| |
Kunstkroniek.
15 December 1876 - 15 Januari 1877.
Tooneel- en letterkunde. - Prijskampen.
- Het Gezelschap ‘Voor Taal vereenigd’ van Iseghem, heeft de volgende letterkundige prijsvragen uitgeschreven: Poëzie; Een dichtstuk dat voor onderwerp heeft: Leopold I herdacht. (1831-1605) Prijs: 100 franks. - Proza: 1o Geschiedkundige schets van de Vlaamsche Beweging, bijzonderlijk van 1860 tot heden. (Letterkunde, schoone kunsten, werkingen en streven van verdienstelijke mannen, genootschappen, bonden, congressen, volksvoordrachten, enz.) Prijs 100 franks. - 2o Een roman of verhaal. Onderwerp: Schets uit het Westvlaamsche leven onzer dagen. Prijs 100 franken.
De mededingende stukken moeten vóór 1 Juli 1877 ingezonden worden aan den heer Adolf Veranneman, schrijver van het Gezelschap. - Zij moeten geteekend zijn door eene kenspreuk. Deze kenspreuk moet herhaald worden op een verzegeld briefken, naam en woonplaats des schrijvers meldende. - Alle stukken strijdig tegen Godsdienst en Zeden worden uitgesloten. - Een jurij van vijf leden, buiten het Gezelschap genomen, zal de prijzen toewijzen. - De bekroonde stukken
| |
| |
blijven de eigendom van het, Gezelschap. De nietbekroonde zullen op verzoek der schrijvers hun teruggezonden worden. - De das der plechtige prijsuitreiking wordt naderhand bepaald.
- Een koninklijk besluit benoemt tot leden van de jury gelast met het toekennen van den Prijs van Nederlandsche tooneelletterkunde in Belgie, voor de zevende driejaarlijksche periode: MM. Hendrik Conscience, letterkundige te Brussel, lid der koninklijke academie van België; J. Nolet de Brauwere, id.; D. Sleeckx, letterkundige, professoraan de Normaalschool te Lier; Frans De Cort, letterkundige te Brussel: E. Stroobant, letterkundige en notaris te Brussel.
- Het Bestuur der te Brussel verschijnende Revue Générale heeft eene prijsvraag uitgeschreven voor het, opstellen van eene Novelle of een Roman in de fransche taal. Belgen en vreemdelîngen mogen aan dien wedstrijd deelnemen. De keuze van het onderwerp blijft vrij, op voorwaarde dat de schrijvers niets aanraken wat met Godsdienst, Zedeleer of Welvoeglijkheid in strijd is. Aan den schrijver van 't bekroonde werk zal een prijs van 500 fr. worden toegekend. Vermoedelijk zal daarbij ook een 2de prijs van 300 frs. en een derde van 200 frs. worden gevoegd. De stukken in te zenden vóór 1 Juli e.k.
- Onze Tolk meldt dat in 't begin van dit jaar in de Letterkundige Vereeniging Joost Van den Vondel, van den Haag, een concoers onder de leden zal plaats hebben. Verscheidene prijzen zijn er door de Vereeniging uitgeloofd, terwijl de heeren Dr Jan Ten Brink, W.P. Zaalberg, A.L.H. Ising, Johan Gram en Fr. Smit kleine, eereleden der Vereeniging, de Jury zullen uitmaken.
- In den Novellenprijskamp, uitgeschreven door de letterkundige vereeniging J.F. Willems van Antwerpen, zijn de uitgeloofde prijzen toegekend aan de volgende stukken: 1ste prijs: aan de novelle getiteld Geerte: 2de prijs aan de novelle: Lize. Eervolle meldingen zijn verleend aan de stukken, getiteld: 1o Klum en zijne dochter Hanna; 2o Tijs Jansen: 3o Arm Grietje. Nog een paar andere werden door de Jurij in aanmerking genomen. De schrijver van het bekroonde stuk Geerte wordt aanzocht zich kenbaar te maken aan den Secretaris dor uitschrijvende maatschappij: den heer Jul. Van der Voort, te Antwerpen.
| |
| |
- Ziehier den uitslag van den tooneelprijskamp door de Vrijheidsliefde van Gent: Drama. - 1e prijs aan de maatschappij de Verbroedering, van Antwerpen. - Prijs van besten tooneelspeler, P. Pasmans, van Antwerpen. - Eervolle melding. F. Vander Wee, van Antwerpen. Blijspel. - 1e prijs aan den Tooneelkring, van Ledeberg. - Prijs van besten tooneelspeler, Gustaaf De Mey. - Eervolle melding, Norbert Moens. Prijs van zuivere uitspraak aan de maatschappij Moedertaal, van Mechelen.
