van het Vlaamsch publiek inroepen. Trouwens, reeds uit den titel blijkt genoeg den aard dezer hoogst nuttige uitgave, waarvan de pas verschenen 1e aflevering voor ons ligt, (het begin van letter A, tot aan 't woord agentuur).
Zeker bestaat er in Nederland geen gebrek aan verdienstelijke Encyclopediën; doch deze hebben veelal een overwegend nadeel: zij zijn te kostbaar en te uitvoerig. Niet ten onrechte, neen, wordt bij de uitgave van deze aangemerkt ‘dat in de bestaande encyclopediën aan de meeste artikelen pagina's vol gewijd worden, zoodat zij eer een leerboek dan een woordenboek zijn geworden, zeer tot ongerief van den lezer; terwijl juist hierdoor de prijs zóo hoog wordt, dat menigeen zich die toch onmisbare werken bezwaarlijk kan aanschaffen... Waarom worden die werken zoo uitvoerig? Omdat het veelal moeielijker is beknopt dan omslachtig te zijn; omdat er véél wetenschap en studie toe vereischt wordt, om in korte woorden eene definitie of verklaring te geven, die ook voor den leek begrijpelijk is.’
De leiding van het werk is aan den heer G. Kepper, kapitein der Genie, toevertrouwd. Opdat die gewis zeer moeilijke taak met goed gevolg worde volvoerd, geven voor de speciale vakken een aantal bevoegde mannen hem hunne medewerking. Zoo b.v. voor Rechtsgeleerdheid en Handelsrecht treedt op Mr J.P. Van Blarkom, Raadsheer in het Hof van Noord-Brabant; voor Planten-, Aard- en Dierenhunde Dr L.A.J. Burgersdijk, Bestuurder van de Hoogere Burgerschool te Deventer; voor Starren-, Weêr- en Zeevaartkunde J.E. Cornelissen, lid van het Meteorologisch Instituut te Utrecht; voor Scheikunde Dr J.W. Gunning, Hoogleeraar aan het Atheneum te Amsterdam; voor Geschiedenis, Mythologie en Letterkunde Dr M.P. Lindo, inspecteur van het lager onderwijs te 's Gravenhage; voor Wis- en Natuurkunde, Dr C.J. Matthes, hoogleeraar aan het Atheneum te Amsterdam; voor Toonkunde Richard Hol, componist te Utrecht; voor Geneeskunde, Hygiène en aanverwante vakken H.J. Wilson, officier van Gezondheid 1ste klasse, te 's Hertogenbosch.
Dergelijke elementen zullen gewis krachtig bijdragen tot