Beschrijvingsziekte
Naast de ‘verwetenschappelijking’ bezaten deze romans nog andere aspecten: de doorbreking bij voorbeeld van een aantal maatschappelijke en morele taboes. Er werd meerdere malen met grote vrijmoedigheid in de romans geschreven over seksualiteit, vrije liefde en de dubbele moraal van vele mannen uit die tijd.
Niet alleen thematisch maar ook formeel onderging de roman uit die dagen belangrijke veranderingen. Er moesten nieuwe woorden en nieuwe technieken van schrijven komen om de nieuwe sensaties en de pas ontdekte werkelijkheidsgebieden te kunnen beschrijven. Bij sommige schrijvers leidde dit tot woordkunst, de ‘ecriture artiste’. Er zijn nogal wat romans die aan die beschrijvingziekte lijden en daarmee voor de lezer van nu onleesbaar zijn geworden. Maar gelukkig zijn er nog voldoende romans en verhalen in het naturalistische genre die ook nu nog de toets der kritiek kunnen doorstaan. Het is opvallend hoe juist de laatste jaren het werk van Emants, Coenen, De Haan, Couperus, Van Looy en Van Deyssel in de belangstelling staat. Er verschijnen vrij veel herdrukken van hun werk en bloemlezingen van hun verhalen; er worden filmbewerkingen gemaakt van Van de koele meeren des doods van Van Enden en van Noodlot van Couperus. De televisiebewerkingen van De stille kracht en De boeken der kleine zielen van Couperus trokken veel kijkers.
Ton Anbeek
Het is me niet helemaal duidelijk waarom die naturalistische romans het nu vrij goed doen. We zijn toch geen volk dat erg warmloopt voor zijn literaire verleden. Dat er zoveel oude romans worden herdrukt zal wel iets te maken hebben met de moeilijke situatie op de boekenmarkt: de boekenproduktie van de uitgevers mag niet stokken en bij gebrek aan talentvolle debutanten gaat men over tot het herdrukken van boeken waarvan de auteursrechten verjaard zijn.
Maar dit is geen afdoende verklaring. Ik denk dat we het ook moeten zoeken in het feit dat de naturalistische roman in tegenstelling tot zovele romans vóór 1880 voldoende aspecten van het moderne leven bevat die ook nu nog boeien. De naturalistische auteurs schreven op het ‘breukvlak’ van twee eeuwen, de tijd van de opkomst van het socialisme, de eerste feministische golf en van belangrijke veranderingen in de moraal en mentaliteit van de Nederlanders.
En er waren een paar schrijvers in die tijd in Nederland van wie ik zonder overdrijving kan zeggen dat ze van Europees niveau waren. Ik plaats bij voorbeeld Couperus, Emants en Van Oudshoorn op gelijke hoogte als Fontane, Hardy, Huysmans en de gebroeders De Goncourt.