- In den door 't Willemsfonds uitgeschreven prijskamp werden de volgende declamators bekroond: De hoeren Aug. De Vestel, (Gent), Alf. Cosyn (id.) De Vuyst (Gaver), De Surgelooze (Semmersake), G. Van Duyse (Lokeren), H. Gevaert (Gent), Vander Veken (Ninove), Van Gyseghem (Lokeren), Walschaert (Antwerpen), Verschueren (Leuven), Alb. Morel (Gent), Leclair (Ninove), Van Daele (Gent). - Eervolle meldingen aan H.H. Van Guysse (Gent) en Vercauteren (Synghem).
- Het Noordnederlandsch tijdschrift Vaderlandsche Letteroefeningen heeft sedert Nieuwjaar opgehouden te verschijuen. Na een meer dan honderdjarig bestaan wordt thans deze verdienstelijke uitgave met die van de Banier (uitg. De Graaff van Haarlem) vereenigd, en onder laatstgenoemden titel voortgezet. De beide eerste afleveringen (1877) zullen o.a. bijdragen bevatten van de volgende schrijvers Smit Kleine, M. Emants, Dr J. Ten Brink. D.F. Schuurleer, J. Van Santen Kolff, A.J. Cosyn, Hroswitha en H.L. Berkonhoff.
- Van de beroemde Amerikaansche schrijfster Mrs Becher Stowe wordt een nieuw werk aangekondigd, dat voor titel voert ‘Footsteps of the Master.’
- De bekende Duitsche dichter Fred Bodenstedt (Mirza Schaffy) heeft een paar dramatische dichtbundels voltooid, die ongetwijfeld in de letterkundige wereld veel ophef zullen baren.
- De Amerikaansche bladen berichten, dat Motley bezig is met een historischen roman, die in het volgende jaar het, licht zal zien.
- Te Keulen zal binnen kort op plechtige wijze een gedenksteen worden onthuld, geplaatst in den gevel van het huis waar Joost Van den Vondel werd geboren. Te dier gelegenheid zal een fraai bronzen borstbeeld van dien prins der Neder- | |
| |
landsche dichters worden tentoongesteld, hetwelk door H.M. de Koningin der Nederlanden werd gezonden aan eene dame van Keulen, die ijverig voor 't plan dier Vondel-vereering is werkzaam geweest.
- Algemeen wordt het betreurd, zegt een prospectus van Zetternamskring, de uitgave van het Nederduitsch Letterkundig Jaarboekje onderbroken te zien, ten gevolge van het overlijden des diepbetreurden dichters Frans Rens. Een werk dat 41 jaar volgehouden werd, dat om zoo te zeggen, de eerste proeven van de meeste onzer letterkundigen bevat en dus wel mag beschouwd worden als eene onderneming tot aanmoediging der Nederlandsche letterkunde in het algemeen en der jonge schrijvers in 't bijzonder, zulkdanig werk dient voortgezet te worden. De Zetternamskring, dit inziende, is tot het besluit gekomen het Nederduitsch Letterkundig Jaarboekje ineen te smelten met het zijne, waarvan reeds drie boekdeelen verschenen waren en waarvan de laatste jaargang, ten gevolge der talrijke werkzaamheden van den kring niet in het licht gezonden is.
- De Engelsche dichter Tennyson heeft een drama geschreven, getiteld ‘Harold’, en het opgedragen aan den onderkoning van Britsch-Indië, lord Lytton.
| |
Toonkunde. - Prijskampen.
