- Van den geestigen schrijver Jan Holland ziet eene nieuwe roman het licht, getiteld ‘Nette Menschen.
De ‘Saturday-Review’ behelst een zeer gunstig artikel over Vosmaer's ‘Londonias.’ De Engelsche criticus vergelijkt den Nederlandschen dichter met Mathew Arnold, wat betreft zijn beoefening der oudheidkunde, zijn poëtischen vorm en zijne theologische richting.
- Een jonge dichter, die onzen lezers niet meer onbekend is, de heer J.L. Nauwens, van Antwerpen, kondigt de uitgaaf aan van zijn eerste bundeltje, getiteld: ‘Antwerpsch Volksleven, in Novellen, Tafereeltjes en Liederen geschetst.’ - J.L. Nauwens is (even als onze betreurde Zetternam) een schildersgast, die zijne ledige uren met veel vrucht aan de letterkunde wijdt. Onze wensch is dat zijn eersteling, waarin hij het volk zijner moederstad huldigt, verdienden bijval moge vinden.
- In de Kamers is eindelijk een Wetsontwerp neergelegd, strekkende tot bescherming van den artistieken en letterkundigen eigendom. Het ontwerp is zeer omvangrijk; sommigen vinden het in zekeren zin zelfs al te volledig, althans wat de rechten der vreemde schrijvers betreft, aan wier belangen gansch dezelfde bescherming en voordeelen worden verleend als aan onze nationale schrijvers.
- Mej. Eliza Baert, die zooals men weet thans aan het Nederlandsch Tooneel te Amsterdam verbonden is, zal eerlang debuteeren met de rol van Marie in Glanor's ‘Uitgaan’.
- Een lid der Afdeeling van Nederlandsche Letterkunde in den Cercle Artistique, de heer N. Cuperus hield onlangs in de groote zaal eene in menig opzicht merkwaardige voordracht over ‘De Vlaamsche Beweging en de Nederlandsche Taal’. Het is, meenen wij, de eerste maal dat de heer Cuperus het woord voert in den Cercle, maar al wie het genoegen had hem te hooren zal een volgend jaar ongetwijfeld met belangstelling zijn wederoptreden begroeten. Ditmaal was het publiek niet zeer talrijk; maar hier kwam de spreuk te pas: ‘Les absents ont tort’. Wij zullen denkelijk in ons volgend nommer het genoegen hebben onzen lezers eene brok uit deze degelijke verhandeling meê te deelen.