een gemeenschappelijke fascinatie voor het magisch-realisme waarbij een subtiel gesuggereerd menselijk profiel in een ijle leegte gepositioneerd wordt.
Bij enkele kunstenaars wordt het portret ingeschakeld in een reeks, een serie of een multiple. Bij Koen Broucke vinden we geïsoleerde koppen die horizontaal of rastervorming in reeksen geplaatst worden en door hun strakke combinatie onder spanning staan. In aquarel of acrylverf schildert hij tientallen, vaak ook anonieme, gezichten die in hun samenspel een afstandelijkheid oproepen. Aanvankelijk maakte Koen Broucke (Sint-Amandsberg, 1965) naam met zijn reeksen
Menskunde die hij tussen 1995 en 2000 creëerde. In deze series plaatste hij geschilderde koppen naast elkaar, soms van schrijvers en kunstenaars, af en toe aangevuld met een citaat dat dwars doorheen de gezichten aangebracht wordt. De schilder combineert op die manier een reeks figuratieve profielen met een gestileerd tekstcorpus. Onder de starende blik van een man lezen we in naïef schoonschrift bijvoorbeeld: ‘Je me souviens qu'à 3 ans, je baissais déjà ma culotte devant la voisine pour la faire réagir.’ De aaneenschakeling van vrij kleine (27,5 × 34 cm), niet nader benoemde gezichten veroorzaakt een effect van aliënatie. Lichte aquareltinten en zachte toetsen suggereren meer dan dat ze concreet identificeren. Een onderkoelde sfeer is er het resultaat van. De kunstenaar inspireert zich hoofdzakelijk op reproducties uit tijdschriften waardoor het anonieme aspect beklemtoond wordt. Beeld en woord worden gecombineerd in een subtiel spel van lijnen, toetsen en tinten. Zijn techniek vermijdt scherpe contouren en beperkt zijn coloriet. De onbepaaldheid van deze suggestieve aanzetten roept ook vragen op over de referentialiteit van zijn reeksen. En hier wordt de kunstenaar een cultuurfilosoof die zich vragen stelt over het waarheidsgehalte van afbeeldingen en de maakbaarheid van een culturele identiteit. Onderzoek en
verbeelding, waarheid en leugen, ernst en ironie zijn voor deze kunstenaar perfect combineerbare invalshoeken om te komen
■ Koen Broucke als painter in residence in het atelier op Isola Comacina, 1997, aan het werk aan een portret van Karel van de Woestijne. ‘De relatie tussen dit werk over Karel van de Woestijne en mijn verblijf daar was toevallig. Ik had toen gewoon het plakboek met een artikel van de dichter bij.’ (Koen Broucke).
tot een in scène gezette authenticiteit of een compleet gefantaseerde setting.
Maar hoe functioneren die gemonteerde koppen vanuit esthetisch standpunt? Is het belangrijk te weten dat het eerste beeld Hugo Claus voorstelt? Moeten we beseffen dat Jotie t'Hooft als tweede figureert? Is het nodig de buitenlandse auteurs Kafka, Simenon en Goethe te kunnen identificeren? En wat is de rol van een minder gekend schrijver als Jean-Marie Berckmans in deze reeks? Moeten we ons ervan bewust zijn dat het effectief om historische personen gaat? Of worden literaire iconen opzettelijk van hun eigen identiteit ontdaan door ze als stukken van een mozaïek in een structuur samen te schuiven? En hoe werkt het repetitief principe dan binnen zo'n montage? Zelf beklemtoont Koen Broucke dat in deze reeks Menskunde de anonimiteit van het gelaat van belang is en dat hij in publicaties de namen van de geportretteerden eigenlijk nooit prijsgeeft.
Naast tentoonstellingen en workshops in binnen- en buitenland manifesteert Broucke zich ook op andere artistieke domeinen. Vanaf 1997 begon hij biografieën te schrijven over fictieve kunstenaars. Hij publiceerde en documenteerde ook zoektochten naar verzonnen steden, verloren boeken of verdwenen schilderijen. Het resultaat is een amalgaam van fictie waarin gevonden geschiedenissen en uitgevonden genealogieën hand in hand gaan. Gefantaseerde teksten worden fictief onderbouwd door fotoreeksen, schilderijen en installaties. Ondertussen creëerde hij muurschilderijen, installaties en videokunst. Enkele jaren al is hij gefascineerd door de expressiviteit van de lichaamstaal, meer bepaald van negentiende-eeuwse pianovirtuozen als Liszt. Terwijl muziek van Liszt gespeeld wordt, projecteert de kunstenaar schilderijen waarin hij de pianovirtuoos dynamisch typeert. Werk van Broucke bevindt zich in het MUHKA (Antwerpen), het Vlaams Parlement (Brussel), het Museum Dr. Guislain (Gent) en diverse buitenlandse musea en universiteiten. Als painter-in-residence werkte hij onder meer in Italië, meer bepaald in de Academia Belgica in Rome (1992) en op het Isola Comacina (1997).