige bedelaar, die passeert, met een hoofdknikje het glas water weg, dat naast uw koffie staat geserveerd, en het is zijn volste recht. Water weigeren zou gelijk staan met een aanslag op iemands leven. Jezus somt onder de verwijten, die de verdoemden in de oren zullen klinken, dan ook het niet geven van water aan dorstigen op. ‘Gaat weg van Mij, vervloekten, in het eeuwige vuur. Ik ben dorstig geweest en gij hebt Mij niet te drinken gegeven.’ De ergste dorst, die de mens kan lijden, is de dorst in de woestijn. Men behoeft slechts eenmaal in de zomer door de woestijn getrokken te zijn om dat te kunnen begrijpen, ook al heeft men dranken in overvloed bij zich. De onbarmhartige hitte maakt de tong dor als leer. En de oneindige,
naakte zandvlakte zonder enige koelte of groen begint ten slotte op de verbeelding te werken als een boze droom. Overal schept de trillende