Een avondje op stap
Bies van Ede, tekening Ruud Moors
Op zondagavond belde Harry naar Paul. ‘Ga je mee naar Zandvoort?’
‘Op zondag? M'n moeder ziet me aankomen!’
‘Ach joh! We hebben morgen toch vrij?’
Tot zijn verbazing vonden Pauls ouders het goed. Als hij maar met de bus van kwart voor twaalf terug kwam.
Harry stond al bij de bushalte. Hij had zich speciaal voor de gelegenheid aangekleed. Van een afstand leek hij wel zestien. Paul keek hem bewonderend aan. Stom dat hij er niet aan gedacht had zich te verkleden. ‘Zullen we liften tot de bus komt?’ stelde Harry voor, ‘Dan houden we geld óver. Hoeveel heb jij bij je?’
‘Vijftien gulden. En een pakje sigaretten.’ Hij liet het zien. ‘Uit de la van m'n moeder.’
‘Hartstikke goed.’ zei Harry. ‘Maken we een betere indruk op de meisjes.’
‘Precies,’ knikte Paul. ‘Misschien zijn Jeanette en Sabine er ook wel.’
Sabine en Jeanette waren de twee mooiste meisjes uit klas 2a. En de verwaandste ook. Ze waren volgens hun zeggen elke avond in Zandvoort. Uit met jongens van de eindexamenklas. Maar dat was opschepperij. Als je veertien was, maakte je geen kans bij jongens van achttien.
Paul stopte de sigaretten weg en tuurde de weg af. In de verte hoorde hij al geronk. Hij stak zijn duim op. Er kwam een sportwagen aan. Even leek het of hij wilde stoppen, maar hij ging de jongens volgas voorbij.
In de sportwagen zong JanVos van Marken mee met de autoradio. Zijn stem kwam net boven het gieren van de wind uit. JanVos voelde zich prima. Een snelle jongen met een snelle auto, op weg naar Zandvoort. Op naar de pret, de terrasjes en de feestverlichting.
Voor het eerst sinds hij zijn rijbewijs had, mocht hij in de auto van zijn broer. Nou ja, die wist er niets van, maar zijn vader had het goed gevonden. JanVos voelde zich veel ouder dan achttien, vanavond. Hij bekeek zich zelf eens in de achteruitkijkspiegel. Je zou hem minstens twintig geven. Jammer dat hij geen zonnebril had. Maar ja, niet erg. Zijn pijlsnelle auto zou indruk genoeg maken. Hallekidee! Hij liet de motor even brullen.
‘Zandvoort let op! Hier komt JanVos!’
De bus was laat. En hij stopte bij elke halte. Er kwamen veel jongens en meisjes binnen. Paul en Harry bekeken ze aandachtig. Er waren wel een stel leuke meisjes bij, maar je zag zó dat die een stuk ouder waren. Daar maakten ze geen kans bij. Hadden ze gewoon niet genoeg geld voor.
Het was bomvol in Zandvoort. Ze stapten uit de bus en staarden verbaasd naar de onafgebroken stroom mensen. In het neonlicht kon je alleen de Duitsers onderscheiden. Die droegen allemaal oranje zeiljacks. En zeemanspetjes.
Het was hier aan zee nog flink warm. Misschien hielden de geur van zonnebrandolie en patat de warmte vast. Paul scheurde het pakje sigaretten open. Ze staken er allebei een op. Met de sigaret losjes tussen hun lippen liepen ze over het Raadhuisplein naar de Kerkstraat. Omdat de massa mensen voor hen heel langzaam ging, moesten zij ook wel slenteren. Dat stond natuurlijk wel stoer. Slenteren met een sigaret. Harry moest er af en toe van hoesten.
Er ging een kleurige stoet door de Kerkstraat. Het was hier op en top vakantie. In de automatenhal rinkelden de flipperkasten. Op de terrasjes zaten de badgasten in groepjes bier te drinken. Jongens floten naar de meisjes.
‘Laten we naar de Gnoom gaan,’ stelde harry voor. Ze stonden boven aan de Kerkstraat. Paul tuurde nadenkend naar omlaag. Hoe eerder je ergens binnenging, des te eerder was je geld op. Maar als je te lang wachtte, was er geen tijd meer om gesprekjes aan te knopen. ‘Okee,’ knikte hij.
