Het castellum in Rodanum-Aardenburg
Arco Willeboordse
Ofschoon er reeds in de negentiende en de eerste helft van de twintigste eeuw meerdere archeologische vondsten werden gedaan, dateren de eerste echte reguliere opgravingen te Aardenburg uit de jaren vijftig. Deze opgravingen vonden plaats naar aanleiding van het oorlogsgeweld in september en oktober 1944 waardoor Aardenburg verwoest werd. Tijdens de eerste jaren van de Wederopbouw werden bij de uitvoering van de vele rioleringswerkzaamheden, huizenbouw en wegenaanleg op meerdere plaatsen Romeinse en middeleeuwse voorwerpen gevonden. Deze toevallige vondsten werden in de daaropvolgende decennia gevolgd door intensief archeologisch onderzoek, vooral van de stadskern. Onze kennis over het Romeinse en middeleeuwse verleden van Aardenburg is daardoor sterk toegenomen.
De Romeinse opgravingen hebben zich vooral geconcentreerd op het gebied ten zuiden van de tiende-eeuwse Sint-Baafskerk. Hier werden sporen aangetroffen van verdedigingswerken en bebouwing. Het staat vrijwel vast dat het gaat om een castellum uit de tweede en derde eeuw. Traditioneel wordt de stichting ervan in verband gebracht met een gebeurtenis die vermeld wordt in de keizersbiografie van Didius Julianus in de Historia Augusta. Rond 173, toen Julianus gouverneur was over Belgica, werd deze provincie vanuit zee aangevallen door Chaucische krijgers uit Noord-Germanië. Het Romeinse bestuur zou de indringers enkel met veel moeite hebben kunnen verdrijven. Kort daarna werd door het opperbevel een reeks forten langs de kust gebouwd, die zich uitstrekte van Boulogne in het zuiden tot Katwijk in het noorden. De linie beveiligde de kustzone en het achterland en fungeerde als flankdekking voor de limesversterkingen aan de Rijn. Eén van de kustforten was het castellum te Aardenburg.
Het is mogelijk dat er voordien in de omgeving al mensen woonden in verspreid liggende boerderijen of in een klein gehuchtje, maar helaas weten we niets van hen. In ieder geval werd de beoogde plaats bodemkundig onderzocht, geconfisqueerd en
■ Reconstructietekening van het Romeinse castellum te Aardenburg met links het riviertje de Rudanna. Gemeentelijk Archeologisch Museum Aardenburg. [Tekening: Marc Hulme]
geëgaliseerd. Vervolgens werd er een geheel ingerricht fort opgebouwd. In vergelijking met andere plaatsen had Aardenburg een aantal evident miltair-geografische voordelen, zoals de nabijheid van de kust, een riviertje (vermoedelijk de Rudanna geheten) waarlangs bouwmateriaal, levensmiddelen en goederen konden worden aangevoerd, een relatief hoge grondwaterstand en een iets hogere ligging ten opzichte van het omringende landschap.
Van het castellum werden delen van de omwalling, het westelijke poortgebouw, twee torens, de spitsgracht en de principia opgegraven. Op basis van hun ligging werd een hypothetisch grondplan van het fort gereconstrueerd. Daaruit blijkt een rechthoekig verdedigingswerk van ca. 240 × 150 m, met vier poortgebouwen, vier hoektorens, twee tussentorens en een spitsgracht.
Het castellum te Aardenburg was gebouwd met Doornikse steen. Het werd waarschijnlijk bemand door twee cohorten, één van de cavalerie en één van de infanterie. Op grond van dakpanstempels en de vorm van de principia wordt verondersteld dat zij afkomstig waren uit de Moezelstreek, omgeving Trier. Hoe lang de omstreeks duizend soldaten in garnizoen gelegen hebben is niet precies bekend. Er zijn aanwijzingen dat de militaire functie rond 225 sterk werd gereduceerd.
Het zuidoostelijke deel van het castellum kan in aansluiting daarop zijn vrijgemaakt. Hier verrees een klein, vierkant Gallo-Romeins heiligdom. Gedurende de eerste jaren van het Gallische deelrijk, rond 260, werd het castellum vermoedelijk opnieuw in staat van verdediging gebracht. Ook werden er tijdelijk weer meer manschappen gelegerd.
Ongeveer een eeuw na de stichting, rond het laatste kwart van de derde eeuw, had Gallië ernstig te lijden onder Germaanse invallen, bevolkingsafname en een dramatische achteruitgang van de economie. Het noordwestelijke kustgebied had bovendien te kampen met wateroverlast. Het castellum werd door invallers verbrand en geplunderd of door de Romeinen ontmanteld. Op het einde van de derde eeuw werd Aardenburg vermoedelijk door de laatste Romeinen verlaten.