| |
Bio- en bibliografie ‘van’ en ‘over’ Filip de Pillecyn (o1891-†1962)
I. Biografie:
- | geboren in Hamme aan de Durme op 25 maart 1891 als Philippus Florentinus de Pillecyn, jongste zoon van Henricus de Pillecyn en Joanna Brigitta van Daele, huisvrouw; vader De Pillecyn (cf. de ik-figuur in Mensen achter de dijk) was ontvanger op het stoombootje Hamme-Antwerpen en later effectenmakelaar; hij overleed in 1898, toen Filip 7 jaar oud was; in 1905 - Filip was dan 14 en zat in de vijfde Latijnse - verloor hij ook zijn moeder; na het overlijden van zijn ouders werd hij door zijn peetoom en voogd Philippe-Alexander de Pillecyn (†1930), pastoor te Erembodegem, in bescherming genomen; het welgestelde burgersgezin telde voorts drie zonen, allen vóór Filip geboren: Emiel (hoofdonderwijzer te Branst), Jozef (hoofdonderwijzer te Doorslaar, waarnemend burgemeester te Eksaarde en schrijver) en Leon (drukker te Hamme, uitgever van het plaatselijke weekblad De Klaroen);
(Filip de Pillecyn zou zijn geboortestreek, ‘het land van het wilde groen in de hovingen en langs de sloten, waarover de wind ongehinderd in eindeloze rukken woedt, hoek tussen stroom en rivier, riet en slijk’, later in veel van zijn romans en verhalen tot leven roepen, vanaf Blauwbaard tot Aanvaard het leven;)
(Cf.
• | Peleman B., Filip de Pillecyn tussen Durme en Schelde in De Autotoerist, 1966, XIX, nr. 8, blz. 204-207. |
• | Van Mullem C., Hamme en Filip de Pillecyn in Idem, blz. 201-203.) |
|
- | lager onderwijs volgde Filip aan de gemeenteschool in Hamme; zijn middelbare schooltijd bracht hij door in Sint-Niklaas: de eerste jaren in het Institut Saint-Joseph (‘institut pour petits garçons’), de latere jaren in het Petit Séminaire, waar hij geregeld bijdragen schreef voor Het Soete Waesland(t), een tijdschriftje waarin de pennevruchten in dicht en ondicht door de oudere leerlingen werden gekeurd (de vrome Edouard Poppe was in rhetorica (1909-1910) één van zijn zes medeleerlingen); van 1910 tot 1914 studeerde hij vervolgens aan de Leuvense Universiteit Germaanse filologie, tussendoor in de tss. Ons Leven en D.W.e.B. bijdragen publicerend (professoren van hem waren o.m. Lodewijk Scharpé, Jozef de Cock en Wilhelm Bang); |
- | bij het uitbreken van W.O.I week hij naar Nederland uit, waar hij met J.P. Hoste, M. Terwagne en F. Van Cauwelaert op het ‘Office Belge’ aan de Lange Voorhout in Den Haag vertaalwerk (voor de Belgische regering in Le Havre...) verrichtte (tot 1915);
vandaar reisde De Pillecyn als vrijwilliger over Engeland (waar hij tot huzaar werd opgeleid) naar Frankrijk;
steeds in hetzelfde jaar (1915) vertrok hij als oorlogsvrijwilliger naar het IJzerfront (tot 1918), waar hij in de geheime Frontbeweging terechtkwam als secretaris van dr. Adiel Debeuckelaere, de ‘ruwaard’ of aanvoerder, die F.d.P. als zijn opvolger aanduidde;
(met Hendrik Borginon publiceerde De Pillecyn in oktober 1917 Vlaanderens dageraad aan den IJzer, waarin openlijk voor een federale herinrichting van de Belgische staat geijverd werd);
op 23 april 1919 trouwde hij met Elvire van Duyse (o1888), dochter van de gemeentesecretaris van Meerdonk; ze zouden één dochter krijgen, Godelieve (o26 september 1921);
in 1919 werd De Pillecyn redactiesecretaris van het Brusselse dagblad De Standaard, dat hem al vóór de oorlog als (eerste) redacteur had aangeworven en dat op 4 december 1918 voor het eerst verscheen onder leiding van Frans van Cauwelaert en Alfons Van de Perre; op 13 oktober 1920 begon De Pillecyn er zijn (anti-militaristische, veelal oneerbiedige, soms hartstochtelijke) rubriek ‘Pennekrabbels’, die hij met drie sterretjes signeerde; toen de meningsverschillen over de Vlaamse politiek van het dagblad te groot werden, nam De Pillecyn op 13 mei 1922 ontslag (hij werd vervangen door Marcel Cordemans): zijn heengaan was typisch voor de verschillende wegen die de Vlaams-nationalisten en de ‘minimalisten’ (als bijv. Frans van Cauwelaert) toen opgingen;
(cf. in dit verband:
• | Van Mechelen M., Kroniek van Frans Van Cauwelaert 1880-1961. Beveren-Antwerpen, Orbis en Orion, 1980, blz. 78-79. |
• | Durnez G., Filip de Pillecyn, eerste redakteur van De Standaard in D.S., 7-8 augustus 1982, blz. 4.) |
|
| |
| |
|
in de jaren vóór het uitbreken van W.O.II zou De Pillecyn nog wel aan D.S. meewerken, o.m. met een ‘Kroniek van het Proza’ (als tegenhanger van Marnix Gijsens ‘Kroniek van de Poëzie’); |
- | begin april 1922 werd hij als mede-oprichter (met de grote bezieler Alfons Martens, zijn zwager, én met de liberalen Johan de Maegt en Paul Kenis en de socialisten Raymond Herreman en Karel Leroux) hoofdredacteur (tot 17 juni 1928) van het satirische weekblad Pallieter (niet te verwarren met het huidige, bijna gelijknamige blad uit Antwerpen), dat de radicale Vlaamsgezinden steunde en waarvoor De Pillecyn heel wat scherpe stukken heeft geleverd (hoewel Felix Timmermans graag toestond dat ze zijn jonge en succesrijke romanfiguur als titel gebruikten, wilde de Fee zelf niet aan het blad meewerken, omdat zulks niet in zijn aard lag, zei hij terecht);
(cf.
• | Durnez G., Herinneringen aan Pallieter. Satiriek weekblad uit de jaren twintig in D.S., 23 februari 1960. |
• | Durnez G. in Encyclopedie van de Vlaamse Beweging, 2. Tielt-Amsterdam, Lannoo, 1975, blz. 1172). |
intussen was D.P. ook hoofdredacteur van het christen-democratische dagblad De Tijd geworden; toen dat jonge A.C.V.-blad in 1925 bij Het Volk werd gevoegd, verliet De Pillecyn de full-time journalistiek;
(toch zou De Pillecyn zijn leven lang journalistiek bedrijvig blijven - het bloed kruipt immers waar het niet gaan kan: in 1930 werd hij losse medewerker bij Sportwereld-Algemeen Nieuws onder het ps. Citroen (cf. zijn ‘Citroentjes’ en ‘Kijkkast’); toen in 1934 Nieuw-Vlaanderen werd opgericht, behoorde hij tot de redactie; met Ernest Van der Hallen, Anton Van de Velde en Dirk Vansina was hij redacteur van Volk (1935); van het cultureel-literaire tijdschrift Westland was hij van 1942 tot 1943 hoofdredacteur en tussen 1949 en 1952 werkte hij regelmatig mee aan het weekblad De Vlaamse Linie - cf. zijn rubriek ‘Van mensen en dingen’ - enz.) |
- | De Pillecyns trouw aan zijn frontkameraden uitte zich in het feit dat hij een van de voormannen van het Verbond van Vlaamse Oud-Strijders werd, bij de initiatiefnemers hoorde van de Bedevaarten naar de Graven van de IJzer en geregeld als spreker op de IJzerbedevaarten (1928, 1929, 1930, 1931, 1932 en 1938) optrad; talloze keren sprak hij ook op meetings van de Vossen; |
- | van het jaar betaalde vakantie dat hij bij de overname van de christelijke arbeiderskrant De Tijd (door het Gentse dagblad Het Volk) kreeg, maakte hij gebruik om zijn studie in de Germaanse filologie af te ronden: in 1926 promoveerde Filip de Pillecyn tot doctor in de Germaanse filologie met een proefschrift over Hugo Verriest, die hij tijdens zijn studententijd en als lid van het genootschap ‘Met Tijd en Vlijt’ in Leuven reeds had horen spreken; |
- | van 1926 tot 1933 leraarde hij (benoemd door minister van onderwijs Camille Huysmans) in de vakken Duits en Engels aan het Koninklijk Atheneum van Malmedy (in die tijd was het immers niet ongewoon dat Vlaamse germanisten in ‘het andere landsgedeelte’ terechtkwamen);
(het is in de Oostkantons dat Filip de Pillecyn de journalistiek verliet en de weg naar de literatuur insloeg, cf. zijn bekendste novelle Monsieur Hawarden, geïnspireerd door een waar gebeurd liefdesdrama in het dorpje Pont, een gehucht tussen Bellevaux en Ligneuville (een Parijse dame leefde er 15 jaar als man), en zijn roman Hans van Malmédy, die zich afspeelt in het historische decor van ‘het leigrijze Eifelstadje’ ten tijde van Napoleon);
van 1933 tot 1941 was hij leraar Nederlands en Duits aan het Koninklijk Atheneum in Mechelen, waar Piet Van Aken (o1920) en Remy C. Van de Kerckhove (o1921) o.a. leerlingen van hem waren; |
- | tijdens de Tweede Wereldoorlog werd De Pillecyn (met Cyriel Verschaeve, Rob Van Roosbroeck, Corneel Heyman en Karel Hentze) lid van de Nederlandsche Cultuurraad voor Vlaanderen (1940-44), bestuurslid van Volk en Kunst en leider van de Landskernen van Letterkundigen;
in 1941 aanvaardde hij directeur-generaal van het Middelbaar Onderwijs in Brussel te worden (een benoeming die hem na de oorlog zwaar zou worden aangerekend);
dat bleef hij tot hij in september 1944 werd afgezet en opgesloten: aanvankelijk in de gevangenis van Dendermonde, nadien in het hechteniskamp van Lokeren en uiteindelijk (tot 1949) in de gevangenis van Sint-Gillis, omdat hij (volgens de krijgsraad, die hem in maart 1947 tot 10 jaar hechtenis plus een schadeclaim van een half miljoen fr. veroordeelde, ondanks het pleidooi van zijn verdediger, mr. René Victor) tijdens de bezetting cultureel bedrijvig was geweest;
