Voorkeurspelling
De nieuwe Kramers is een samenvoeging van twee bestaande Kramers woordenboeken: Kramers Nederlands Woordenboek en Kramers Woordentolk. Daarnaast is ook veel materiaal opgenomen uit Signalement van nieuwe woorden, eveneens een uitgave van Elsevier. In het voorwoord legt de uitgever uit wat de sterke punten van het boek zijn:
- | trefwoorden in voorkeurspelling zijn vet gedrukt, trefwoorden in toegelaten spelling halfvet; |
- | in alle trefwoorden is aangegeven waar ze kunnen worden afgebroken; |
- | in de basisteksten (Kramers Nederlands en Woordentolk) zijn inhoudelijke verbeteringen aangebracht; |
- | honderden neologismen zijn toegevoegd. |
Laat ik beginnen met die vetgedrukte voorkeurspelling en halfvette toegelaten spelling. Kramers zelf is daar nogal van onder de indruk en betitelt zich zelf als een ‘betrouwbare gids door het moeras van de Nederlandse spelling’. Maar er is hier uitsluitend sprake van een typografisch snufje. Inhoudelijk wordt er niets toegevoegd aan de bestaande spellingsregels, te vinden in de reeds sinds 1954 bestaande, betrouwbare gids door het moeras van de Nederlandse spelling: het Groene Boekje.
Van meer belang is die andere vernieuwing, de woordafbrekingen. Nu bijna alle kranten en veel boeken via de computer gezet worden en de regels van de teksten met computerprogramma's worden afgebroken, zijn afbreekfouten schering en inslag. De onzekerheid omtrent de afbreekregels lijkt toe te nemen en informatie daarover is zeker geen luxe. Kramers is inderdaad de eerste die dit type informatie geeft. Toch zijn hier een paar kritische opmerkingen geboden. Allereerst zit er een tegenstrijdigheid in de aanpak. Volgens het voorwoord zijn alleen die afbreekplaatsen vermeld die niet na de eerste letter liggen of vóór de laatste, dit ‘om schoonheidsredenen en in navolging van de typografische traditie’. Inderdaad is deze traditie vrij diep geworteld. Maar het is toch vreemd dat Kramers, die ons zo graag door het spellingmoeras wil gidsen, hiermee afwijkt van de officiële richtlijnen in het Groene Boekje. Kramers maakt op zijn eigen regel trouwens weer een uitzondering: achter het voorvoegsel a- mag wél afgebroken worden ‘omdat dit voorvoegsel zo duidelijk een eigen betekenis heeft’. Waarom is die ‘eigen betekenis’ belangrijker dan de eerder aangevoerde ‘schoonheidsredenen’? Het maakt een wat halfslachtige indruk. Erger is, dat Kramers ons vaak afbreekplaatsen onthoudt die niet alleen volgens het Groene Boekje maar ook volgens Kramers' eigen principes toegestaan zijn. Zo geeft Kramers bij ‘adoratie’ twee afbreekmogelijkheden aan: ado-ra-tie. Maar de Woordenlijst, die dit woord nota bene als voorbeeld opnoemt (blz. LV) in het hoofdstukje over woordafbrekingen, zegt dat er ook op een derde plaats mag worden afgebroken: ad-o-ra-tie.
‘Apporteren’, tekening Edward Gorey
Ten slotte nog iets over de verbeteringen die in de basisteksten zijn aangebracht. Wanneer men bedenkt dat die basisteksten, en zeker Kramers Nederlands, niet boven het peil van een eenvoudig schoolwoordenboek uitkomen, zijn die verbeteringen bepaald onontbeerlijk voor een boek dat de schijn wil wekken, in de strijd te gaan met Van Dale.