Is zij een van ons?
De psycho-biografie van Margaret Thatcher
Bert Zeeman
Het afgelopen jaar is voor politieke commentatoren niet gemakkelijk geweest. Onverwachte (en dan met name onverwacht snelle) ontwikkelingen, eerst in China en later in de landen van Oost-Europa, deden veel commentatoren hun met veel aplomb gedane uitspraken reeds de volgende dag betreuren. De gebeurtenissen zorgden daarnaast voor een ware hausse aan zogenaamde deskundigen in de journaals en actualiteitenrubrieken. De algemeenheden die zij daarin debiteerden, leidden al snel tot een nieuwe onovertroffen creatie van Kees van Kooten, de Oost-Europadeskundige dr. Clavan. Menige zichzelf respecterende autoriteit zal zich na diens optreden in Keek op de Week nog wel eens achter de oren krabben voordat hij of zij gehoor geeft aan een verzoek voor de camera's te verschijnen.
Ook voor de Thatcher-watchers is het geen eenvoudig jaar geweest. Nadat de premier in het voorjaar nog ongenaakbaar haar tienjarig regeringsjubileum vierde en voor de zoveelste keer liet weten dat het haar ambitie was ‘to go on and on and on’, kwamen er met de verkiezingen voor het Europese Parlement op 15 juni plotsklaps de eerste scheurtjes in het beeld van de onaantastbare. Onverwacht ging de overwinning in deze verkiezingen naar Neil Kinnocks Labour en sindsdien liggen de Conservatieven in alle opiniepeilingen zo'n vijf à tien procent achter. Ruim een maand na deze verrassing volgde een fundamentele reshuffle van het kabinet om tegemoet te komen aan de groeiende kritiek binnen de partij. Het betekende voor Thatcher echter niet het voorlopig einde aan de problemen. In oktober trad steun en toeverlaat Nigel Lawson af vanwege een fundamenteel verschil van inzicht over het financieel beleid en begin december werd Maggie weliswaar met overgrote meerderheid herkozen tot leidster van de Conservatieven in het Lagerhuis, maar voor het eerst in vijftien jaar moest zij een tegenkandidaat trotseren. Weinigen zullen dit scenario voor 1989 voorspeld én voor mogelijk gehouden hebben.
MARGARET, DAUGHTER OF BEATRICE
A Politician's Psycho-biography of Margaret Thatcher
door Leo Abse
Uitgever Jonathan Cape, 288 p.
Importeur Consul Books, f 65,70
ONE OF US
A Biography of Margaret Thatcher
door Hugo Young
Uitgever Macmillan, 570 p.
Importeur Nilsson & Lamm, f 75, -
HARD TEGEN HART
Biografie van een ijzeren dame
door Hugo Young
Uitgeverij Centerboek, 380 p., f 34,50
‘The Sabre-toothed Ptorydactyl Thatcherlottus’. Uit: Gerald Scarfe, Scarfeland, Hamish Hamilton, 1989
Thatchers uitdager in de strijd om het leiderschap van de Conservatieven was een verder wat marginaal opererende MP uit het noorden van Wales. Uit dezelfde regio komt het voormalig Lagerhuislid voor Labour, en psychoanalyticus, Leo Abse die in Margaret, Daughter of Beatrice een aanval van een totaal ander kaliber doet op Thatcher. Als zijn boek met één woord gekarakteriseerd moet worden dan is het wel met controversieel. Abse's centrale theses, de belangrijkste invloed op Margaret Thatcher is niet (zoals zij zelf altijd beweert) haar vader Alfred maar haar moeder Beatrice en de wortels van het Thatcherisme liggen in Margarets onvermogen om met haar moeder tot een volwaardige relatie te komen, gaan in tegen alle eerder over haar verschenen analyses.
Of het nu Kenneth Harris is in het in 1988 verschenen Thatcher (‘The main influence on her has been, and remains, that of her father’), of Hugo Young in zijn terecht geprezen (en onlangs in Nederlandse vertaling verschenen) One of Us (‘There is scarcely an aspect of Alfred that has failed to find its way into the politics of his daughter’), álle biografen van Thatcher erkennen de overweldigende invloed die het karakter en de ideeënwereld van haar vader op haar gehad heeft en nog steeds heeft. Het bestaan van haar moeder wordt nog wel eens gememoreerd, maar Thatchers eliminatie van haar moeder uit de door haarzelf samengestelde biografie voor de Who's Who wordt perfect geïmiteerd door diezelfde biografen. Een enkeling weet haar naam te melden, maar daar blijft het in het algemeen ook wel bij.
Zo niet Abse. Continu verwijzend naar psychoanalytici als Sigmund Freud, Melanie Klein en Heinz Kohut, doet hij een breedsprakige poging Thatchers hebbelijkheden en (vooral natuurlijk) onhebbelijkheden te verklaren vanuit de ervaringen die de jonge Maggie opdeed in haar contact met haar moeder en haar nog veel dominantere grootmoeder. In het hoofdstuk ‘On the pot’ wordt zo bijvoorbeeld haar gevoeligheid voor het monetarisme van Milton Friedman verklaard uit het feit dat Beatrice de kleine Maggie niet toestond plezier te beleven aan haar dagelijkse grote bah. Een hoofdstuk eerder wordt haar onvermogen afwijkende opinies in haar directe omgeving te tolereren (kemachtig samengevat in het ‘is he/she one of us?’) toegeschreven aan haar ervaringen tijdens de borstvoeding en dan met name aan het uitblijven van een inhoudsvolle en liefderijke relatie tussen moeder en dochter.
Zoals gezegd, Abse's stellingnamen zijn controversieel. In Groot-Brittannië is zijn boek dan ook bijna alom neergesabeld en onder meer uitgeroepen tot de slechtste biografie van het afgelopen decennium. Daar geeft Abse ook wel aanleiding toe. Afgezien van de vaak moeilijke bewijsbaarheid van de verbanden die hij tracht te leggen, heeft hij zijn partijlidmaatschap van Labour én zijn wijze van presentatie tegen. Wat dat laatste betreft, ruwweg een derde van zijn boek besteedt Abse niet aan het onderbouwen van zijn aanval op Thatcher maar aan het bewieroken van zijn eigen prestaties als the Right Honourable Member of Parliament voor Pontypool. Nu is het inderdaad zo dat Abse op het terrein van de sociale wetgeving, de non-discriminatie en allerlei ethische kwesties een naar Nederlandse maatstaven bijna onberispelijke staat van dienst heeft. Hij heeft echter de verkeerde plaats gekozen om daar nog eens publiekelijk kond van te doen. De kracht van zijn betoog wordt er in ieder geval aanzienlijk door aangetast. En toch, toekomstige biografen van Thatcher zullen aan Abse niet voorbij kunnen gaan. Daarvoor zijn zijn inzichten te fundamenteel afwijkend en te verontrustend voor de Britse onderdanen.
Hugo Young houdt zich in One of Us, vertaald onder de titel Hard tegen hart, verre van het soort bespiegelingen van Abse. Zijn bio-
Vervolg op pagina 4