(in de Brusselse gevangenis bekleedde De Pillecyn het officieuze ambt van ‘écrivain’ en redacteur van het huisorgaan Opbouw. Half maandelijks tijdschrift door en voor gedetineerden, waarin hij onder de schuilnaam Citroen zijn journalistieke pen sleep;)
(Cf. Piet Punt, Filip de Pillecyn: Bij zijn gevangenschap verarmt Vlaanderen in Rommelpot, 1947, II, nr. 15, blz. 1-3); |
- | intussen was in Mechelen op 24 juni 1942 zijn echtgenote overleden en had De Pillecyn op 7 augustus 1943 een nieuw huwelijk gesloten met de Gentse Suzanne de Cavel (o 1907), dr. in de wis- en natuurkunde en lerares aan het Mechelse Atheneum; |
- | toen De Pillecyn op 10 juli 1949 de gevangenis mocht verlaten (hij was 58 jaar en had precies 58 maanden gevangen gezeten), vestigde hij zich, tot aan zijn dood, in de Patijntjestraat nr. 107c (later 123), niet ver van Achilles Mussche die het nr. 202 bewoonde;
hij werd letterkundig adviseur bij De Clauwaert Boekengilde (gegroeid uit de s.v. De Pijl, op initiatief van Willem Van den Eynde) en op 1 september 1952 ook lid van de raad van bestuur (een functie die hij tot op het einde van zijn leven geestdriftig zou waarnemen);
(cf. in dit verband:
• | Wittebols G. & Durnez G.: Van Leeuwtje tot DC. Kroniek van een literaire uitgeverij. Leuven, De Clauwaert, 1984; |
• | Janssens M., De Clauwaert 20 in De Spectator (D.N.G.), 16-17 november 1968, blz. 8; |
• | JanssensM. in 25 jaar De Clauwaert en 25 jaar Nederlandse
|
|
| |
| |
|
| literatuur. Leuven, De Clauwaert, 1974, 31 blz.) |
|
- | Filip de Pillecyns oeuvre is maar enkele keren bekroond geworden:
• | voor Hans van Malmédy kreeg de auteur in 1936 vanwege de Gedeputeerde Staten van de provincie Antwerpen een aanmoedigingspremie van 1.900 fr.; |
• | in 1942 verwierf hij met De soldaat Johan de Prijs voor Letterkunde van de Vlaamse Provincies; |
(een andere huldeblijk viel hem in 1938 te beurt, toen hij lid werd van de Koninklijke Vlaamsche Academie; na de oorlog werd hij evenwel door een besluit van de regent in februari 1947 wegens ‘tekortkoming aan de burgertrouw’ uit de Academie verbannen - samen met hem verdwenen Frans Daels, Hendrik de Man en Jan Grauls) |
- | De Pillecyns 60ste en 65ste verjaardagen gingen niet ongemerkt voorbij: in Antwerpen vierde men hem op 6 mei 1951 én in maart 1956, in Brussel op 10 december 1951 én op 22 januari 1956, in Leuven op 25 maart 1956, in Gent (met een huldealbum) op 6 april 1956 én tijdens de jaarlijkse Scheldevaart van De Clauwaert op 24 juni 1956, maar b.g.v. zijn 70ste verjaardag viel hem de ene hulde na de andere te beurt en werd hij o.m. in Gent (22 april 1961, met een liber amicorum en een feestrede door Gaston Durnez), in zijn geboortedorp Hamme (6 mei 1961, met een borstbeeld in Javaans teakhout door Albert Poels, een feestrede door Bernard Kemp en voordracht door Ria Scarphout) en in Rupelmonde (24 juni 1961) luisterrijk gevierd; |
- | in april-mei 1960 diende Filip de Pillecyn nog een proces wegens laster en eerroof aan te spannen tegen de (communistische) oud-minister Fernand Demany, redacteur van Le Peuple, die de auteur b.g.v. de televisie-uitzending ‘Ten huize van’ met weinig fraaie aantijgingen had besmeurd; voor de burgerlijke rechtbank van Gent verdedigde mr. Willem Melis De Pillecyn; op 16 mei 1960 werd Demany tot het betalen van 25.000 fr. smartegeld veroordeeld; |
- | op de 19de verjaardag van zijn (tweede) huwelijk, in de ochtend van 7 augustus 1962 even vóór zes uur, overleed hij, 71 jaar oud, in het Academisch Ziekenhuis te Gent, waar hij tien dagen eerder met een acute bronchopneumonie vanuit zijn woning was overgebracht;
enkele dagen later werd hij, na een zieledienst om 10.30 u. in de parochiale kerk van St.-Paulus (Smidsestraat, Gent) op het Campo Santo in Sint-Amandsberg begraven (A-48 terr. CS) in aanwezigheid van honderden vrienden en bekenden uit alle standen en gezindheden van de gemeenschap;
Achilles Mussche, Adriaan Magerman, Rik Borginon en Willem Vanden Eynde hingen een beeld op van de kunstenaar, de vriend en de Vlaming die Filip de Pillecyn was geweest; ze deden dat resp. namens de V.O.L., de V.O.S., de V.V.L. en De Clauwaert;
(op het rouwprentje stond van de hand van Norbertus Wildiers o.m. te lezen: ‘In andere tijden en in een ander land zou Filip de Pillecyn wellicht alleen maar een dichter en een kunstenaar geweest zijn. In een land en in een tijd als de onze werd hij gedwongen ook een soldaat te zijn. Gestreden heeft hij (...), zijn leven lang, voor de heropstanding en de beveiliging van ons volkswezen, tegen onrecht en verdrukking. Maar deze standvastige en trouwe strijder voor de vrijheid van zijn volk, was eerst en vooral een kunstenaar, begaafd met een uiterst verfijnd gevoelsleven en een wonderbaar meesterschap over de taal. Het proza dat hij schreef behoort tot het edelste, het subtielste, het meest verfijnde uit onze letterkunde. Men noemde hem de aristokraat van de taal, de prins van het Vlaamse proza. In een koninklijk Nederlands heeft hij het milde landschap van zijn geboortestreek en het harde lot van zijn medemensen beschreven; heeft hij zijn dromen van menselijke goedheid, van menselijke strijd en miserie, van menselijke grootheid gestalte gegeven. (...) ondanks alle pijn en ontgoocheling heeft hij steeds het geloof in het leven bewaard, het geloof ook in de triomf van de goedheid, van het recht en van de liefde’);
(in het A.M.V.C. te Antwerpen bewaart men een tiental foto's van de begrafenis door Fotokina, Gent);
op 20 oktober 1963 werd het grafmonument met een bronzen portretkop in hoogreliëf van Emiel Poetou (1885-1975) op het Campo Santo te St.-Amandsberg door e.h. A. Van de Walle ingewijd; |
- | vijf jaar na zijn overlijden werd op 17 april 1966 in de Broekstraat te Hamme, op de wijk Driegoten, een indrukwekkend monument (met de Blauwvoet, de soldaat Johan, de veerman en de jonkvrouw, de dijk en de Schelde), gebeeldhouwd door de Antwerpse kunstenaar Albert Poels, ingewijd met als tekst:
‘Aan Filip de Pillecyn 1891-1962
verheerlijker van het land
Vlaamse Toeristenbond 17.4.1966’
(cf. De Autotoerist, 1966, XIX, nrs. 8 én 17 (blz. 864-866, met een gedicht In de Bunt van Johan Daisne);
(in 1962 had De Clauwaert al een borstbeeld van Filip de Pillecyn in bruinrode terra-cotta door Albert Poels op de markt gebracht (gewicht: 6,850 kg, hoogte: 0,5 m);
(de weduwe van de schrijver, Suzeke de Pillecyn, overleed te Gent op 28 februari 1973; haar dood overschaduwde het verschijnen van een jubileum-editie van Filip de Pillecyns Scheppend proza b.g.v. het 25-jarig bestaan van De Clauwaert.) |
- | verschillende keren werd Filip de Pillecyns heengaan sindsdien herdacht: op 6 oktober 1973 door De Clauwaert in Hamme (spreker: Paul Lebeau), op 29 september 1978 in het kader van het Jaar van het Dorp, eveneens in Hamme (spreker: Anton van Wilderode); op 31 oktober 1987 werd hij in Sint-Amandsberg bij Gent herdacht met om 15 u. een bloemenhulde bij zijn graf op het Campo Santo en om 15.30 u. een academische zitting in de Sint-Amanduskapel (cf. het portret van ‘de prins van het Vlaamse proza’ bij die gelegenheid door Daniel Van Acker in S.d.L. gepubliceerd);
in Het Toreken, het ontmoetingscentrum van de Kredietbank nv Groep Gent, vond van 22 oktober tot 1 november 1987 een Tentoonstelling Filip de Pillecyn 1891-1962 plaats
(cf. de bijzonder informatieve catalogus door Johan van Mechelen en Annemie Hautekeete); een tijd later kon men diezelfde tentoonstelling in Hamme bekijken, nl. van 20 tot 28 februari 1988. |
| |
| |
| |
II. Bibliografie ‘van’:
1) Toneel:
Margaretha van Eyck. Gedramatiseerde legende in D.W.e.B., 1914, blz. 344-368, 453-471. |
Dona Mirabella. Toneelspel in drie bedrijven naar een thema van Ben Jonson in N.V.T., 1953, VII, blz. 1-70.
* | De Antwerpse K.N.S. (o.l.v. Bert van Kerkhoven) opende eind september 1963, als een hulde aan de nagedachtenis van een groot prozaïst, het speeljaar 1963-64 met een opvoering van De Pillecyns divertissement Dona Mirabella (tot dan toe slechts in schoolverband opgevoerd) in een regie van Willy Vandermeulen. In de belangrijkste rollen fungeerden Marc Janssen, Marcel Hendrickx, Gaston Vandermeulen, Maurits Goossens, Jan Cammans, Lode van Beek, Julienne de Bruyn, Jenny van Santvoort, Yolande Markey, Ann Petersen, Rik Hancké en Ivo Pauwels.
De jonge componist Peter Welffens stond in voor de muziek en de choreografe Lea Daan tekende voor de pantomimes.
(cf. De Scene, 1963-64, V, nr. 1) |
|
| |
2) Poëzie:
Onder den hiel (1920).