- Het Willemsgenootschap van Gent heeft eenen wedstrijd voor Alleen- en Tweezang uitgeschreven, die in 2 sectiën bestaat: de eerste voor de Nederlandsche taal, de tweede voor de vreemde talen. Dàarin worden verscheidene prachtige eermedaliën uitgeloofd. Er is een bijzondere prijskamp voor dames ingericht, waarvoor als 1ste prijs ‘een gouden vrouwensieraad’ wordt vermeld. Twee geldprijzen in den wedstrijd van uitmuntendheid (tusschen de bekroonden der beide afdeelingen). 1ste prijs: 100 fr.; 2de prijs 50 fr. - Deze zangwedstrijd zal aanvangen den Zondag, 28 Januari, voorde 1ste sectie. De andere liefhebbers zullen optreden: den 4 en 25 Februari, den 4 en 11 Maart. Elke deelnemer is gehouden afschrift van het door hem te zingen stuk aan den Secretaris der uitschrijvende maatschappij te zenden.
- Onder leiding van den heer Th. Radoux, bestuurder der Muziekschool van Luik, hebben de eerste repetitiën plaats gehad voor het groot Muziekfestival, dat aldaar in 1877 moet worden gehouden. Niet vruchteloos schijnt het inrichtend
| |
| |
Comiteit aan de dames en heeren uit de Luiker dilettantenwereld eenen oproep gericht te hebben. Aan medewerking van dien kant zal wel geen gebrek wezen. Meer dan 600 zangers en 200 zangeressen zijn reeds ingeschreven. Dat de zoo uitstekende koorvereeniging de Legia daartoe ruimschoots haar aandeel heeft bijgedragen zal wel niet hoeven gezegd te worden. Bij het orkest van den koninklijken Schouwburg zullen vreemde muziekanten worden gevraagd, zoodat men voor 't Festival een orkest hoopt saam te stellen van zoowat 135 instrumenten. - Het Luiksen Muziekfeest, dat met de jaarlijksche stadsfeesten samenvalt, belooft zeer schitterend te zullen wezen. Het programma is nog niet bekend, doch men verzekert dat daarin aan onze nationale muziekkunst een ruime plaats zal worden gegund.
- Onlangs werd te Brugge eene cantate van den vlaamschen componist Lodewijk Hendrickx uitgevoerd, getiteld ‘De Meermin’ dezelfde die in den grooten Staatsprijskamp meêgedongen had. Deze uitvoering, door meer dan 300 medewerkers, moet zeer bevredigend zijn geweest, en de ruime zaal der Stadshalle schier te klein om het talrijk publiek te bevatten. ‘De bijval dien de toondichter voor dat publiek verwierf, zegt de Halletoren, heeft de verdienstelijkheid van zijn werk gehuldigd, als waardig van den leerling onzer Muziekschool, die in den voorloopigen prijskamp voor fuga, tusschen nagenoeg al de conservatoriums des lands, te Brussel, als eerste is uit den strijd gekomen.’ Den componist werd eene schitterende ovatie gebracht, en ook de dichter der Meermin, Prof. Jul. Sabbe, werd daarbij niet vergeten: beiden ontvingen van wege de ‘Réunion musicale’ eene kroon en eene zilveren pen, ten aandenken aan deze plechtigheid.
- Een andere verdienstvolle jonge toondichter, de heer Karel Mestdagh, van Brugge, richt aldaar een groot concert in, waarop verschillige zijner werken zullen worden ten gehoore gebracht. Evenals de heer Henderickx is de heer Mestdagh, een leerling van meester Van Gheluwe.
- In de Koninklijke Harmoniemaatschappij onzer stad trad een paar malen met welverdienden bijval op de heer Josef Holmann, vioolcellist van Z.M. den Koning der Nederlanden. Het keurige en gevoelvolle spel van dien nog jeugdigen kunstenaar heeft algemeen bewondering opgewekt. Geen
| |
| |
twijfel of de heer Holmann zal eetzaal eene plaats tusschen de uitstekendste virtuozen van onzen tijd innemen.
