Herinnering aan Mevrouw Léon Bloy
Wij hebben voor het werk van Léon Bloy steeds de grootste bewondering gekoesterd, omdat het de weg opwaarts toonde naar het mysterievolle Absolute. Het ‘Hallali’ uit zijn meesterlijk, geweldig boek ‘Le sang du pauvre’ betekende voor ons een ware wekroep, en is dat gebleven, nu meer dan ooit zelfs.
Wij denken met warmte terug aan onze kennismaking met de weduwe van Léon Bloy. Dit gebeurde door een tussenpersoon, maar mevrouw Bloy is volle veertien dagen bij ons gebleven! Ze vertelde ons rustig, vroom en gelaten haar wedervaren. En zij kon vertellen: van het geweldige van Jean Rictus met zijn beroemd ‘Solliloques du pauvre’, van het meesterlijk schilderij ‘Parce Domini’ van De Villiers, van de grote, spiritualistische beeldhouwer Carrière met zijn ‘La porte du Graal’, van de visionaire kunstschilder Gustave Moreau, van Francis James, Paul Verlaine, Villiers de l'Isle Adam, J.K. Huysmans, Adolf Retté, de fantastische Arthur Rimbaud, Paul Fort met de opkomende contestanten van ‘Le chat noir’. En wij beleefden alles met haar mee.
‘C'est extraordinaire une telle compréhension vraiment merveilleuse’, heeft zij toen meermaals gezegd.
Het merkwaardig boek ‘L'âme de Léon Bloy’, door Hubert Colleye, is in feite bij ons thuis ontstaan, dankzij het samenzijn met mevrouw Bloy. Het waren gouden dagen met briljante uren. Toen zij de werken zag, die op de eerste Pelgrimtentoonstelling geëxposeerd zouden worden, in de maand, volgend op haar bezoek, riep zij begeesterd uit: ‘Comment est-il possible une telle union mystique par vous, flamands?’ Hoe hadden wij dàt kunnen verwezenlijken, waarvoor haar man in zijn tijd op de barricaden stond? ‘Mon mari ne me quitte jamais. Aurait-il été encore parmi nous, vivant, il serait un des vôtres!’
Op ons verzoek om hem op te nemen in de tentoonstelling als ere-Pelgrim, antwoordde zij ontroerd: ‘Tout cela est merveilleux!’ en schreef zij in ons gulden boek: ‘Les routes sont grandes et les chemins pleurent, parce qu'ils ne mènent pas où ils devraient mener. Jeanne Léon Bloy. 22 Août 1927’.
Dit was haar afscheid. Zij bezocht nog Albert Servaes en reisde daarna af naar Zwitserland, waar zij, na een kort verblijf bij haar gehuwde dochter, is gaan hemelen. In onze eerste Pelgrimtentoonstellingen was, naar haar wens, het handschrift te zien van Léon Bloy's ‘Le salut par les Juifs’, ‘son livre le plus mystérieux’, zoals mevrouw Bloy het noemde. Bij dit handschrift hadden onbekende bewonderaars bloemen neergelegd, als een piëteitsvolle hulde...
Flor van Reeth