* | Het gaat om gedichten ontstaan tijdens W.O.I. en samen met enkele gedichten van Jozef Simons uitgegeven. |
|
| |
3) Romans:
Pieter Fardé, de roman van een minderbroeder (1926, 19423), |
Blauwbaard (1931, 19796),
* | Een fragment uit Blauwbaard verscheen in Zoo verhalen de Vlamingen, een bloemlezing van het ts. D.W.e.B., juni-juli 1931, blz. 545-555. |
* | In het Duits vertaald door Elisabeth en Felix Augustin als Blauwbart in Flandern (Leipzig, Jacob Hegner, 1933). |
* | Een fragment uit Blauwbaard verscheen onder de titel De heks in De dageraad des duivels. Vlaamse science fiction en fantastische verhalen uit de 19de en 20ste eeuw, verzameld door Danny De Laet (Antwerpen, Walter Soethoudt, 1974, blz. 125-134). |
* | Bert Peleman, die na de oorlog met F.d.P. in Sint-Gillis gevangen zat, publiceerde in Volk van Bosch en Bruegel. Een bloemlezing balladen, berijmde kronieken en lichtvoetige verzen (Westerlo, Saeftinge, 1974, blz. 39) een gedicht Bekentenis bij Bornem's kasteel, ‘indachtig Filip de Pillecyn, schrijver van Blauwbaard’. |
|
Hans van Malmedy (1935, 19632),
* | In het Duits vertaald door Peter Mertens als Hans von Malmedy (Leipzig, Gustav Altenburg, 1938). |
* | M.J. Herryns en G. Lambrichs bezorgden een Franse vertaling, getiteld Hans van Malmedy (Bruxelles, Editions de la Toison d'Or, 1943). |
* | Fragmenten uit Hans van Malmedy verschenen in D.W.e.B., 1935, blz. 44-60, 122-135. |
* | In 1963 bracht Reinaert Uitgaven, Brussel Hans van Malmedy en De rit in één band uit. |
|
De soldaat Johan (1939, 19834),
* | De opdracht luidt: ‘Aan die van Gent’. |
* | B.g.v. de 50ste verjaardag van de auteur verscheen het slotfragment van De soldaat Johan in Vooruit, 24 april 1941. |
* | Tijdens het proces voor de krijgsraad in 1947 prees de vertegenwoordiger van de Belgische Staat zelfs het boek De soldaat Johan en hij reduceerde meteen zijn eis als burgerlijke partij van vijf tot twee miljoen fr. ‘Zodat dit boek mij dus in één klap drie miljoen heeft opgebracht’, constateerde De Pillecyn ironisch. |
* | Van De soldaat Johan verschenen een Franse en een Duitse vertaling: Le soldat Johan in een vertaling van Paul de Man (Bruxelles, Editions de la Toison d'Or, 1942), Der Soldat Johan, vertaald door Heinz Graef (Jena, Diederichs, 1943) en vertaald door Bruno Loets (Leipzig, Gustav Altenburg, 1943). |
* | In 1962 bracht Uitgeverij Ontwikkeling als derde druk een schooluitgave van De soldaat Johan uit met aantekeningen van Theo Maes (Bibliotheek van Vlaamse Letteren). |
* | Opgenomen in de bundel Anthologie de la prose néerlandaise Belgique 1 van Pierre Brachin onder de titel Jean le Soldat (Paris, Aubier Ed. Montaigne/Bruxelles, AsediEd., 1966, blz. 72-87). |
* | Regisseur Jef Cassiers en producer Eddy Steylaerts maakten in 1981-82 naar De Pillecyns bekende roman een lyrisch-dramatische evocatie: De ballade van de soldaat Johan, die door de B.R.T. op zondag 5 september 1982 werd uitgezonden (heruitzending op 5 september 1988, 21.10 u.).
Voor de prestigieuze produktie (de B.R.T. zond haar voor de Italiaprijs in) was op diverse plaatsen gefilmd: in Villers-la-Ville, Waterloo, Hamme, Brugge, Leopoldsburg en in het Zoniënwoud.
Hoofdvertolkers waren Jan Decleir (soldaat Johan), Linda Schagen- Van Leeuwen (Greta), Dries Wieme en Dora Vandergroen. Voor de originele muziek tekende Frederik Van Rossum. De tekst was door Valeer van Kerkhoven aangepast.
Tijdens de 680ste herdenking van de Guldensporenslag kon de Kortrijkse bevolking op 11 juli 1982 de exclusieve première op een reuzenscherm op de Grote Markt meemaken. |
|
Jan Tervaert (1947),
* | Deze roman over de Boerenkrijg verscheen, b.g.v. de 150ste verjaardag van het uitbreken van die strijd, bij de uitgeverij van het Vlaams Verbond van Katholieke
|
|
| |
| |
| Scouts, s.v. De Pijl in Brussel. |
|
Mensen achter de dijk (1949, 198511),
* | De opdracht luidt: ‘Voor Suzeke, mijn vrouw’. |
* | Vooraan vermeldt de auteur: ‘Alle personages uit dit boek, Puck uitgezonderd, zijn verzonnen’. |
* | Het betreft het eerste boek van De Pillecyn dat door De Clauwaert is uitgegeven. De ‘boekengilde’ was op 28 oktober 1948 als een v.z.w. door Willem vanden Eynde, prof. dr. Henri Draye en dr. Paul Rubbens opgericht met als eerste doel te reageren tegen bepaalde culturele gevolgen van de repressiewetgeving die een aantal Vlaamse letterkundigen verbood te publiceren. Vanden Eynde had aanvankelijk gepoogd een uitgever te vinden voor het boek dat De Pillecyn in de gevangenis had geschreven. Toen hij daar niet in slaagde, kon alleen een nieuw Vlaams huis als De Clauwaert aan een ‘mislopen’ schrijver als De Pillecyn onderdak bieden. Later vertrouwde De Pillecyn zijn volledige oeuvre aan de boekengilde toe waarvan hij ook bestuurslid werd. |
* | Mensen achter de dijk was het werk waar de auteur zelf het meest van hield: ‘omdat heel mijn jeugd erin zit en omdat het vol is van dingen die mij dierbaar zijn’. Het was ook het enige boek dat hij kon herlezen. |
* | In het Duits vertaald door Franz Fromme onder de titel: Menschen hinter dem Deich en verschenen bij Verlag der Nation in Berlijn in 19593. |
* | Er bestaat een uitgave van Mensen achter de dijk in de ‘Grote Letter Bibliotheek’: nr. 55 (Hasselt, Havermarkt 1, 1973, 345 blz.). |
* | Een fragment uit Mensen achter de dijk in het handschrift van de auteur staat afgedrukt in de schooluitgave van De soldaat Johan, met aantekeningen door Theo Maes (Antwerpen, Ontwikkeling, 19723). |
* | Het boek verscheen als feuilleton in De Standaard van 24 september tot 23 november 1984 (52 afleveringen). Ook Het Volk drukte Mensen achter de dijk als vervolgverhaal af, in 126 afleveringen, van 31 januari tot 28 juni 1988. |
|
De veerman en de jonkvrouw (1950, 19879),
* | De opdracht luidt: ‘Voor Lieveke, mijn kind’. |
* | Een Duitse vertaling onder de titel Leda, Liebe eines Sommers van de hand van Hans Reykers verscheen in 1951 bij Karl Glöckner Verlag in Bonn. |
|
Vaandrig Antoon Serjacobs (1951, 19562), |
Aanvaard het leven (1956),
* | Het gaat om De Pillecyns laatste roman (de moeilijke wederaanpassing na zijn verblijf in de gevangenis), die door Boekengilde De Clauwaert aanvankelijk als Legioensoldaat Danneels werd aangekondigd. Blz. 4 schrijft de auteur: ‘Alle personages van dit boek zijn verzonnen’. |
|
| |
4) Essays:
Hugo Verriest (1926, 19412),
* | De eerste druk verscheen bij J. Lannoo in Thielt en - met een afzonderlijke imprint - bij L.J. Veen in Amsterdam. Een tweede druk verscheen bij De Residentiebode n.v. in 's-Gravenhage. |
|
Stijn Streuvels en zijn werk (1932, 19432),
* | Stijn Streuvels en zijn werk is de titel van de herdruk; de eerste druk heette gewoon: Stijn Streuvels. |
|
Het boek van Sint Niklaas (1935), |
Stijn Streuvels (1959),
* | Deze monografie in de reeks Ontmoetingen van Desclée De Brouwer (Brugge) is een verkorte versie van De Pillecyns studie uit 1943. |
|
| |
5) Novellen en verhalen:
De rit (1927, 19633),
* | Het titelverhaal verscheen in 1924 reeds in het ts. Vlaemsche Arbeid, XIV, blz. 157-167. |
* | De andere oorlogsverhalen uit de bundel zijn: De laatste kerstnacht van majoor Traub, Reigersvliet 6 maart 1918, De kwetsuur, De schoolmeester en De hond. |
* | Dank zij Anton van Wilderode kon ik twee verschillende uitgaven van de druk uit 1927 inkijken, de ene met het impressum ‘Uitgeverij Regenboog, Amsterdam-Antwerpen’, de andere met de vermelding ‘Vlaamsche Uitgeverij Regenboog, Antwerpen, 1927’. In de laatste uitgave ontbreken de verhalen De schoolmeester en De hond. |
|
Monsieur Hawarden (1935, 19878),
* | Verscheen in 1934 reeds in het ts. Forum, III, 1, blz. 493-507; 2, blz. 656-679. |
* | Harry Kümels eerste lange speelfilm, naar Filip de Pillecyns novelle Monsieur Hawarden en de gelijknamige roman van Henri Pierre Faffin uit 1932, raakte klaar in de zomer van 1968, in een produktie van Rob du Mee (107 minuten, 35 mm., zwart-wit).
Jan Blokker schreef er het scenario en de dialogen voor. De muziek was van Pierre Bartholomée. Voor de fotografie tekende Eddy Van der Enden en voor het decor Jan Beekman. Acteurs waren: Ellen Vogel (Monsieur Hawarden), Hilde Uytterlinden (Victorine), Xander Fischer (Axel), Senne Rouffaer, Joan Remmelts, Dora Van der Groen, John Lanting e.a.
(Cf. Naslagwerk over de Vlaamse film. Brussel, C.I.A.M., 1986, blz. 257-260.)
