hij zegteen kritiek van De Génestet's verzen aan anderen over te laten, ook omdat hij er zich niet onpartijdig genoeg too gevoelt, geeft hij, wellicht onbewust, in zijn antwoord op de vraag: wat het dichterlijk karakter van De Génestet uitmaakt, of wat hem van andere poëten onderscheidt, zulk een juiste en bondige kritiek van 's mans dichterlijken arbeid, dat wij ons haasten Tiele's oordeelvelling in haar geheel hier mede te deelen:
‘Ik zou het (De Génestet's dichterlijk karakter) willen zoeken in die zeldzame vereeniging van fijnen smaak, tintelenden geest, diep, innig, haast vrouwelijk gevoel, en helder gezond verstand, waarvan alles wat hij schreef getuigde. Hij heeft bewezen dat geestigheid de poëzij niet schaadt, zoo als men wel eens beweerde, en dat alles afhangt van de wijs waarop men haar gebruikt; bewezen niet minder, dat een koel hoofd kan zamengaan met een warm gemoed, en dat een dichter zeer keurig kan zijn op den vorm zijner verzen, zonder daaraan gloed en leven te ontnemen.’
Met die uitstekende eigenschappen zijner poëzij staat De Génestet - de heer Tiele was er wel op bedacht, - echter niet alleen in den tempel der nieuwere Nederlandsche dichtkunst; hoe hoog zijn plaats ook daarmeê zou geweest zijn in de oogen van alle kunstrechters, hem zou die populariteit, dat leven in de hoofden en de harten van alle waarachtig beschaafde lieden, daardoor alleen niet ten deele zijn gevallen. Er schuilt een ander geheim in zijne poëzij en de heer Tiele ontsluiert ons met de volgende woorden dit zoo kernachtig, dat wij beseffen - ook zonder het zelf te hebben opgespoord - de zuivere waarheid voor oogen te hebben: ‘Wat hem tot den lievelingsdichter van velen maakte, dat was de waarheid, de oprechtheid, die alles kenmerkte wat hij openbaar maakte. Hij bezat in groote mate de eigenschap, die Carlyle als het kenmerk der geniën beschouwt: Seriousness. De kunst was hem ernst, verzen maken kon hij niet. Zijn verzen werden. Hij was dichter van nature, en heeft zich getrouwelijk van al wat rethorisch, gemaakt en gekunsteld is, vrijgehouden. Uit het volle, rijke