De Vlaamsche Kunstbode. Jaargang 4

redactionele ingrepen

p. 7: Duringsfelp → Duringsfeld: ‘Mevr. Ida van Duringsfeld’.

p. 20: tijdgenoo ten → Tijdgenooten: ‘Schetsen uit het leven van beroemde Tijdgenooten’.

p. 34, noot 2: in het origineel ontbreekt het nootverwijzingsteken in de tekst. De noot is door de redactie onderaan de pagina geplaatst.

p. 76: iu → in: ‘oordeelvelling in haar geheel hier mede te’.

p. 145: Durngsfeld → Duringsfeld: ‘Door Mevr. Ida van Duringsfeld’.

p. 149: daeht → dacht: ‘Plotseling dacht hij Ljubika te zien die’.

p. 177, noot 1: nitgever → uitgever: ‘eeuw en uitgever van het werk: L'art de la peinture sur verre et de la vitrerie’.

p. 194: aansehouwde → aanschouwde: ‘Pavo aanschouwde oplettend het rooversgelaat’.

p. 263, noot 1: in het origineel ontbreekt het nootverwijzingsteken in de tekst. De noot is door de redactie onderaan de pagina geplaatst.

p. 273: Biographiseh → Biographisch: ‘Witsen Geysbeeck in zijn ‘Biographisch woordenboek’ en Van Melckebeke’.

p. 284: vau → van: ‘een gouden eerepenning en eene toelage van’.

p. 323: zieh → zich: ‘schoonzoon, die zich o.a. door zijne bijdragen’.

p. 327: levensbesehrijving → levensbeschrijving: ‘Eene beknopte levensbeschrijving van Marnix van Sint-Aldegonde’.

p. 382: vau → van: ‘De Belgische Academie van Oudheidkunde heeft tegen 1876’.

p. 570: nederlandsehe → nederlandsche: ‘moeten in de nederlandsche taal worden opgesteld’.