Op het filmfestival van Chicago won de Belgisch-Nederlandse coproduktie twee zilveren ‘Hugo's’: de eerste voor de beste regie, de tweede voor de beste fotografie. |
* | De B.R.T. zond Harry Kümels dramatische speelfilm uit op maandag 8 januari 1973 om 20.50 u. De N.O.S. programmeerde Monsieur Hawarden eerder, nl. op
|
|
| |
| |
| woe. 12 mei 1971, om 20.40 u. |
* | B.g. v. de verfilming van Monsieur Hawarden door Harry Kümel brachten Standaard Uitgeverij (Antwerpen-Utrecht) en Boekengilde De Clauwaert (Leuven) in 1968 een Dossier Monsieur Hawarden uit. Het bevatte, naast foto's uit de film: a) de tekst van de novelle (blz. 7-50), b) het essay Fictie en waarheid rond de figuur van Monsieur Hawarden alias Mlle Meriora Gillibrand door Ivo Nelissen (blz. 51-90) en c) het filmscenario door Jan Blokker (blz. 91-137). |
* | Op 23-24 mei 1970 wijdde D.W.e.B. zijn 20ste week-einde in het K.A.J.-domein in Dworp aan Monsieur Hawarden en de verfilming van de novelle. Sprekers waren o.m. Anton van Wilderode en Harry Kümel. |
* | In het Frans vertaald door Adèle Durieux als Monsieur Hawarden en verschenen bij Edition et Promotion in Paris (1967). |
* | Clara Hammerich bezorgde een Deense vertaling in de bundel Nyere Flamsk Prosa Omnibus (Kopenhagen, Nordisk Sprag & Kulturforlag, 1966, blz. 84-114). |
* | Een Duitse vertaling verscheen in 1968 bij Manesse in Zürich. |
* | Marnix Gijsen en Karel Jonckheere ruimden in hun 54 Vlaamse verhalen ook plaats in voor Monsieur Hawarden (Amsterdam-Brussel, Paris-Manteau, 1971, 2, blz. 155-179 + Antwerpen-Amsterdam, Elsevier Manteau, 1980, blz. 359-383). |
* | Monsieur Hawarden verscheen als bijlage in Mimo, 9 september 1973, blz. 4-17. |
* | D.A.P. Reinaert Uitgaven (Zele, 1977, blz. 249-297) nam Monsieur Hawarden op in zijn Omnibus Vlaamse parels, 3. Romanvernieuwing rond 1930. (Ander werk in de bundel is van M. Roelants, L. Zielens, G. Walschap, R. Brulez, W. Elsschot en M. Matthijs.) |
* | In hun Vlaams leesboek. Poëzie, proza en literair essay tussen 1932 en 1986 namen Jozef Deleu en Anne Marie Musschoot de eerste vier bladzijden van Monsieur Hawarden op (Tielt, Lannoo, 1986, blz. 133-136). |
* | Françoise Gohimont, een lerares Nederlands uit Thirimont, bewerkte de novelle voor toneel. De opvoering door haar leerlingen in het Nederlands (‘La Compagnie du Printemps de l'Athenée Royal de Malmédy présente le mystère Hawarden’) had enorm succes (25.04.87). |
|
De aanwezigheid in Vertellen. Brussel, Onze Tijd, 1937, blz. 119-149,
* | De bundel bevat voorts werk van Raymond Brulez (Een mei), Marcel Matthijs (Het Turksch kromzwaard en Mur Italien), Willem Putman (Mijn gevangene), Maurice Roelants (Een episode en Het negerbeeld) en Lode Zielens (Polka voor piston). |
* | S.v. Onze Tijd bracht, wellicht tegelijkertijd, een afzonderlijke uitgave (35 blz.) van De aanwezigheid uit onder de noemer: ‘Vlamingen vertellen’. |
* | In het Duits vertaald door Heinz Graef onder de titel: Das zweifache Leben en in een gelijknamige bloemlezing van Vlaamse novellen uitgebracht door Eugen Diederichs Verlag in Jena, 1943. |
* | In 1963 verscheen een Deense vertaling door Clara Hammerich getiteld: Naervaerelse (Kopenhagen, G.E.C. Gad). |
* | André Demedts nam De aanwezigheid op in de door hem ingeleide bloemlezing Vlaamse verhalen (Utrecht-Antwerpen, Het Spectrum, z.d., blz. 71-89). |
|
Schaduwen gevolgd door Monsieur Hawarden en De aan wezigheid (1937, 19422),
* | Dit is de titel van de herdruk. De eerste druk heette gewoon: Schaduwen en bevatte ook alleen het verhaal Schaduwen. |
* | De Pillecyn publiceerde het verhaal De schaduw in Forum, 1935, IV, 1, blz. 468-487, 535-550. |
* | Schaduwen verscheen als bijlage in Mimo, 9 september 1973, blz. 17-32. |
|
De boodschap (1946), |
Rochus (1951, 19542),
* | Rochus verscheen voor het eerst op 25 maart 1951 als bibliofiele luxe-uitgave n.a.v. de 60ste verjaardag van de auteur. |
* | De opdracht luidt: ‘Opgedragen aan allen die barmhartig zijn’. |
* | Met Elizabeth (1961) en het ongeschreven gebleven Vincent de Paul had Rochus een drieluik moeten vormen, ‘een trilogie van de barmhartigheid’. |
* | In 1961 bracht Boekengilde De Clauwaert als vijfde druk een schooluitgave van Rochus op de markt met aantekeningen door dr. J. Smeyers (Caleidoscoop der Nederlandse Letteren). |
|
Het boek van de man Job (1956, 19622),
* | De eerste druk betreft een losbladige uitgave bezorgd door de ‘Bond der Oost-Vlamingen’ te Brussel b.g.v. de 65ste verjaardag van de schrijver. De oplage bedroeg 300 genummerde exemplaren. De bandtekening en andere illustraties zijn van Frans de Pillecyn en Omaar Waegeman.
De tweede druk verscheen op 30 december 1962 ter gelegenheid van de Filip de Pillecyn-herdenking georganiseerd door de Bond der Oostvlamingen te Brussel. |
|
Elizabeth (1961),
* | Tegelijkertijd met de uitgave bij De Clauwaert (Leuven) verscheen de novelle over het Hongaarse koningskind († 1231) onder de titel Elisabeth in D.W.e.B., 1961, CVI, blz. 236-252. |
* | Door Wilhelm Koch in het Duits vertaald als Elisabeth en, verlucht met middeleeuwse miniaturen, verschenen bij Verlag Fredebeul & Koenen in Essen (1963). Aan de uitgave (in de Pretiosa-reeks) gaat een inleiding over Elisabeth von Thüringen vooraf (Leben, Legende, Ausstrahlung). De vertaling wordt afgesloten met een opstel Über Filip de Pillecijn door Heinz Graef. |
* | In een Franse vertaling van Jeanne Buytaert verschenen onder de titel Elisabeth in Les grands conteurs flamands
|
|
| |
| |
| omnibus (Bruxelles, Wellprint, 1969, blz. 23-49). |
|
Van de goede moordenaar (1961),
* | Het betreft een bibliofiele bundel uitgebracht b.g.v. de 70ste verjaardag van de auteur door de Stichting Filip de Pillecyn (kostprijs: 100 fr.). Met illustraties van Luc Verstraete. |
|
| |
6) Biografieën:
* | Het betreft drie door De Pillecyn op aanvraag geschreven levensverhalen van priesters, nl. priester Mondje Denys uit Roeselare, die als aalmoezenier van de Vlaamse seizoenarbeiders Noord-Frankrijk doortrok, en de scheutisten-missionarissen Alfons Bermijn en Constant De Deken.
(Ook Pieter Fardé, de roman van een minderbroeder (1926) zou hier vermeld kunnen worden.) |
| Pastor Denys (1927), |
| Monseigneur Bermijn, de Paulus van Ortos-land (1929), |
| Pater De Deken (1929).
|
| |
7) Brochures, pamfletten enz.:
Practische wenken bij het schrijven van onze moedertaal (1917),
* | Het betreft een leerboekje aan het IJzerfront geschreven voor de Vlaamse soldaten (S.K.V.H. Hoogeschooluitbreiding op de Voorlinie IJser 1917). |
|
Vlaanderen's dageraad aan den IJzer (1917),
|
Het proces van den veiligheidsdienst (1920), |
Amnestie! (z.j.),
* | Gedrukt bij Excelsior (Sint-Trudostraat 21, tel. 376!) in Brugge.
De gewone uitgave kostte 1 fr., de volksuitgave 0,25 fr. |
|
De dief in Het Vlaamsche Kerstboek. Kerstnummer van ‘Ons Volk Ontwaakt’. Brussel, 1930, blz. 24-34.
in Volk en Staat, 24 december 1939, blz. 7-8. |
Renaat De Rudder (19312, 19573),
* | De opdracht luidt: ‘Opgedragen aan Mevrouw Weduwe De Rudder-Bauwens, de waardige moeder van Renaat’. |
|
Joe English. Leven en werken (1932, 19602),
* | Volgens Lectuur Repertorium 1952-1966 (Antwerpen, A.S.K.B., 1968, 1 (A-G), blz. 526) is deze anonieme uitgave (Temsche, Komiteit der Bedevaert naar de graven van den IJzer) geschreven door Filip de Pillecyn. Het boekje bestaat uit 63 blzn. tekst en 55 blzn. foto's. |
|
Gedecoreerd met de Ster van Bethlehem in Het Vlaamsche Kerstboek. Kerstnummer van ‘Ons Volk Ontwaakt’. Brussel, 1935, blz. 104-119.
* | Met vijf illustraties door Eugeen Hermans. |
* | In het Duits vertaald door Carl Hanns Erkelenz als Der Sternorden von Bethlehem en verschenen in Flämische Weihnacht. Erzählungen flämischer Dichter mit Bildern alter Meister (München, Carl Hanns Erkelenz. Verlag Kösel-Pustet, 1937, blz. 117-135). |
|
Heldenhulde in Vlaanderen in Vlaanderen roept. Een bundel novellen, schetsen, verzen en artikelen onder redactie van Emile Buysse. Baarn, Bosch en Keuning, (1938), blz. 42-49. |
Het hart met zeven zwaarden in Het beste er mee! Nog meer ziekenbezoek. Amsterdam, Bigot & Van Rossum, z.j., blz. 137-176.
* | Vertaald in het Duits door Carl Hanns Erkelenz onder de titel Das Herz mit sieben Schwertern en verschenen in Unsre Liebe Frau aus Flandern. Erzählungen flämischer Dichter (Salzburg-Leipzig, Carl Hanns Erkelenz. Verlag Anton Pustet, 1939, blz. 157-194). |
|
Aan Schelde en Durme, het soete land van Waas in Vlaandren, o welig huis onder redactie van Emmanuel de Bom. Amsterdam-Antwerpen, Standaard-Boekhandel, 1939, blz. 92-98. |
Twistgesprek tussen Demer en Schelde. Zijnde een academische verhandeling over meisjes, bier, heiligen, sexuele, culturele en agronomische aangelegenheden (1956, 19852).
* | I.s.m. Ernest Claes. Op de 5de Scheldevaart van Boekengilde De Clauwaert werd, omdat Ernest Claes niet aanwezig kon zijn, lezing gegeven van een fel hekelend stuk met humoristische inslag van zijn hand over en tegen de Schelde en alles wat er mee in verband staat. Toen Filip de Pillecyn over zijn eerste verontwaardiging heen was, antwoordde hij op een even felle manier. |
* | Met pentekeningen van Willy Mertens. |
|
| |
8) Fotoboek:
Eeuwige Schelde (1953, 19582).
* | Het betreft een platenboek met vele foto's, teksten (o.m. Landschap en mens door Filip de Pillecyn, blz. 31-34) en gedichten, uitgegeven door De Clauwaert (Leuven).
Algemene samenstelling: Bert Peleman. Redactionele leiding: Filip de Pillecyn. |
|
| |
9) Bloemlezingen:
Vliegt de blauwvoet! Een keur uit zijn werken verzameld en ingeleid door Filip de Pillecyn (1955), |
Hugo Verriest: Keurbladzijden samengesteld en ingeleid door Filip de Pillecyn (1959). |
| |
10) Citaten:
Gedachten van Filip de Pillecyn (1962).
* | Het betreft een bloemlezing met citaten uit De Pillecyns werk verzameld door Hugo Van der Cruyssen en in eigen beheer gepubliceerd (Lovendegem, Kerkstraat 40,
|
|
| |
| |
|
Gedachten van Filip de Pillecyn (1987).
* | 25 jaar later verscheen een nieuw boeket citaten uit het werk van Filip de Pillecyn, gebloemleesd door Thérèse Jamar en Hugo Van der Cruyssen en gepubliceerd door Standaard Uitgeverij, Antwerpen (56 blz.). Anton van Wilderode schreef er een ‘Ten geleide’ bij. |
|
| |
11) Herinneringen:
Over mijn werk in D.W.e.B., 1958, blz. 353-362.
* | Het betreft de tekst van een lezing gehouden door Filip de Pillecyn op het jaarlijkse weekend van D.W.e.B. in Overijse op 17 en 18 mei 1958. |
|
Het was toen... Herinneringen aan mijn geboortestreek, mijn jeugd en mijn studentenjaren (1972).
* | N.a.v. de tiende verjaardag van het overlijden van Filip De Pillecyn publiceerde G.v.A. deze, bij De Clauwaert verschenen, herinneringen in drie afleveringen (7 + 8 + 9 augustus 1972) onder de titel: ‘Filip de Pillecyn vertelt over zijn jeugd’. |
|
| |
12) Memoires:
Face au mur (1979, 19813).