Ook de Gnoom, het goedkoopste café van het dorp, was afgeladen. Ze bestelden seven-up met ijs. Dat leek net witte wijn. Op het terrasje vonden ze gelukkig een plekje.
Op de Zandvoortselaan minderde JanVos vaart. Langzaam rijden om een parkeerplaats te vinden. En te zien of er al indruk te maken viel. In de verte doemden de verlichte winkelstraatjes op. Stapvoets rijdend kwam hij bij het Raadhuisplein. Dat was een rotonde. Kon je uren rondjes op bijven draaien. Natuurlijk maakte een langzame sportwagen een lullige indruk, dat begreep hij best. Maar je had zo wel de tijd om de terrasjes af te speuren.
Er zaten daar genoeg leuke lui. Dat zag je zó. Na drie keer de rotonde om te zijn gegaan, besloot Jan Vos een plekje voor de auto te zoeken. In het oude centrum van het dorp had je de meeste kans. Daar waren genoeg smalle straatjes met parkeerruimte.
Met een slakkegangetje reed hij verder en snoof de zomerse lucht in. Ah! Alsof je in Spanje zat. ‘Hee!’ riep hij naar een leuk blond meisje. ‘Stukje meerijden?’ Het meisje keek hem aan alsof ze een hond hoorde praten. Nee dus. JanVos gaf wat meer gas en verdween achter het gemeentehuis.
De glazen seven-up waren bijna op. Wat zouden ze nu doen? Ze namen nog maar een sigaret. Dan kon je een hele tijd niets drinken zonder onnozel te lijken. Uit het zijstraatje kwamen twee meisjes. Allebei donker haar en krullen. Allebei een spijkerpak. En ze liepen op hén af. Harry ging met een ruk overeind zitten. Blies stoer een rookwolk door zijn neusgaten.
Zonder hen aan te kijken gingen de meisjes vlak achter ze zitten. In de vensterbank. De jongens konden ze zien, ze hoefden niet eens hun hoofd ervoor om te draaien. Paul gaf een voorzichtige knipoog in Harry's richting. Zouden ze een kans maken?
‘'t Is hartstikke druk binnen, hoor!’ waarschuwde Harry de meisjes. Die keken elkaar even aan. Daarna bekeken ze de jongens.
‘Aàh, halen jullie toch iets te drinken voor ons?’
‘Goed,’ antwoordde Paul gretig.
Snel wisselden de jongens een blik. Doen! Niet krenterig lijken.
Paul worstelde zich een weg naar de bar.
Harry schoof zijn stoel wat dichter bij de meisjes. Je kon nu zó zien dat ze bij elkaar hoorden.
Ook in de kleine straatjes was het druk. JanVos lette dus meer op leuke meiden dan op een parkeerplaats. Ondertussen maakte hij plannen voor de avond.
Eerst op het terras bovenaan de Kerkstraat gaan zitten. Drankje bestellen. En achteloos met de sleutelhanger met autosleutels spelen. Dat viel op, natuurlijk. Daarna een gesprekje aanknopen. Liefst met een blond meisje. Eentje die al flink in de zon had gelegen. Hij zag zich zelf al met zo iemand in de sportauto. Tjonge, hij zou iedereen jaloers maken.
Pas toen hij merkte dat hij weer op het Raadhuisplein was, liet hij zijn gedachten even in de steek. Verdorie! Zat hij wéér op die rotonde. Dan nog maar een keer een zoektocht maken. En nu beter opletten, snel een plekje vinden en hopsa het feestgewoel in!
De tijd vloog, leek het wel. De twee meisjes zaten nu ook op stoelen. Joke, de oudste het dichtst bij Paul. Goed zo, want haar vond hij het aardigst. Wel vervelend dat hij zich zo verlegen voelde. Harry had daar geen last van. Die kletste honderduit met Patricia. Over hockey en windsurfen. Tja, daar had Paul geen verstand van. Wel van ska muziek en punk. Maar het leek wel of hij geen goed begin kon vinden voor een verhaal over The Specials. Nog eens wat drinken halen, dat gaf ook een goede indruk. Het was nu al de derde keer dat hij ging. En de twee meisjes dronken campari. Hartstikke duur en nog smerig ook. Nee, hij hield het maar bij seven-up. Dat scheelde weer geld.
Het bleef lekker warm, dat hield de goede stemming hoog. Harry luisterde naar het verhaal van Patricia.