Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 3

[Adriaan van Cuyck van Meteren]

CUYCK VAN METEREN (Adriaan van), heer van Meteren en Kerkwijk. Hij stamde af van het grafelijk geslacht van Cuyck, was kolonel en kommandant van Woudrichem en Loevestein, en is in de geschiedenis bekend door het vervoer, der zes, op den 30^sten Julij 1650 in 's Gravenhage in hechtenis genomen regenten, naar Loevenstein. Hij huwde in 1630 met Emmerentia van Aerssen, dochter van Jacob, president van het hof van Brabant, nicht van den beroemden François van Aerssen, heer van Sommelsdijck, die hem de volgende kinderen schonk.

[p. 938]

1. Jan van Cuyck van Meteren, heer van Kerkwijk, afgevaardigde van het kwartier van Nijmegen, ongehuwd in 1668 overleden. 2. Jacob van Cuyck van Meteren, heer van Meteren, kolonel der infanterie en kommandant van Bergen op Zoom, gehuwd met Arnoldina van Beaumont, kinderloos in 1694 overleden. 3. Maria van Cuyck van Meteren, ongehuwd overleden in 1663. 4. Adriaan van Cuyck van Meteren, in 1629 luitenant der Gardes, nam in dat jaar een dapper aandeel aan de belegering van 's Hertogenbosch, door Frederik Hendrik. In 1659 woonde hij als kolonel den veldslag op Fune bij, waar hij met leeuwenmoed de Nederlanders tegen de Zweden aanvoerde en dezen op de vlugt dreef; later streed hij in den oorlog tegen den Bisschop van Munster, diende in 1672 onder Willem III, en sneuvelde in 1676 in het beleg van Maastricht; ook hij was ongehuwd, even als 5. Joris van Cuyck van Meeteren, die in 1674 overleed.

De heerlijkheid Meteren bij Geldermalsum, kwam, na het overlijden van bovengenoemde Jacob, in 1694 aan diens neef Cornelis van Aerssen, heer van Hogerheijde, Voshol enz., ontvanger-generaal van Holland.

Zie Bosscha, Neérl. Heldend. te Land, D. II. bl. 16, 32; Geschied. aanteek. omtrent Frederik Hendrik, bl. 83; van Sijpestein en de Bordes, Geschied. van den Corl. in 1672. bl. 31; Kron. van het Hist. Gen., D. VIII. bl. 430, 431.