[Jan Canis]
CANIS (Jan) of Johannes Canisius, mede een neef van Pieter Canis, werd, ten jare 1569 te Nijmegen geboren, en in 1597 te Trier in het Genootschap der Jesuiten opgenomen.
Sedert werd hij in genoemde stad tot Hoogleeraar over de gewetensgevallen, Biechtvader en Prediker aangesteld, in welke laatstgemelde hoedanigheid hij gedurende twee jaren bij den Spaansche Koning diende, levende in gestadig geschil met lieden van andere geloofsbelijdenis.
Men verzekert, dat hij een werk tegen de ketterij en de ketters geschreven heeft. Hij stierf te St. Wynoksbergen in 1613.
Zie van Hoogstraten en Brouërius van Nidek; Groot Algem. Hist. Woordenb. de Chalmot, Biogr. Woordenb.