* | Face au mur bevat de aantekeningen van Filip de Pillecyn uit de tijd dat hij in Dendermonde, Lokeren en Sint-Gillis gevangen zat. |
* | De opdracht luidt: ‘Dit boek weze opgedragen aan allen die de boeien hebben gedragen’. |
* | Met een Verantwoording door Bert Ranke (blz. 5-6), een Inleiding door Willem Melis (blz. 7-10), een woord Vooraf door Filip de Pillecyn (blz. 11-12) en een Profiel door Anton van Wilderode (blz. 171-179). |
|
| |
13) Journalistiek:
Kiespijn der ziel. Onuitgegeven journalistiek (1981),
* | Het betreft een bloemlezing uit het journalistieke werk van Filip de Pillecyn, verzameld en ingeleid door Richard Baeyens en verschenen bij Soethoudt in Antwerpen. |
|
‘Mensen en dingen’ (1983).
* | Het betreft een jubileumuitgave n.a.v. het verschijnen van de 25ste V.N.S.-brochure (1989, nrs. 8-9), met een Ten geleide door H.-F. Jespers (blz. 3-11) en een aantal afleveringen van De Pillecyns rubriek ‘Mensen en dingen’ gepubliceerd in het halfmaandelijks blad De Volksunie (voorloper van het weekblad Wij) tussen november 1958 en december 1960. |
|
| |
14) ‘Verzameld werk’:
Filip de Pillecyn: Verzameld Werk.
Leuven, De Clauwaert, 1959-60, 4 dln.
* | Biografisch werk en essays zouden oorspronkelijk niet in het Verzameld werk worden opgenomen. Edoch, in december 1960 bracht Boekengilde De Clauwaert een vierde deel uit. |
* | Het Verzameld werk bevat in:
• | deel I:
* | De aanwezigheid, |
* | Monsieur Hawarden, |
| De soldaat Johan, |
| Hans van Malmedy, |
| Jan Tervaert. |
|
• | deel II:
| Pieter Fardé, |
* | De boodschap, |
| Mensen achter de dijk, |
* | Rochus, |
| Vaandrig Antoon Serjacobs. |
|
• | deel III:
| Blauwbaard, |
| De veerman en de jonkvrouw, |
| Aanvaard het leven, |
* | Schaduwen, |
* | De rit. |
|
• | deel IV:
Pastor Denys, |
Monseigneur Bermijn, |
Hugo Verriest, |
Stijn Streuvels. |
|
|
|
Filip de Pillecyn: Scheppend proza.
Leuven, De Clauwaert, 1964, 19784, 2 dln.
* | Deel 1 bevat: Pieter Fardé, De rit, Blauwbaard, Monsieur Hawarden, Hans van Malmedy, Schaduwen, De aanwezigheid, De soldaat Johan, De boodschap en Jan Tervaert.
Deel 2 bevat: Mensen achter de dijk, De veerman en de jonkvrouw, Rochus, Vaandrig Antoon Serjacobs, Aanvaard het leven, De man Job en Elizabeth. |
|
Filip de Pillecyn Omnibus (z.d.),
* | Deze door Reinaert Uitgaven, Brussel bezorgde ‘omnibus’ bevat de romans Blauwbaard en Aanvaard het leven én de biografie Pastor Denys. |
|
Omnibus Filip de Pillecyn (1985, 19852).
* | Deze door het Davidsfonds (Leuven) uitgebrachte ‘omnibus’ bevat de romans Hans van Malmedy (1935), Vaandrig Antoon Serjacobs (1953), Aanvaard het leven (1956) én de novelle De boodschap (1946). |
|
| |
III. Bibliografie ‘over’:
A. Algemeen:
a) naslagwerken:
- | Baers J. en Hardy P. in Lectuur-Repertorium.
Antwerpen, A.S.K.B., 1952, 1 (A-G), blz. 667. |
- | Calis P. e.a. in Het spel en de knikkers. Kernboek 2. Literatuurgeschiedenis van 1880 tot heden.
|
| |
| |
|
Amsterdam, Meulenhoff Educatief, 19743, blz. 173. |
- | Calis P. in Onze literatuur vanaf 1916.
Amsterdam, Meulenhoff Educatief, 19882, blz. 44. |
- | Dangez H. in Onze letterkunde, 2. Van 1880 tot heden.
Antwerpen, De Sikkel, 1977, blz. 108-109. |
- | De Bock E. in De Vlaamse letterkunde. Ingeleid door Anton van Duinkerken.
Antwerpen, De Sikkel/Den Haag, Daamen, 1953, blz. 246-248. |
- | Demedts A. in Encyclopedie van de Vlaamse Beweging.
Tielt-Amsterdam, Lannoo, 1975, II, blz. 1.250-1.251. |
- | Den Haan J. e.a. in Honderd schrijvers van onze eeuw.
Den Haag, Daamen/Antwerpen, De Sikkel, 1954, blz. 65. |
- | Deprez A. in Literaire gids voor Oost-Vlaanderen (met een bijdrage van Herwig Waterschoot).
Schoten, Hadewijch, 1987, blz. 57, 112, 132. |
- | De Vooys C.G.N. e.a. in Schets van de Nederlandse letterkunde.
Groningen, Wolters-Noordhoff, 198032, blz. 211. |
- | Dupuis M. in G.J. van Bork e.a.: De Nederlandse en Vlaamse auteurs. Van Middeleeuwen tot heden met inbegrip van de Friese auteurs.
Weesp, De Haan, 1985, blz. 447-448. |
- | Durnez G. in De Standaard. Het levensverhaal van een Vlaamse krant 1914-1918.
Tielt-Weesp, Lannoo, 1985, blz. 173-186. |
- | Gijsen M. in De literatuur in Zuid-Nederland sedert 1830.
(Antwerpen), Standaard-Boekhandel, 19453, blz. 142-143. |
- | Hardy P. en De Win X. in Lectuur-Repertorium 1952-1966.
Antwerpen, A.S.K.B., 1968, 1 (A-G), blz. 526-527. |
- | Jonckheere K. in De Vlaamse letteren vandaag.
Antwerpen, Ontwikkeling, 1958, blz. 21. |
- | Kemp B. in De Vlaamse letteren tussen gisteren en morgen (1930-1960).
Hasselt, Heideland, 1963, blz. 45-46. |
- | Knuvelder G. in Nederlandse letterkunde. Schets van de geschiedenis.
's-Hertogenbosch, Malberg, 196631, blz. 170. |
- | Lissens R.F. in De Vlaamse letterkunde van 1780 tot heden.
Brussel-Amsterdam, Elsevier, 19674, blz. 200-201. |
- | Lissens R.F. e.a. in Winkler Prins lexicon van de Nederlandse letterkunde. Auteurs, anonieme werken, periodieken.
Amsterdam-Brussel, Elsevier, 1986, blz. 311-312. |
- | Lodewick H.J.M.F. e.a. in Ik probeer mijn pen... Atlas van de Nederlandse letterkunde.
Amsterdam, Bert Bakker, 1979, blz. 170. |
- | Moerman J. in Spectrum Nederlandstalige auteurs.
Utrecht-Antwerpen, Het Spectrum, 1985, blz. 179. |
- | Praas J. in Nederlands literatuuroverzicht.
Amsterdam, Meulenhoff Educatief, 19735, blz. 45. |
- | Rens L. in Acht eeuwen Nederlandse letteren. Van Van Veldeke tot vandaag.
Antwerpen-Utrecht, De Nederlandsche Boekhandel, 1971, blz. 133. |
- | Rijpma J.H. in Korte Nederlandse literatuurgeschiedenis.
Groningen, Wolters, 1968, blz. 138-140. |
- | Rutten M. en Weisgerber J. in Van Arm Vlaanderen tot De Voorstad Groeit. De opbloei van de Vlaamse literatuur van Teirlinck-Stijns tot L.P. Boon (1888-1946).
Antwerpen, Standaard Uitgeverij, 1988, blz. 470-473. |
- | Sourie L. in Vlaams letterkundig lexicon.
Komen, 1951, blz. 51-52. |
- | Van Aken P. in Letterwijs, letterwijzer. Een overzicht van de Nederlandse literatuur.
Brussel-Amsterdam, Manteau, 1979, blz. 134-135. |
- | Van Aken P. in Culturele geschiedenis van Vlaanderen. IX. Literatuur: De twintigste eeuw.
Deurne, Baart, 1983, blz. 43, 50, 57. |
- | Van Cauwelaert A. in De romancier en zijn jeugd.
Antwerpen e.a., Standaard-Boekhandel, 1944, blz. 54-56. |
- | Van den Daele A. in Beknopte geschiedenis van de Nederlandse letterkunde.
Brugge, Desclée De Brouwer, 19615, blz. 98. |
- | Van der Hallen O. in Vijftig jaar katholieke letterkunde in Vlaanderen (1885-1937).
Leuven, Davidsfonds, 1938, blz. 107-108. |
- | Van Geelen J. e.a. in Lexicon van de moderne Nederlandse literatuur. Biografische en bibliografische gegevens van bijna 500 auteurs uit België, Friesland en Nederland.
Amsterdam, Meulenhoff, 1978, blz. 109; 19812, blz. 139. |
- | Van Vlierden B.F. in Van ‘In 't wonderjaer’ tot ‘De verwondering’. Een poëtica van de Vlaamse roman.
Antwerpen, De Nederlandsche Boekhandel, 1969, blz. 89-92. |
- | Van Vlierden B.F. in Twintig Eeuwen Vlaanderen.
Hasselt, Heideland-Orbis, 1973, X, blz. 167-168. |
- | Van Wilderode A. in Moderne Encyclopedie der Wereldliteratuur.
Gent, Story-Scientia, 1970, VI, blz. 512-514. |
- | Vermeylen A. in De Vlaamse letteren van Gezelle tot heden.
Hasselt, Heideland, 1963, blz. 156-157. |
| |
| |
- | Waterschoot P. e.a. in Lectuur Repertorium 1967-1978.
Antwerpen, K.C.L.B./Den Haag, N.B.L.C., 1981, 3 (P-Z), blz. 1.995. |
| |
b) monografieën:
- | Ranke B., Filip de Pillecyn. Een proeve van synthese der persoonlijkheid.
Antwerpen, De Nederlandsche Boekhandel, 1941, 66 blz. + 21 foto's. |
- | Van Vlierden B.F., De romankunst van Filip de Pillecyn.
Antwerpen e.a., Standaard-Boekhandel, 1961, 74 blz. (Katholieke Vlaamse Hogeschooluitbreiding: 477). |
- | Van Wilderode A., Filip de Pillecyn.
Brugge, Desclée De Brouwer, 1960, 19733, 71 blz. (Ontmoetingen: 22). |
| |
c) tijdschriftafleveringen gewijd aan het werk van Filip de Pillecyn:
- | Cf. Jeugd en Cultuur, 1960-61, VI, nr. 8, blz. 328-353. |
- | Cf. Kruis en Leeuw in Waasland. Gewestelijk kultureel blad voor de Davidsfondsers van het Waasland, 1962, X, nr. 2, blz. 1-32. |
- | Cf. De Autotoerist, 1966, XIX, nr. 8, blz. (193)-220. |
| |
d) ‘literaire portretten’ van de auteur:
- | De Graeve F. in Streven, 1955-56, XXIII, 2, blz. 651-655. |
- | Demedts A. in De Dag, 8 september 1940. |
- | De Moor F. in Toortsen, z.d., nr. 10, blz. 9-12. |
- | (Dhaese) J. in 't Pallieterke, 19 november 1959 + 2 maart 1961. |
- | Durnez G. in D.S., 3 januari 1981. |
- | Durnez G. in Vlaamse schrijvers. Vijfentwintig portretten.
