De zingende kruijer
(ca. 1850)–Anoniem Zingende kruijer, De– AuteursrechtvrijZich vermakende met een aantal fraaije Liederen, welke veel gezocht en gezongen worden. Alle op bekende en aangename wijzen.
[pagina 5]
| |
Haar trouw mij had gezworen,
Een ander koos voor mij.
2[regelnummer]
Wat heb ik niet al jaren
Staan hunkeren om die meid,
Of ik haar mogt begluren,
Ach, welk een malligheid!
Hoe deed zij mij wel wachten,
In hagel, sneeuw of wind,
Daar ik was vol gedachten,
Dat 'k hart'lijk werd bemind.
3[regelnummer]
Maar ze nam een ander minnaar,
Waarom, dat weet ik niet?
In plaats dan van verwinnaar,
Zij mij de nek nu biedt.
Maar ik verfoei haar streken,
Verwenscht haar snood bestaan,
Om de ontrouw mij gebleken
Spreek 'k nooit een meid weêr aan.
4[regelnummer]
Heeft een mij loos bedrogen,
En hoop te leur gesteld,
Mij schand'lijk voorgelogen,
En mij te wreed gekweld.
Geen tweede zal mij schade,
Ik zoek geen ander meer.
Ik verhuis zoo een versmaade
En geef aan Bagchus eer.
5[regelnummer]
Ik ruil voor 't laffe minnen,
Het hartig drinken, ja,
De wijn streelt al mijn zinnen,
En laat geen zorgen na.
Weg, weg, met Kaatje of Trijntje,
Mijn liefde nooit meer waard,
Maar uw genot, o wijntje!
Is al mijn hulde waard.
|
|