Nieuw biographisch, anthologisch en critisch woordenboek van Nederlandsche dichters. Deel 2
(1845)–A.J. van der Aa– Auteursrechtvrij[Anna Maria Moens]Moens (Anna Maria), geboren den 30 Augustus 1777, overleden 10 Maart 1832, op den huize Kernheim, waar zij een opvoedings instituut gevestigd had, heeft, behalve eenige stukjes in de Kleine Dichterlijke Handschriften, in het licht gezonden: Dichterlijke proeve over de Vriendschap en het wederzien onzer Vrienden in de eeuwigheid, beide rijmeloos, waarbij ten slotte gevoegd is eene cantate: Het uitzigt der Vriendschap. Ten proeve van haren dichttrant strekke hier het stukje getiteld: Leven. | |
[pagina 425]
| |
Hoe ijdel is de mensch! hoe vlugtig is het leven!
Wij zijn een' droom gelijk, die bij 't ontwaken vliedt!
Een ongestoord geluk is op de wereld niet.
Zelfs in des levens jeugd, als lentekoeltjes zweven,
Rukt vaak een stormwind op ons aan,
Ontrolt ons vaak een stille traan
Niet zelden wordt een roos in zoele lentedagen
Door felle stormen neêrgeslagen;
Dan, wat op aarde ons treff', hoe fel de ramp ook woed',
Aan de overzij des grafs is 't eind van tegenspoedGa naar voetnoot1.
|
|