Antwerpen-Amsterdam, Manteau, 1982, blz. 120-126. |
- | Eeckhout J. in Litteraire profielen, IX.
Antwerpen e.a., Standaard-Boekhandel, 1940, blz. 64-82. |
- | Gronon R. in Twintig eeuwen Vlaanderen. XIV: Vlaamse figuren, 2.
Hasselt, Heideland-Orbis, 1976, blz. 293-296. |
- | Jacquemijns P. in Ik heb mensen gekend. (Memoires).
Hasselt, Heideland, 1966, blz. 79-85. |
- | Jonckheere K. in In een anekdote betrapt. Duizend jaar schrijvers uit Noord en Zuid.
Tielt-Utrecht, Lannoo, 1971, blz. 131-132. |
- | Kemp, B. in Kruis en Leeuw in Waasland, 1962, X, nr. 2, blz. 18-19. |
- | Lebeau P. in S.d.L., 31 oktober 1973. |
- | Lissens R.F. in Rien que l'homme. Aspects du roman flamand contemporain.
Bruxelles, Les Ecrits, 1944, blz. 127-141. |
- | Peleman B. in Geboeid maar... ongebonden. Getuigenissen uit een beloken tijd.
Retie, Kempische Boekhandel, 1983, blz. 42-71. |
- | Pissens D. e.a. in Vlaamsche weelde. Een keus van 75 koppen uit onze letterkunde.
Brussel, Standaard-Boekhandel, z.d.2, blz. 60. |
- | Scaldis in De Stad Antwerpen, 14 december 1937. |
- | Stevens A. e.a. in In de voetsporen van Filip de Pillecyn voor B.R.T.-1 Televisie, 5 jan. 1981, 21.50 u.-22.50 u. |
- | Suy V. in Een schilder. Dertig schrijvers.
Sint-Niklaas, Danthe, 1981, blz. 142-147. |
- | Van de Maele R.J. in Kruispunt, 1983, XXII, nr. 87, blz. 22-35. |
- | Van Vlierden B.F. in Streven, 1959-60, XIII, 2, blz. 631-636. |
- | Van Vlierden B.F. in Jeugd en Cultuur, 1960-61, VI, blz. 332-338. |
- | Van Wilderode A. in Kruis en Leeuw in Waasland, 1962, X, nr. 2, blz. 1-32. |
- | Van Wilderode A. in De Autotoerist, 1966, XIX, nr. 8, blz. 198-201. |
- | Van Wilderode A. in Filip de Pillecyn: Scheppend proza, 2.
Leuven, De Clauwaert, 1973, 19784, blz. 795-806. |
- | X. in Levende Vlaamse schrijvers. Portretten en bibliografieën.
Brussel, Manteau, 1957, blz. 119. |
- | X. (H.v.H.) in De Nieuwe/Boeken, 22 februari 1980, nr. 22, blz. 18-20. |
- | X. in Uitzending door derden van de Vlaams-Nationale Omroepstichting voor B.R.T.-1 Televisie, 24 januari 1984, 21.45 u.-22.15 u. (met getuigenissen van Godelieve de Pillecyn en Frans Van der Elst). |
| |
e) interviews met de auteur:
- | De Ceulaer J. in Het Nieuwsblad, 6 april 1961. |
- | De Ceulaer J. in Te gast bij Vlaamse auteurs, 2.
Antwerpen, De Garve, (1962), blz. 26-32. |
- | De Maegt J. in H.L.N., 1 april 1941. |
- | De Poortere A. in Volk en Staat, 23-24 maart 1941. |
- | Durnez G. in D.S., 23 februari 1960 + 18 mei 1960. |
- | Florquin J. in Ten huize van, 1.
Leuven, Davidsfonds, 1962, blz. 91-107; 19712, blz. 104-121. |
- | Sourie L. in Mens en kunstenaar. Vraaggesprekken.
Turnhout, J. Van Mierlo-Proost, 1955, blz. 57-70. |
| |
| |
- | Wellinck W. in De Post, 30 april 1961. |
- | X. (L.V.) in De Vlaamse Linie, 2 juni 1950, nr. 88. |
- | X. (H.T.) in De Gentenaar, 30 september 1959. |
| |
f) herdenkingsbijdragen:
n.a.v. De Pillecyns 50ste verjaardag:
- | Demedts A. in Het Nieuws van den Dag, 14 mei 1941. |
- | De Poortere A. in Volk en Kultuur. Weekblad voor volksche kunst en wetenschap, 29 maart 1941, nr. 9, blz. 6-7, 9. |
- | Ranke B. in Volk en Staat, 27 april 1941. |
- | Timmermans F. in Idem, 23 april 1941, nr. 13, blz. 11. |
- | Weyts S. in Het Vlaamsche Land, 18 maart 1941. |
- | X. (A.M.) in Volk en Staat, 23-24 maart 1941. |
- | X. (D.B.) in Vooruit, 3 april 1941. |
|
n.a.v. De Pillecyns 60ste verjaardag:
- | X. in Ons Volk, 1951, XXXIV, nr. 11. |
|
n.a.v. De Pillecyns 65ste verjaardag:
- | Roemans R. in Kruis en Leeuw in Waasland, 1962, X, nr. 2, blz. 20-21. |
- | Romulus in Het Handelsblad, 27 maart 1956. |
- | X. in Ons Volk, 22 maart 1956. |
- | X. in De Volksunie, 1956, nr. 6. |
- | X. (J.N.) in 't Pallieterke, 29 maart 1956. |
|
n.a.v. De Pillecyns 70ste verjaardag:
- | Closset F. in Revue des Langues Vivantes. Tijdschrift voor Levende Talen, 1961, XXVII, blz. 124-125. |
- | H(ardy) P. in G.v.A., 21 maart 1961. |
- | Homblé G. in Getuigenis. Maandblad Open Kring, 1960-61, II, nr. 6, blz. 2. |
- | Janssen E. in Bg., 1961, XXXIX, blz. 81-83. |
- | Ranke B. in Het Handelsblad, 25 maart 1961. |
- | Van der Biest N. in Getuigenis. Maandblad Open Kring, 1960-61, II, nr. 6, blz. 1-2. |
- | Van Wilderode A. in D.W.e.B., 1961, CVI, blz. 232-235. |
- | X. (D.P.) in D.N.Gi., 28 maart 1961. |
- | X. in Ons Land, 29 april 1961, nr. 43. |
- | X. (J.N.) in 't Pallieterke, 11 mei 1961. |
- | X. (J.d.B.) in De Schakel, juni 1961, blz. 3-4. |
|
n.a.v. De Pillecyns 25ste overlijdensdag:
- | Van Acker D.
{ in H.N., 26 oktober 1987. |
{ in S.d.L., 31 oktober 1987. |
|
- | Vorsselmans J. in G.v.A., 7 augustus 1987. |
- | X. (D.G.) in D.N.Gi., 29 oktober 1987. |
|
| |
g) in memoriams Filip de Pillecyn:
- | Daisne J.
{ in Het Nieuwsblad, 16 augustus 1962. |
{ in Kruis en Leeuw in Waasland, 1962, X, nr. 2, blz. 14-15. |
|
- | De Graeve F. in De Linie, 10 augustus 1962. |
- | Demedts A. in De Periscoop, 1961-62, XII, nr. 11, blz. 1-2. |
- | De Pillecyn W. in Kruis en Leeuw in Waasland, 1962, X, nr. 2, blz. 10-11. |
- | De Waele C.J. in Idem, 1962, X, nr. 2, blz. 9. |
- | D'Haese J. in D.N.Gi., 8 + 11 augustus 1962. |
- | (D'Haese) J. in 't Pallieterke, 9 + 16 augustus 1962. |
- | D(urnez) G. in D.S., 9 én 10 augustus 1962. |
- | Hardy P. in G.v.A., 14 augustus 1962. |
- | (Herreman R.) in Vooruit, 8 september 1962. |
- | L(ampo) H. in Volksgazet, 9 augustus 1962. |
- | Lebeau P. in Kruis en Leeuw in Waasland, 1962, X, nr. 2, blz. 17. |
- | Lods in D.S., 13 augustus 1962. |
- | Magerman A. in Idem, blz. 20-22. |
- | Melis W. in Het Vrije Waasland, 26 augustus 1972. |
- | Ranke B. in S.d.L., 13 oktober 1962. |
- | Ranke B. in Jeugd en Cultuur, 1961-62, VII, blz. 384-386. |
- | Smeyers J. in D.S., 8 augustus 1962. |
- | Spillebeen W. in O.E., 1962-63, VI, nr. 2, blz. 72-73. |
- | V(an) D(amme) J. in Brugsch Handelsblad, 25 augustus 1962. |
- | Van Wilderode A. in Streven, 1962-63, XVI, 1, blz. 71-72. |
- | Walravens J. in De Groene Amsterdammer, augustus 1962. |
- | Wulms G. in H.B.v.L., 26 augustus 1969. |
- | X. in G.v.A., 7 augustus 1962. |
- | X. in Volksgazet, 7 augustus 1?62. |
- | X. in H.L.N., 8 augustus 1962. |
- | X. in N.R.C., 8 augustus 1962. |
- | X. (PoL) in H.B.v.L., 8 augustus 1962. |
- | X. (D.P.) in D.N.Gi., 16 augustus 1962. |
- | X. (M.Th.) in De Rode Vaan, 17 augustus 1962. |
- | X. in De Gentenaar, 3 november 1962. |
| |
h) (ongepubliceerde) licentiaatsverhandelingen aan Belgische universiteiten voorgelegd:
- | Borgonjon F., Filip de Pillecyn, zijn leven en romans.
Leuven, 1958. |
- | Caremans A.-M., Filip de Pillecyn, een generatie later.
Brussel, 1984. |
- | Custers N., Filip de Pillecyn. Een bijdrage tot de kennis van zijn leven, persoonlijkheid en scheppend oeuvre.
Gent, 1972. |
- | De Graef P., Het journalistieke werk en de politiekkulturele aktiviteit van Filip de Pillecyn, katholiek Vlaams-nationalist 1891-1962.
Gent, 1986. |
- | De Laecker J.-P., De centrale held. De ontwikkeling van een betekenispatroon in enkele prozawerken
|
| |
| |
| van Filip de Pillecyn.
Brussel, 1976. |
- | De Pauw E., Blauwbaard of het motief van de wreedheid. Met een analyse van de bewerking door De Pillecyn en Van de Woestijne.
Gent, 1987. |
- | De Ronge M., Filip de Pillecyn. Zintuiglijkheid bij een Laat-romanticus? In ‘Mensen achter de dijk’ en ‘De veerman en de jonkvrouw’.
Louvain, 1980. |
- | Meuron D., De literaire ruimte in het oeuvre van F. de Pillecyn.
Louvain, 1987. |
- | Van Aken E., Het thema van de eenzaamheid in het werk van Filip de Pillecyn.
Brussel, 1968. |
- | Van Rhode K., De vrouw als personage. Een onderzoek naar de vrouw in drie Vlaamse romans: Maurice Roelants ‘Het leven dat wij droomden’, Hubert Lampo ‘Hélène Defraye’, Filip de Pillecyn ‘De veerman en de jonkvrouw’.
