van wat er in de wereld gebeurt. Maar voorlopig heeft een verhaal waarin de bewegingen van de wereld niet doorklinken voor mij geen betekenis; ik hecht er geen belang aan, vind het nauwelijks de moeite van het schrijven waard. Ook al werp ik me in mijn werk niet als voorvechtster van het een of ander op, toch valt er duidelijk uit af te leiden hoe ik over bepaalde dingen denk.
Een verhaal krijgt pas diepte als de gebeurtenissen waaruit het is opgebouwd in een breder verband worden geplaatst. Een voorbeeld: we hebben sinds kort een rat in huis, een cadeautje voor mijn zoon. Ik zou van alles kunnen vertellen over mijn gevoelens voor het verrukkelijke beest en Freud zou ongetwijfeld ook om de hoek komen kijken. Dat zou een bijzonder aardige column worden. Maar er is meer. De rat wist uit zijn hok te komen en vluchtte naar de zolder. Van Maarten 't Hart leenden we een speciale val waarmee we hem zouden kunnen vangen zonder hem pijn te doen. Maar de rat is niet gek; hij liet zich niet door de val verleiden maar vrat in plaats daarvan gaten in mijn zomerjurken. Daarna kroop hij de vliering op waar hij zich nu te goed doet aan de oude legerrantsoenen die mijn zoon daar bij de andere schatten uit zijn jeugd had opgeborgen. Dát zou een heel aardig verhaal worden. Maar het zou een anekdote blijven. Eigenlijk zou ik over de rat willen schrijven (en de anekdote slechts als aanleiding gebruiken) omdat ratten de lievelingsdieren van punkers zijn en een belangrijke rol in hun wereld spelen. Maar voordat ik zo'n verhaal zou kunnen schrijven, zou ik heel lang over de moraal van punkers, over hun filosofie en toekomst moeten nadenken...
In Nederland vraagt men schrijvers meestal niet naar hun politieke mening, zoals men in Duitsland met Grass en Böll doet. Komrij's kruistocht tegen de uitwassen van de moderne architectuur heeft grote bijval geoogst, maar heeft het invloed gehad op de mensen die de beslissingen nemen? Nauwelijks. Zo maakt de maatschappij duidelijk dat haar schrijvers kunnen zeggen wat ze willen, het haalt toch niets uit.
Ik vraag me af of men Grass en Böll naar hun mening vraagt omdat men ze als morele scheidsrechters ziet - of doet men het slechts in een poging om de schrijver als orakel te laten dienen?
Je vraagt je af of schrijven überhaupt zin heeft als er geen wereld meer is die je leest. We leven onder de dreiging van een kernoorlog die de beschaving zal verwoesten. Maar we lezen ook dat Philips al nieuwe produkten voor de jaren negentig aan het ontwikkelen is. Dat lijkt me tegenstrijdig. Word ik soms ergens buiten gehouden? Je zou er schizofreen van worden!
■