Rose Gronon door Maria Segers
Luc Daems
Toen Joos Florquin in januari 1969 in het kader van de reeks televisie-uitzendingen Ten huize van... Rose Gronon bezocht, viel hem er in de leefkamer, boven het buffet, het door Maria Segers (1922-1979) geschilderde portret van de gastvrouw op. In het programma, dat op 3 februari uitgezonden werd, gaf hij evenwel geen commentaar op het doek. Later zou het portret nog enkele keren tentoongesteld worden. Van 13 oktober tot 25 november 1984 wijdde het AMVC een retrospectieve aan haar werk en een decennium na haar overlijden werd er in de Ufsia-bibliotheek te Antwerpen ook een tentoonstelling van aquarellen, etsen en pentekeningen georganiseerd (7 oktober - 28 oktober 1989). Na de dood van Rose Gronon dook het schilderij definitief onder in privébezit.
Rose Gronon en Maria Segers waren met elkaar bevriend, maar wanneer ze elkaar precies leerden kennen, is niet helemaal duidelijk. Vrijwel zeker gebeurde dat in de jaren vijftig. Het lijkt overigens niet onmogelijk dat de kunstenares aan de schrijfster werd voorgesteld door Marnix Gijsen met wie beiden een hartelijke, amicale relatie onderhielden. De auteur van Joachim van Babylon had de jong gestorven grafica, aquarelliste en schilderes reeds in 1949 in de Verenigde Staten ontmoet toen die daar met een werkbeurs verbleef. Het jaar daarop maakte ze dezelfde reis nog een keer en bij die gelegenheid trok ze zelfs met de familie Goris naar New Mexico.
Segers zou later ettelijke boeken van Marnix Gijsen illustreren, onder andere: Van een kat die teveel pretentie had..., Van een wolf die vreemde talen sprak, Wat de dag meebrengt en Mijn vriend de moordenaar. Bovendien zette ze van de auteur een krachtig portret op doek.
De kunstenares liet weldra ook haar ‘signatuur’ achter in het werk van Rose Gronon. Zo ontwierp ze o.a. het omslag van Gronons chef-d'oeuvre
De Ramkoning. Dat ze de schrijfster schilderde en haar (tot in de late jaren zeventig, kort voor haar dood)
■ Maria Segers, Rose Gronon, olieverf op doek, 1959, signatuur: rechts beneden: maria segers, 78 × 82,5 cm, privéverzameling (P. van Dessel, Antwerpen).
een paar keer tekende, blijken intussen alleen insiders nog te weten.
Het portret dat Maria Segers van Rose Gronon maakte, kwam tot stand in 1959. Pas vijf jaar eerder was de kunstenares opnieuw met schilderen begonnen, nadat ze zich jarenlang vrijwel uitsluitend op het tekenen, etsen en aquarelleren had toegelegd. Ze had het canvas al die tijd gelaten voor wat het was, omdat ze - naar eigen zeggen - ‘het slot van het doek nooit haalde...’ Uit de studie van F. Badouin Maria Segers (Lannoo, Tielt, 1984, p. 113) blijkt nochtans dat Segers tijdens haar korte leven zowat 250 schilderijen gemaakt heeft.
Het ‘niet kunnen voltooien’ mag dan een permanente, frustrerende ervaring zijn geweest voor Maria Segers, het portret dat zij realiseerde van romancière Rose Gronon geeft die indruk allerminst. Van het schilderij gaat onmiskenbaar een bijna pastorale rust uit. Het hoofd heel licht geheven, een vleug van een ironisch lachje om de mond, kijkt het model de schilderes aan.
Rose Gronon had naar het einde van de jaren vijftig zonder twijfel haar innerlijke harmonie weergevonden. Nadat ze een turbulente en onzekere oorlogsperiode had doorgemaakt, volgt de verrassende,