Miniatuurgevechten Strijdafbeeldingen in Maerlant-handschriften
Martine Meuwese
Over de illustraties in Maerlants Rijmbijbel en Spiegel Historiael wordt vaak gezegd dat de afbeeldingen van gevechten en veldslagen het meest geslaagd zijn. Nu doen de ‘gewone’ miniaturen heus niet onder voor de strijdtaferelen, maar het is een feit dat in veel verluchte Maerlant-handschriften aandacht is besteed aan gevechten en oorlogen, en dat deze scènes met veel gevoel voor (bloederig) detail en compositie uitgevoerd zijn. Slechts drie werken van Maerlant, Der Naturen Bloeme (1266), Rijmbijbel-Wrake (1271) en Spiegel Historiael (1282-1288), zijn overgeleverd in doorlopend geïllustreerde manuscripten die veelal dateren uit het einde van de dertiende en het begin van de veertiende eeuw. Het door zovelen als interessant beschouwde thema strijd leent zich goed om als leidraad langs enkele geïllustreerde Maerlant-manuscripten te dienen.
Hoewel het verleidelijk is om strijdafbeeldingen meteen bij miniaturen die de tekst illustreren te zoeken, is het de moeite waard om eerst eens te kijken naar de vaak fantasievolle creaties in de marges van een bladzijde, waar ook heel wat afgevochten wordt. Deze margedecoraties leveren soms op hun eigen vrolijke wijze commentaar op wat er in de tekst en de daarbij behorende miniaturen gebeurt, maar in veel gevallen vertonen ze helemaal geen relatie tot de tekst. Ze dienen dan voornamelijk om de bladspiegel op te vrolijken, en bieden de verluchter daardoor de mogelijkheid om zich uit te leven en de wereld op zijn kop te zetten door bijvoorbeeld af te beelden hoe een haas een mens vangt. Daarnaast zijn de marges de aangewezen plaats om spreekwoorden en fabels te illustreren. De rijkste en origineelste margedecoraties komen voor in vroeg veertiende-eeuwse boeken van Vlaamse makelij. Een mooi voorbeeld van strijdende margemonsters bij een tekst van Maerlant bevindt zich in de ondermarge van de eerste tekstbladzijde van een
Rijmbijbel die gemaakt is in de noordelijke Nederlanden. Een wezen dat is samengesteld uit een zijn tong uitstekend mensenhoofd met armen, rode pootjes, een staart, en drakevleugels, haalt daar met een knots en een klein
Vechtende margemonsters. Rijmbijbel, Den Haag, Rijksmuseum Meermanno-Westreenianum 10 B 21, fol. 2r.
De oorlog tussen de pygmeeën en de kraanvogels. Der Naturen Bloeme, Den Haag, Koninklijke Bibliotheek KA XVI, fol. 42v.
rond schild uit naar een woest behaard en bebaard mensenhoofd op armen, dat een gouden haak boven zijn hoofd zwaait. Van een relatie met Maerlants proloog en het begin van het Oude Testament lijkt in dit geval geen sprake te zijn.
Miniaturen vertonen in principe wel een direct verband met Maerlants tekst. Bij bijna elk onderdeel uit de natuur dat door Maerlant in Der Naturen Bloeme behandeld wordt is een afbeelding in de tekstkolom geplaatst die Maerlants tekst visueel ondersteunt of complementeert. Een beroemd voorbeeld van de strijd tussen mens en dier uit deze natuurencyclopedie is de eeuwige oorlog tussen de pygmeeën en de kraanvogels. Deze onderlinge twist werd al genoemd door Homerus in de eerste regels van het derde boek van diens Ilias, en dateert dus al van voor de middeleeuwen. Maerlant vertelt bij ‘de vreemde volken’ dat de pygmeeën, de kleinste mensen ter wereld, in hun derde levensjaar paren en kinderen krijgen