Leuven, 1976. |
- | Vermeir F., ‘Aanwezig verleden’. Een onderzoek naar de objectieve en de subjectieve tijd in het proza van Filip de Pillecyn, 1935-1938.
Leuven, 1978. |
- | Vinck L., Veerman worden in een woelige tijd. Een sociologische benadering van de romans ‘Mensen achter de dijk’ en ‘De veerman en de jonkvrouw’ van Filip de Pillecyn.
Leuven, 1979. |
- | Wouters E., Struktuuranalyse van een ik-roman. ‘Mensen achter de dijk’ van Filip de Pillecyn.
Gent, 1971. |
| |
B. Bijzonder: recensies i.v.m. de romans, novellen, verhalen en memoires van Filip de Pillecyn:
a) romans:
i.v.m. Pieter Fardé, de roman van een minderbroeder (1926, 19423):
- | De Bruyn J. in Volk en Staat, 20-21 september 1942. |
- | De Pauw D. in Bg., 1926, IV, blz. 273, nr. 2.680. |
- | Koenen M. in Boekzaal, 1927, nr. 4. |
- | W(alschap) G. in D.W.e.B., 1927, XXVII, blz. 444-445. |
- | X. in Ons Vaderland, 31 oktober 1926. |
- | X. (E.V.O.H.) in Jong Dietschland, 27 oktober 1927. |
- | X. (N.W.) in Nieuw Vlaanderen. Algemeen weekblad, 1942, VIII, nr. 39, blz. 12. |
- | X. in Het Nieuws van den Dag, 13-14 september 1942. |
- | X. in Volk en Staat, 22 oktober 1942. |
|
i.v.m. Blauwbaard (1931, 19796):
- | Gijsen M.
{ in D.S., 19 november 1931. |
{ in Verzameld werk, 5. Amsterdam, Meulenhoff Nederland/'s-Gravenhage-Rotterdam, Nijgh & Van Ditmar, 1977, blz. 770-780. |
|
- | L(ampo) H. in Volksgazet, 23 mei 1957 en 4 juli 1957. |
- | Rosseels M. in D.S., 14 december 1957. |
- | Rozenberg G. in De Tijdstroom, 1931-32, II, blz. 264-267. |
- | V(an) C(auwelaert) A. in D.W.e.B., 1933, XXXIII, blz. 400-401. |
- | Van de Moortel R. in De Gentenaar, 2 juni 1957. |
- | Vander Hallen E. in Bg., 1932, X, blz. 10, nr. 9.020; blz. 28, nr. 9.071. |
- | Vermeylen A. in Universum, 1935, XI, nr. 398. |
- | Vermeylen A. in De Vlaamse letteren van Gezelle tot heden.
Hasselt, Heiland, 1963, blz. 154. |
|
i.v.m. Hans van Malmedy (1935, 19632):
- | Bobine R. in Lg., 1970, XVII, blz. 65-66. |
- | De Maegt J. in H.L.N., 23 november 1935. |
- | De Vree P. in Nieuw Vlaanderen. Algemeen weekblad, 1935, I, nr. 33, blz. 4. |
- | De Vree P. in D.W.e.B., 1936, XXXVI, blz. 225-227. |
- | De Vree P. in Hedendaagsche Vlaamsche romanciers en novellisten. Mechelen, Eenhoorn, 1936, blz. 44-48, 61-63. |
- | Durnez G. in D.S., 20 augustus 1988. |
- | Eeckels G. in Le Nouveau Journal, 6 maart 1942. |
- | Mussche A. in Vooruit, 2-3 november 1935. |
- | Toussaint Van Boelaere F.V. in Amsterdamsche Algemeen Handelsblad, 23 december 1935. |
- | Vander Hallen E. in Bg., 1936, XIV, blz. 69-70, nr. 12.713. |
- | X. in Selecta's Boekennieuws, 1935, II, nr. 6. |
|
i.v.m. De soldaat Johan (1939, 198314):
- | De Bruyn J. in Volk en Staat, 26 februari 1942. |
- | D(e) M(aegt) J. in H.L.N., 3 juni 1939. |
- | Hardy P. in Bg., 1940, XVIII, blz. 1-2, nr. 18.681; blz. 29, nr. 18.794. |
- | Jansen Y. in Knack, 14 juli 1982, nr. 28, blz. 130. |
- | Monteyne L. in De Dag, 30 september 1939. |
|
| |
| |
- | Ranke B. in Vormen, 1938-39, III, blz. 340-342. |
- | Ranke B. in De Week, 13 oktober 1939, nr. 6. |
- | Ranke B. in Die Westmark, 1941, IX, blz. 5-9. |
- | Roelants M. in D.S., 24 juni 1939. |
- | Toussaint van Boelaere F.V. in Amsterdamsche Algemeen Handelsblad, 25 augustus 1939. |
- | V(an) C(auwelaert) A. in D.W.e.B., 1939, blz. 886. |
- | Van de Wiele J. in Nieuw Vlaanderen. Algemeen Weekblad, 1939, V, nr. 29, blz. 4-5; nr. 30, blz. 4-5. |
- | Van de Wiele J. in Vooruit, 1 mei 1941. |
- | Van Noort B. in Nederlandsche Bibliographie, 1940, LXXXIV, nr. 9. |
- | X. (T.V.B) in Onze Tijd. Maandblad voor letteren, kunst en wetenschap, 1939, IV, blz. 163-164. |
- | X. (A.D.P.) in Volk en Staat, 29 mei 1939. |
- | X. in De Telegraaf, 18 juni 1939. |
- | X. (E.R.de C.) in Groot Nederland, september 1939. |
- | X. (E.) in Het Nieuws van den Dag, 30 december 1941. |
- | X. (L.R.) in Nieuw Vlaanderen. Algemeen weekblad, 1942, VIII, nr. 12, blz. 12. |
- | X. in Le Nouveau Journal, 6 maart 1942. |
|
(i.v.m. de muzikale evocatie van De soldaat Johan door Jef Cassiers:
- | Cantré B. in Spectator, 20 februari 1982. |
- | Janssen F. in G.v.A., 27-28 maart 1982. |
- | X. in Panorama, 30 april 1982. |
- | X. in T.V.-Ekspres, 30 augustus 1982.) |
|
i.v.m. Jan Tervaert (1947):
- | Demedts A. in D.W.e.B., 1948, blz. 166-167. |
- | Hardy P. in Bg., 1948, XXVI, blz. 40, nr. 28.613; blz. 59, nr. 28.613; blz. 59, nr. 28.687. |
- | Jaers B. in Rommelpot, 1948, III, nr. 2. |
- | Janssen E. in Streven, 1947-48, I, 2, blz. 1.113. |
- | Lampo H. in Volksgazet, 3 mei 1951. |
- | Michiels I. in Golfslag, 1947-48, II, blz. 333-336. |
- | X. in Opstanding, 1949, I, nr. 2. |
- | X. (R.) in D.S., 24 december 1947. |
- | X. in De Antwerpse Gids, 12 maart 1948. |
|
i.v.m. Mensen achter den dijk (1949, 198511):
- | Botte A. in De Spectator, 1949, V, nr. 18. |
- | Demedts A. in D.W.e.B., 1949, blz. 663. |
- | Devresse G. in Tijdingen, 1967, nr. 4, blz. 8-13. |
- | Hardy P. in Bg., 1949, XXVII, blz. 111-112, nr. 30.310; blz. 126, nr. 30.364. |
- | (Herreman R.) in Vooruit, 7 + 9 juni 1950. |
- | Janssen E. in Streven, 1949-50, III, 1, blz. 406. |
- | Lampo H. in Volksgazet, 3 mei 1951. |
- | Lampo H. in N.V.T., 1953, VII, blz. 313-315. |
- | Sirius in D.S., 10 april 1949. |
- | X. (Del.) in De Antwerpse Gids, 12 april 1949. |
- | X. (Fr. B.) in Vooruit, 10 maart 1950. |
- | X. (O.D.M.) in Band, 1954, XIII, blz. 287. |
|
i.v.m. De veerman en de jonkvrouw (1950, 19879):
- | Demedts A. in Het Nieuws van den Dag,? |
- | Hardy P. in Bg., 1951, XXIX, blz. 4, nr. 32.676; blz. 18, nr. 32.726. |
- | (Herreman R.) in Vooruit, 21 + 22 december 1950. |
- | Lampo H. in Volksgazet, 3 mei 1951. |
- | Lissens R.F. in De Periscoop, 1950-51, I, nr. 2. |
- | Michiels I. in Het Handelsblad, 29 maart 1951. |
- | Sirius in D.S., 15 oktober 1950. |
- | Van de Moortel R. in De Gentenaar, 5 november 1950. |
- | X. (Pol Eemos) in 't Pallieterke, 19 oktober 1950. |
- | X. (M.C.) in G.v.A., 11 oktober 1950. |
- | X. (E.Z.) in De Groene Amsterdammer, 24 november 1951. |
- | X. (L.P.) in Lg., 1988, XXXV, blz. 515-516. |
|
i.v.m. Vaandrig Antoon Serjacobs (1951, 19562):
- | Durant R. in Het Handelsblad, 13 november 1956. |
- | Hardy P. in Bg., 1952, XXX, blz. 3, nr. 34.062; blz. 20, nr. 34.116. |
- | Roeland Vermeer J. in Kultuurleven, 1951, XVIII, blz. 801-804. |
- | Taels J. in G.v.A., 30 oktober 1951. |
- | Van de Moortel R. in De Gentenaar, 21 oktober 1951. |
- | X. in D.S., 3-4 november 1951. |
- | X. (Prof) in 't Pallieterke, 15 november 1951. |
|
i.v.m. Aanvaard het leven (1956):
- | Hardy P. in G.v.A., 12 juni 1956. |
- | Hardy P. in Bg., 1956, XXXIV, blz. 197, nr. 40.231; blz. 216, nr. 40.300. |
- | (Herreman R.) in Vooruit, 10 juli 1956. |
- | L(ampo) H. in Volksgazet, 24 mei 1956. |
- | Van de Moortel R. in De Gentenaar, 27 mei 1956. |
- | Van de Voorde U. in D.S., 16 juni 1956. |
- | Van Herreweghen H. in Kunst- en Geestesleven (D.N.G.), 19 augustus 1956, blz. 9. |
- | Willekens E. in Lg., 1956, III, blz. 195, 209, nr. 56/504. |
- | X. (H.) in 't Pallieterke, 1956, XII, nr. 21. |
|
| |
| |
| |
b) novellen en verhalen:
i.v.m. De rit (1927, 19633):
- | Ranke B. in De Periscoop, 1979-80, XXX, nr. 5, blz. 3. |
- | X. in Hooger Leven, 1927, I, blz. 822. |
- | X. (J.D.) in H.L.N., 16 augustus 1927. |
- | X. (L.B.) in Nederlandsche Bibliographie, 1931, LXXVI. |
- | X. (B.G.) in Bg., 1932, X, blz. 85-86, nr. 9.227; blz. 107, nr. 9.291. |
|
i.v.m. Monsieur Hawarden (1935, 19878):
- | De Maegt J. in H.L.N., 9 mei 1935. |
- | De Pillecyn F. in Nova et Vetera, 1983-84, LXI, blz. 341-348. |
