Devotie, wereldverzaking en ridderlijkheid
Robert Lemm stelt de zwarte legende van de conquistadores bij
Ochtend van Amerika De Indiaanse wereld van vóór Columbus en de Spaanse veroveringen van de zestiende eeuw door Robert Lemm Uitgever Kok Agora, 265 p., f 39,50
Maarten Steenmeijer
Een van de jaartallen die het meest tot de verbeelding spreken is 1492: Columbus ontdekt Amerika. De grote bekendheid van dit jaartal is niet zozeer te danken aan de ontdekking zelf - in de geschiedenisboeken staan tal van vergelijkbare voorbeelden die bijna niemand kent - als wel door het legendarische misverstand dat eraan ten grondslag lag. Toen Columbus op 12 oktober 1492 voet op Amerikaanse bodem zette, verkeerde hij in de veronderstelling dat hij via een onbekende route op bekend terrein was geland. Hij was echter, zo besefte hij langzaam maar zeker, in een volkomen nieuwe wereld terechtgekomen. Hij zou nooit meer helemaal van de schok herstellen.
In Ochtend van Amerika probeert Robert Lemm een idee te geven van de twee werelden die toen met elkaar in contact kwamen. Een zinvolle gedachte, omdat deze ontmoeting als een van de fascinerendste, maar moeilijkst voorstelbare gebeurtenissen uit de geschiedenis mag worden beschouwd. Want wat moet er in de Spanjaarden zijn omgegaan toen ze voor het eerst met de inheemse bevolking en met haar cultuur werden geconfronteerd? En wat moeten de Indianen hebben gedacht en gevoeld toen ze voor het eerst oog in oog met de blanke vreemdelingen stonden?
De laatste vraag intrigeert nog meer dan de eerste, waarschijnlijk omdat ze het moeilijkst is te beantwoorden. Immers, via de kronieken van de Spaanse veroveraars en hun gevolg is in elk geval nog íéts te proeven van wat er door de hoofden van de Spanjaarden is gegaan. Van de Indianen is daarentegen zo goed als niets op directe wijze overgeleverd.
Even moeilijk toegankelijk is de Indiaanse wereld van voor de komst van Columbus, de zogenaamde precolumbiaanse periode. Vrijwel alle kennis hierover heeft ons via een omweg bereikt: de mondeling overgeleverde verhalen die door de veroveraars werden opgetekend - vertekend dus - en de vertalingen van documenten waarvan het origineel niet meer of alleen nog in verminkte vorm bestaat. Wat mogen we wel en wat mogen we niet geloven van wat er in deze documenten uit de tweede hand staat?
Illustratie bij Columbus' verslag over zijn eerste zeereis, in 1493 geschreven. Op de houtsnede staan namen die hij aan een deel van de eilanden van West-Indië gaf.
In de eerste helft van Ochtend van Amerika, die de Indianenwereld als onderwerp heeft, maakt Robert Lemm duidelijk dat hij zich terdege bewust is van de kloof die hem scheidt van de precolumbiaanse wereld. Het heeft hem er gelukkig niet van weerhouden om, aan de hand van een twaalftal boeken van en over de verschillende Indiaanse literaturen, een breed, gedetailleerd beeld te geven van Amerika van voor de komst van Columbus. Niet alleen de bekende Indiaanse culturen passeren de revue - Inca's, Azteken, Maya's - maar ook de minder bekende en de minder beschaafde culturen, zoals bijvoorbeeld de Guaraní's, de Araucanen, de Manao's en de Guarauno's.