's Anderendaags, ten 10 ure, werd in de schouwburgszaal de Algemeene Vergadering door den heer Geets geopend, die bij deze gelegenheid eene redevoering uitsprak, waarin hij het Congres van Mechelen ‘eene voorbereiding’ noemde tot de feesten die in 1880 in Brussel zullen gevierd worden, feesten, die in onze geschiedenis geboekt zullen staan onder den naam van Verzoeningsfeesten.’ Tevens berichtte hij der vergadering dat Z.M. de Koning het beschermheerschap van het Congres had aanvaard, en dat de Regelings-Commissie benoemd had:
Beschermende leden: Bon Gericke van Herwijnen, gezant van Nederland, te Brussel; M.G. Rolin Jaequemyns, minister van Binnenlandsche Zaken; M.P. Van Humbeeck, minister van Openbaar Onderwijs en ridder E. Pycke d'Ideghem, gouverneur der provincie Antwerpen.
Eereleden: MM. P.A. Verhaghen, burgemeester, eerevoorzitter; de Cannart d'Hamale, senator; Eug. de Kerckhove, volksvertegenwoordiger; J. Andries, V. De Jode, L. Pouppez de Kettenis en Ern. Vermeulen, schepenen.
Verder stelde hij voor Belgie's gevierden dichter Jan Van Beers tot voorzitter te benoemen, voorstel dat met handgeklap en toejuichingen werd aangenomen. De heer Van Beers dankte voor de eer die hem te beurt viel, en hoopte dat deze bijeenkomsten haar broederlijk karakter zouden behouden, dat ze slechts een vriendschappelijk gekeuvel zouden zijn over de belangen van beide Nederlanden.
Het bureel der Algemeene Vergadering werd als volgt samengesteld: Ondervoorzitters: MM. Alberdingk-Thijm, Dr Lubach (Kampen), Julius Vuylsteke (Gent), en W. Geets, Secretarissen: MM. J. Ten Brink, Johan Gram, Paul Fredericq en Em. Hiel.
Middelerwijl hadden de heeren baron Gerricke van Herwijnen en Minister Van Humbeeck hunne intrede in de zaal gedaan, waar ze door den heer J. Van Beers verwelkomd en bedankt werden de hooge belangstelling die zij het Congres toedragen.
Na lezing van de ingekomene stukken, namen de zittingen der Afdeelingen oogenblikkelijk aanvang.
(Wordt voortgezet.)
W.V.C.