- | De Vree P. in Nieuw Vlaanderen. Algemeen weekblad, 1935, I, nr. 32, blz. 3. |
- | De Vree P. in Hedendaagsche Vlaamsche romanciers en novellisten. Mechelen, Eenhoorn, 1936, blz. 39-43. |
- | Durieux A. in O.E., 1969-70, XIII, nr. 4, blz. 71-75. |
- | Durnez G. in S.d.L., 20 augustus 1988. |
- | Florquin J. in Kruis en Leeuw in Waasland, 1962, X, nr. 2, blz. 24-25. |
- | Melis W. in D.S., 8 september 1967. |
- | Roeland Vermeer J. in Kultuurleven, 1952, XIX, blz. 829. |
- | Toussaint van Boelaere F.V. in Amsterdamsche Algemeen Handelsblad, 13 april 1935. |
- | Van de Velde A. in Bg., 1935, XIII, blz. 52-53, nr. 11.656; blz. 70, nr. 11.706. |
- | V(ercammen) J. in De Tijdstroom, 1934-35, V, blz. 136. |
- | Walschap G. in D.W.e.B., 1935, blz. 296-298. |
- | Weisgerber J. in Aspecten van de Vlaamse roman 1927-1960. Van vorm tot betekenis. Amsterdam, Polak & Van Gennep, 19682, blz. 107-114. |
- | X. in De Boekenkast, 1 juni 1933. |
- | X. (F.C.) in Groot Nederland, februari 1935. |
- | X. in D.S., 8 september 1967 + 18 december 1967. |
- | X. (H.d.J.) in Lg., 1988, XXXV, blz. 373. |
|
(i.v.m. de verfilming van Monsieur Hawarden door Harry Kümel:
- | Boost C. in De Groene Amsterdammer, 1 maart 1969. |
- | Botermans J. in De Spectator, 2 mei 1970, blz. 13. |
- | Claes G. in G.v.A., 2 september 1967. |
- | D(anckaert) F. in Film, 1969, nr. 2, blz. 21-23. |
- | Danckaert F. in Van woord tot beeld, van boek tot film. Vlaamse schrijvers in cinematografisch perspectief, Borsbeek, Uitgeverij Baart/Sint-Niklaas, Uitgeverij Minerva, 1981, blz. 39-42. |
- | De Borger R. in D.N.Ga., 7 november 1968. |
- | De Cleen E. in O.E., 1970-71, XVI, nr. 1, blz. 154. |
- | Deflo L. in O.E., 1967-68, XI, blz. 174-175. |
- | De Kuyper E. in Spot, 1968, nr. 4. |
- | Durieux A. in O.E., 1969-70, XIII, nr. 4, blz. 71-75. |
- | Hazewinde B. in De Spectator, 7 december 1968, blz. 11. |
- | Lauryssens S. in H.L.N., 12 december 1969. |
- | Mees L. in Film en Televisie, december 1969, nr. 151, blz. 34-36. |
- | Nelissen I. in Film en Televisie, december 1967, nr. 127, blz. 7-11; februari 1969, nr. 141, blz. 40-43. |
- | Nelissen I. in De Nieuwe, 20 december 1968, blz. 9-10; 23 januari 1970, nr. 304, blz. 6-8. |
- | Nelissen I. in Kultuurleven, 1970, XXXVII, blz. 278-282. |
- | R(osseels) M. in D.S., 16 januari 1970. |
- | Segers J. in H.B.v.L., 17 januari 1970. |
- | Tanghe G. in Kerk en Leven, 4 januari 1973. |
- | Van Bueren P. in De Tijd, 21 maart 1969. |
- | X. (J.K.) in Critisch Filmforum, 1968, IV, blz. 208-210. |
- | X. in De Post, 24 september 1967. |
- | X. (R.b.) in D.S., 12 december 1969. |
- | X. (Marc T.) in Volksgazet, 23 januari 1970.) |
|
i.v.m. De aanwezigheid (1937):
- | X. in Vooruit, 16 september 1937. |
|
i.v.m. Schaduwen (1937, 19422):
- | Bellemans A. in Bg., 1937, XV, blz. 342, nr. 14.730. |
- | Binnendijk D.A.M. in Zin en tegenzin. Amsterdam, 1939, blz. 68-71. |
- | De Bruyn J. in Volk en Staat, 28-29 juni 1942. |
- | De Vree P. in Nieuw Vlaanderen. Algemeen weekblad, 1935, I, nr. 32, blz. 3. |
- | De Vree P. in Hedendaagsche Vlaamsche romanciers en novellisten. Mechelen, Eenhoorn, 1936, blz. 39-43. |
- | Eeckels G. in Le Nouveau Journal, 7 augustus 1942. |
- | Leroux K. in De Stem, 1937, XVII, nr. 10. |
- | Monteyne L. in De Dag, 4 + 5 december 1937. |
- | Rombouts W. in Vooruit, 8 mei 1938. |
- | Toussaint van Boelaere F.V. in Amsterdamsche Algemeen Dagblad, 24 augustus 1937. |
- | Van de Wiele J. in Nieuw Vlaanderen. Algemeen weekblad, 1937, III, nr. 34, blz. 18; 1939, V, nr. 25, blz. 4. |
|
| |
| |
- | V.d. Woude J. in Nederlandsche Bibliographie, 1937, LXXXII, nr. 9. |
- | Walschap G. in D.W.e.B., 1935, blz. 296-298. |
- | X. (L.R.) in Nieuw Vlaanderen, 5 augustus 1942. |
|
i.v.m. Rochus (1951, 19542):
- | Demedts A. in Het Nieuws van den Dag, 21 maart 1951. |
- | Demedts A. in D.W.e.B., 1951, blz. 236-237. |
- | De Meulenaer L. in Nova et Vetera, 1965-66, XLIII, blz. 172-180. |
- | De Schrijver F. in Nova et Vetera, 1975-76, LIII, blz. 416-423. |
- | Hardy P. in Bg., 1951, XXIX, blz. 149, nr. 33.301, blz. 167, nr. 33.378. |
- | L(ampo) H. in Volksgazet, 10 januari 1952. |
- | Michiels I. in Het Handelsblad, 29 maart 1951. |
- | Taels J. in G.v.A., 7 augustus 1951. |
- | Van de Moortel R. in De Gentenaar, 1 april 1951. |
- | Vandewolve Y. in Het Volk, 25 maart 1951. |
- | Van Herreweghen H. voor Radio Brussel, 22 mei 1951. |
- | Van Wilderode A. in Jeugd en Cultuur, 1960-61, VI, blz. 342-352. |
- | X. in D.S., 25-26 maart 1951. |
- | X. in 't Pallieterke, 16 augustus 1951. |
|
i.v.m. Elizabeth (1961):
- | Demedts A. in Het Nieuwsblad, 29 juni 1961. |
- | Demedts A. in Het Handelsblad, 26 juli 1961. |
- | Feniks in 't Pallieterke, 1961, XVII, nr. 21. |
- | Thomassen H. in D.N.G., 19 augustus 1961. |
|
| |
c) memoires:
i.v.m. Face au mur (1979, 19813):
- | D(ecorte) L. in Brugsch Handelsblad, 4 januari 1985. |
- | De Taeye W.
{ in D.N.Gi., 28 februari 1980. |
{ in Knipselatuur, 1980, II, blz. 48-49. |
|
- | D('Haese) J. in 't Pallieterke, 8 november 1979. |
- | D(urnez) G. in D.S., 10-11 november 1979. |
- | Janssen E. in De Periscoop, 1979-80, XXX, nr. 4, blz. 11. |
- | Van de Moortel R. in G.v.A., 5-6 januari 1980. |
- | X. (H.v.H.)
{ in De Nieuwe, 22 februari 1980, nr. 22, blz. 19-20. |
{ in Knipselatuur, 1980, II, blz. 46-48. |
|
- | Verschoore N.
{ in H.L.N., 4 januari 1980. |
{ in Knipselatuur, 1980, II, blz. 49. |
|
- | X. (B.v.W.) in Het Vrije Waasland, 2 november 1979. |
- | X. in Wij, 15 november 1979. |
|
Luc Decorte
| |
Lijst met afkortingen:
A.M.V.C.: Archief en Museum voor het Vlaamse Cultuurleven |
Bg.: Boekengids |
D.N.Ga.: De Nieuwe Gazet |
D.N.Gi.: De Nieuwe Gids |
D.S.: De Standaard |
D.V.G.: De Vlaamse Gids |
D.W.e.B.: Dietsche Warande en Belfort |
G.v.A.: Gazet van Antwerpen |
H.B.v.L.: Het Belang van Limburg |
H.L.N.: Het Laatste Nieuws |
Jbg.: Jeugdboekengids |
Lg.: Lektuurgids |
N.R.C.: Nieuwe Rotterdamse Courant |
N.V.T.: Nieuw Vlaams Tijdschrift |
O.E.: Ons Erfdeel |
S.d.L.: Standaard de Letteren |
V.N.: Vrij Nederland |
V.B.V.B.: Vereniging ter Bevordering van het Vlaamse Boekwezen |
V.V.L.: Vereniging Vlaamse Letterkundigen |
| |
Postscriptum:
Bij het samenstellen van de bio-bibliografieën ‘van’ en ‘over’ Johan Daisne, Filip de Pillecyn, Raf Van de Linde (ps. van Raf Vanhecke) en Julien van Remoortere heb ik dankbaar gebruik kunnen maken van gegevens mij bezorgd door Etienne Claeys (Schoten), Willy Copmans (Geel), Paul De Baere (Het Volk, Gent), Robert Declerck (Tielt), Godelieve de Pillecyn (Antwerpen), Paul De Wispelaere (Maldegem - U.I.A.), Johan Elsen (Uitgeverij Lannoo, Tielt), Fred Germonprez (Kortrijk), Louis Gillet (Liège - Université de Liège), Paul Hadermann (Bousval - V.U.B.), Hubert Lampo (Grobbendonk), Myriam Libert (Manteau, Antwerpen), Lut Missinne (Kessel-Lo - K.U.L.), Anne Marie Musschoot (Gent - R.U.G.), Erika Nechelput (Uitgeverij Muurkanten, Brugge), Tuur Peeters (‘Vlaamse Filmpjes’, Averbode), Roger Vanaken (Vosselaar), Adiel Van Daele (Tielt), Raf Van de Linde (Evergem-Sleidinge), Julien van Remoortere (Oostende), Mark Vanvaeck (Davidsfonds/Uitgeverij, Leuven), Anton van Wilderode (Moerbeke-Waas) en Norbert Vranckx (Altiora, Averbode).
Aan hen betuig ik hierbij mijn welgemeende dank alsook aan het personeel van het A.M.V.C. (inz. Clement Caremans) in Antwerpen, de Stedelijke Openbare Bibliotheken in Antwerpen, in Brugge (inz. Marnix Coppens en Willy Muylaert) en Kortrijk (inz. Christiaan Germonpré), de Provinciale Bibliotheek en Cultuurarchief (inz. Ludo Valcke) in het Provinciehuis Boeverbos te Brugge en de Universiteitsbibliotheken in Gent en Leuven.
Luc Decorte
|
|