Nieuw biographisch, anthologisch en critisch woordenboek van Nederlandsche dichters. Deel 3
(1846)–A.J. van der Aa– Auteursrechtvrij
[pagina 404]
| |
[A.P. van Ysselstein]Ysselstein (A.P. van), die op het laatst der vorige en het begin dezer eeuw leefde, gaf proeven van zijn dichttalent in de Kleine Dichterlijke Handschriften, die vloeijend gerijmd zijn. Men oordeele uit een gedeelte van het stukje getiteld: Het beoefenen der deugd, de beste rust voor het hart. Als alles, alles ons verlaat,
De laatste vriend zelfs ons verraadt,
Dan is 't gevoel der deugd een troost in 't bitterst lijden:
Haar vriend staat onverwrikbaar pal;
Ook in het nijpendste ongeval
Blijft hem de rust van 't hart voor 't wroegend leed
bevrijden.
Een stroom van waar genot en heil
Vloeit in zijn hart, tot boven peil;
Hij leest uit distlen zelfs de keurigste artsenijen.
Verloochening
van zin en lust
Geeft aan zijn ziel die kalme rust,
Om wier zoo zacht genot zelfs englen zich verblijên enz.
Ga naar voetnoot1.
|
|