Tijd en ruimte
Zoals Kafka me de dwang van de tijd onthulde (dat essay moet ik ooit in mijn leven schrijven), zo wees Handke me op de ruimte. Die horen bij elkaar, natuurlijk, Handke is Kafka's neefje. Kafka's tijd kenmerkt zich, paradoxaal genoeg, door haar ontkenning; de tijd bij Kafka is relatief. Handke toonde me de literaire ruimte, die zijn meest in het oog springende kwaliteit is gebleven: al zijn personages zijn personages in een ruimte, in de relatie met de reële en figuurlijke omgeving wortelt het dramatische contrast in zijn vroegste werk. Sterker dan bij Kafka, die toch vaak de hilariteit, de verbazing en de wanhoop van de stomme film vertoont, zijn Handkes boeken wat betreft de teneur eenduidiger. De beschreven ruimte, dat wil zeggen het landschap, de wegen, de flats, de winkelcentra, de pompstations, de trappenhuizen, is in zoverre constant, dat zij als wezenlijk vreemd verschijnt.
Dat begrip vervreemding is bij Handke geen psychologische of sociologische notie, maar iets dat met de ruimte samenhangt. Je kunt je Kafka's personages nooit in rust voorstellen, bij hem gaat de jacht voort, ongeacht de plaats. Handkes personages daarentegen zou je je voor kunnen stellen in een ruimte, die niet in contrast met ze staat. De fabels van zijn boeken tenderen dan ook vanaf Die Stunde der wahren Empfindung in twee richtingen: in die van het zoeken van een leeg, schuldloos landschap (de ruimte die in Langsame Heimkehr wordt gevonden en in Die Lehre der Sainte-Victoire wordt betreden) of in die van het personage, dat immuun is voor de dreigingen van de ruimte (het kind in Kindergeschichte).
Josef Bloch, de onvergetelijke doelman in Die Angst des Tormanns beim Elfmeter (wat ik een van de mooiste titels vind van de naoorlogse literatuur), kan echter ook al geplaatst worden in het thematische en technische schema van het individu in relatie tot het landschap. Josef Bloch vermoordt tijdens zijn dwaaltocht een vrouw. Toch is het voor elke lezer duidelijk dat Bloch onschuldig is, want hij heeft geen motief, kende de vrouw niet, haatte haar niet. Nee, het is de ruimte waarin Bloch zich bevindt, die de schuldige of op zijn minst de opdrachtgever van de moord is geweest. De schitterende, zeer nauwkeurige beschrijvingen van straten, markten en landschappen roepen de spanning op, die hoe dan ook tot een ontlading bij Bloch moeten leiden. In dergelijke ruimten wordt ook de onschuldige, die Josef Bloch is, zijns ondanks tot medeplichtige. Wat gebeurt er als het landschap zich onttrekt aan de last van de geschiedenis? Het noordelijke landschap dat de geoloog Sorger omringt in Langsame Heimkehr is net zo onschuldig als Josef Bloch. Hier echter is het Sorger, uit wie de spanning voortkomt. Vroegere landschappen (in Europa) hebben zijn manier van kijken, en dus manier van bestaan, gecorrumpeerd. Hij verlangt naar een onbevangen blik, naar de blik in feite van een... kind. Welnu, enkele jaren later kwam die in Kindergeschichte.
Peter Handke
Als we dat woord ‘ruimte’ vervangen door een term die Handke vaak gebezigd heeft, Aussenwelt, en ‘personage’ door Innenwelt, dan ontstaat de dichotomie van een basiscontrast. De grote problemen die ik met Handkes recente boeken heb, zijn terug te voeren op het opgeven door Handke zelf van dat contrast, dat immers ook zo iets als een levenshouding omvat: hij is persoonlijk veranderd en daarmee is zijn werk veranderd. Hij heeft een landschap gevonden dat straalt van onschuld en zijn blik is de onbevangen blik van een kind geworden. Zowel de Aussenwelt als de Innenwelt hebben hun last verloren.
Deze dichotomie, die ik nooit eerder zo nadrukkelijk bij een andere auteur was tegengekomen, vormde de grondslag voor mijn bewondering, die in sterke mate een gesublimeerde vorm van herkenning was. Ontegenzeglijk heeft dat contrast mijn wereldbeeld medebepaald. In mijn omgeving, in mijn milieu, stond er een bedreigende buitenwereld tegenover een afgesloten binnenwereld. Uit die tegenstelling groeide het verlangen naar een ongevaarlijke buitenwereld en naar het opgeven van de ‘eigen’ binnenwereld, die immers een belangrijke uitdaging was voor de buitenwereld. Ik heb begrepen dat ook Handke in zijn jeugd, die hij doorbracht in een Oostenrijks grensgebied met sterke Slavische invloeden, als Duitstalige door die dichotomie is gevormd.