Brieven
Hermaan Kesten
Alle waardering dat Eva Cossee zo'n ruime aandacht wijdt aan mijn cover-story De laatste Duitse emigrant? Op bezoek bij Hermann Kesten (90) (Het Oog in 't Zeil, juni/augustus 1990). Helaas bevat haar stuk een aantal storende fouten. Zij schrijft dat Kesten zich beijverd heeft zijn familie uit nazi-Duitsland te redden, hetgeen gelukt is. (Die informatie heeft zij uit mijn stuk! P.G.) Zij betwijfelt terecht of Kesten daar zo trots op mag zijn. Uit mijn stuk blijkt dat Kesten honderden auteurs het leven heeft gered, onder wie Bert Brecht. Dat is wat anders! Verder schijft Eva Cossee dat Kesten met smaak eet in zijn Altersheim. Ik betwijfel of dat waar is. In mijn stuk staat dat Kesten zijn Eiskaffee met smaak eet. Dat was bij Spitz. Deze Eiskaffee moest gegeten worden en niet gedronken.
Volgens Eva Cossee was Kesten een aantal jaren redacteur van de Exil-uitgeverij Allert de Lange. Onjuist! Kesten was gedurende het hele bestaan van de Exil-uitgeverij, dus van 1933-1940 de enige redacteur.
Eva Cossee schrijft: ‘In Nederland verscheen uitsluitend zijn Tweelingen in vertaling.’ Geen wonder dat zij Kesten een ‘vergeten auteur’ noemt. Zij heeft de vertalingen nooit gezien, hoewel vele op blz. 1 van mijn stuk zijn opgesomd. In vertaling: Kolonel Kock (De Nieuwe Stem juli/aug. '51). De kinderen van Guernica, 1e dr. De Bezige Bij, 1955; 2e dr. Wereldbibliotheek-Vereniging, 1970; 3e dr. Albini, 1984. Niemand is waterdicht, 1e dr. Strengholt, 1956; 2e dr. Hageboek, 1979, Casanova, Strengholt z.j. 1e, 2e en 3e dr., De vriend in de kast, Wereldbibliotheek, 1961, Tweelingen, Triton Pers, 1969, Ferdinand en Isabella, Omega Boek, 1981.
Dat ik Kesten heilig heb verklaard, komt geheel voor rekening van Eva Cossee, hoewel het omslag van het tijdschrift haar misschien op dat idee heeft gebracht. Bovendien is er een schilderij van Prechtl afgebeeld, waarop Kesten tussen Mozes en Jezus zit.
De informatie van de WP, 7e druk is juister: ‘In al zijn werk zette hij zich in voor vrijheid en rechtvaardigheid en hij bestreed iedere vorm van geweld’. Niettemin ben ik heel blij met de signalering van de vergeten schrijver Hermann Kesten. Als Eva Cossee voortaan wat nauwkeuriger leest, zal ik haar wellicht nog eens heilig verklaren.
Spijkenisse,
Pieter Grashoff