Vaderloos
Het probleem is al even onoplosbaar en onwerkelijk als dat waarvoor een andere reiziger naar het hoge noorden zich gesteld zag; de hoofdfiguur Alfred uit Nooit meer slapen. Ging dat personage gebukt onder de taak, in de voetsporen van zijn verongelukte vader te treden, hier komt Olsen wanneer zijn vader, drieënnegentig jaar oud, sterft, tot het besef dat hij zijn leven lang voor die man in vrees en beven heeft verkeerd. Had Alfred liever musicus willen worden dan geoloog, Olsen moest rechten studeren, hoewel hij aan economie de voorkeur gaf. Zoals Alfred contrasteert met zijn reisgenoot Arne, die zich van zijn vader onafhankelijk heeft gemaakt, zo contrasteert Olsen met de ‘vaderlozen’, de onderwijzeres en de barpianist die hij ontmoet. In beide boeken is het een nagelaten geschrift dat sommige ware gevoelens onthult, maar natuurlijk te laat: daar Arnes aantekeningen, hier een brief van Olsen, die door een dorpsgenoot van de twijfelachtige moordenaar is neergestoken.
Het is uiteraard eigen aan de moderne roman, de hoofdpersoon te plaatsen in een situatie buiten zijn gewone doen, waarin de handeling bepaald wordt door reflectie, twijfel, en (veelal vergeefse) pogingen om het evenwicht te hervinden. Heeft een boek de vorm van een zoektocht of queeste, dan volgt diezelfde handeling, op vreemd terrein, op de ordeverstoring die in andere verhalen avontuur uitlokt: het sprookje, de ridderroman, enzovoorts. Een schrijver kan dat stramien zeer wel gebruiken zonder zo dicht bij Hermans in de buurt te komen als Bernlef hier heeft gedaan - het waarom is mij een raadsel. Er is nog meer merkwaardigs aan Onder ijsbergen. Bernlef geniet bekendheid als een uiterst zorgvuldig auteur, die zijn romans weloverwogen construeert. (Ik gebruik dat woord hier in waarderende zin; niet iedereen is van literaire constructies gediend.) In dit boek is bij voorbeeld de linde als motief gebruikt: er staan kamerlinden in de serre van Olsens vader, en in het Groenlandse hotel, de onderwijzeres, die voor Olsen als tolk fungeert, heeft lindegroene ogen en een dito badstofpakje; het laatste woord van de roman is ‘lindebomen’: die staan in de straat in Kopenhagen waar Olsens weduwe woont.
Het boek is heel precies gedateerd: vijf dagen, vijf hoofdstukken, vijf bedrijven - en daarom verbaast het des te meer dat de brief die Olsen van zijn vrouw ontvangt, waarin zij over het sterfbed van zijn vader vertelt, blijkens de tijdsaanduidingen al vóór zijn vertrek uit Denemarken geschreven is, en dus uit de lucht komt vallen. (Voor wie het controleren wil: zie bladzijde 47. Het verzenden van post van Denemarken naar Groenland gaat trouwens, gezien de tweede brief die Olsen nog van zijn vrouw krijgt, met bewonderenswaardige snelheid.)
J. Bernlef
Ter verduidelijking: Olsen kan de laatste uren van zijn vader niet meemaken, doordat hij in een ander werelddeel verblijft. Zo wordt het voorgesteld in het boek, in het bijzonder in de brief van zijn vrouw, en dat is voorstelbaar. Maar het is onwaarschijnlijk dat zij hem die brief schrijft alsof hij al in Groenland is, terwijl hij zich nog in Denemarken ophoudt (zoals het ook onwaarschijnlijk is, dat zij hem niets over zijn vader vertelt, wanneer hij haar na zijn aankomst opbelt).