- Op zondag, 3 December jl., had in de Concertzaal van onzen Nederlandschen Schouwburg de tweede muziekale uitvoering plaats, gegeven door de leerlingen onzer Antwerpsche Muziekschool. Dit concert is bijzonder goed gelukt. De orkestklas van Prof. Bessems heeft zich onderscheiden o.a. in eene symphonie van Haydn. - Een duët uit Weber's Freischütz werd op zeer voldoende wijze (in 'i Nederlandsch) voorgedragen door een paar jonge jufvrouwen uit de klas van lyrischen zang. Die bijval ware denkelijk nog grooter geweest, zoo dit stuk in plaats van eenvoudig met klavier, - met orkest-begeleiding was uitgevoerd. Doch, waarschijnlijk heeft de Bestuurder Peter Benoit de leerlingen der orkestklas, hoezeer dezen ook van goeden voortgang getuigen, toch nog niet sterk genoeg geoordeeld om zich aan den Freischütz te wagen? - De Geest van Artevelde uit Benoit's ‘Schelde’, gezongen door den heer Doré, werd dapper toegejuicht. In het, medium liet de nuanceering wellicht iet of wat te wenschen. - Als solisten op het gebied der instrumentale muziek, wekten vooral de heeren Segers (vioolcel) en Britt (piano) onze bewondering op. Deze laatste is een leerling van den heer Bosiers, den gekenden pianist en toondichter.
De keuze der stukken was merkelijk beter dan in het vorige concert, en de zangstukken werden in de moedertaal voorgedragen. Zou zich dààrin reeds de invloed der twee nieuwe commissieleden, de heeren Van Beers en Cupérus, hebben doen gevoelen? Zoo ja, des te beter. Hopen wij dat zij inde Muziekschool het Vlaamsch princiep van den talentvollen bestuurder zullen weten te handhaven
| |
Beeldende kunsten. - Prijskampen.
De Bestuurraad der Academie van Antwerpen heeft de eer de belanghebbenden ter kennis te brengen, dat in 1877 de groote jaarlijksche wedstrijd, gezegd Prijs van Rome, voor de Beeldhouwkunst zal geopend zijn. De laureaat zal gedurende 4 jaren een hulpgeld van 4000 frs. ontvangen, om zijne studiën in den vreemde te gaan voortzetten. De tweede prijs bestaat in een gouden medalie, ter waarde van 300 fr. Tot den wedstrijd worden maar zes mededingers toegelaten: de zes beste uit het
| |
| |
voorloopig concours. De opening van den wedstrijd zal dit jaar plaats hebben den 2 april e.k. 's middags, in het lokaal der Academie.
- ‘A l'impossible nul n'est tenu’ zegt een Fransch spreekwoord. De stad Antwerpen had voor de plechtige viering der 300ste verjaring van Rubens geboorte, in 1877, een plan gevormd zóó schoon maar tevens zoo zwanger van allerlei stoffelijke bezwaren, dat velen terecht aan de verwezentlijking twijfelden. Een algemeene tentoonstelling binnen Antwerpen van al Rubens' meesterstukken, zóó iets zou zeker wel het heerlijkste geweest zijn wat men op artistiek gebied voor de Rubensfeesten droomen kon. Ongelukkiglijk heeft dit schoone droombeeld schipbreuk geleden. Ondanks de vele pogingen door de afgezanten onzer Stadsregeering in den vreemde aangewend, om de Europa door verspreide schilderijen van den vlaamschen meester, voor die Expositie in leen te bekomen, heeft men, bij gebrek aan genoegzame adhesie, eindelijk dat plan moeten opgeven. Thans vernemen wij dat, in de plaats daarvan, eene algemeene tentoonstelling van gravuren, naar Rubens' meesterwerken, wordt bezorgd. Daarenboven zal ook eene tentoonstelling van moderne kunstwerken, door Belgische artisten sedert 1830 vervaardigd, tijdens de Rubensfeesten plaats hebben, alsook een groot Kunstcongres, waarop vooral over Rubens en den invloed zijner school zal worden gehandeld. Verder spreekt men van groote muziekale uitvoeringen, het oprichten van een gedenkteeken aan Rubens, daarenboven een nieuwen voetzuil voor zijn standbeeld (een ontwerp is reeds vervaardigd door den beeldhouwer W. Geets) en het aankoopen (door de stad) van Rubens huis op de Meir, dat in een Museum zou worden herschapen.
- Ter gelegenheid van Rubens' 3de Eeuwfeest stelt het huis Muquardt van Brussel de merk waardige collectie Landschappen en Jachten van Rubens, door Fourmois en Van Severdonck gegraveerd, aan 40 fr. te koop, in plaats van den oorspronkelijken prijs 100 fr.
N.B. - Vlaamsche Belangen en Necrologie tot het eerstvolgend Nommer verschoven, alsook onze lijst der ‘verschenen en aangekondigde werken.’
|
|