Vlaanderen. Kunsttijdschrift. Jaargang 19(1970)– [tijdschrift] Vlaanderen. Kunsttijdschrift– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Poëtisch bericht Hella Gaest Verdroogde delta's Handen met nagels als versteende tranen rusten op wit papier waarop ik biechten zal. Handen die eens liefde vlochten en vruchtbaar waren vurige arabesken tekenden in geel en bessenrood 's morgens uit de donkere polk de zon begroetten als kelken de morgendauw omsloten handen zee met eb en vloed vertakt in kleine beken vloeiend naar verten van rust en onzekerheid. Welk vonnis o mijn handen stolde het bloed uw voering verkalkt vernis schilfert af schreef u af ongenadig tot twee verdroogde delta's? [pagina 115] [p. 115] Hervé J. Casier Enkele woorden voor later enkele woorden wij, zwervers van stad tot stad slaan soms - bij gebrek aan klei - tenten in de wolken op wij denken in de wolken een nieuwbewoonde akker - plots splijten bliksems ons de hersens wakker wij worden levende stem met wat woorden bespraakt beseffen wat wij zijn: stenen door God aangeraakt later later: zijn dit dondersporen geslagen in het merg van de berg? later: is dit hagel en ijs sprekend de harde sneeuwstemmen? ik trek dwalende verhalen in de lijnen van je handen: op de rand van de kim kras ik mijn letters tot glazen witte woorden - vier ogen verdwalen in de lijn van de verhalen. zal hagel onze stemmen doven worden wij dan zwijgende stem geen bliksems meer zullen ons de hersens plots doen splijten: wij hergroeien tot zwijgende steen nu: op de rand van de kim kras ik mijn lijnende woorden tot glazen witte handen - later: later wanneer is later Fernand Florizoone Doorwaadbaar Doorwaadbaar is het woord om tot de kern der dingen door te dringen eens vinden we de eerste steen gestold uit de vuursprong van het licht, onder de fancy-fair van deze aarde woont nog verwantschap aan de zon, de vuurlijn week voor 't paradijs de korst werd palm en polder, toen alles goed was, in de eerste zomer van de appelboom verscheen de mens van goed en kwaad. Dirk Christiaens Ogenblik Het gras nu sterft. En graaft zich verder in. Paarden paren in de regen En vertragen in hun daad Door een spoor van ivoren zaad De ritselende dood. Ferre De Groote Ik God is oneindig Ik ook God is liefde Wij ook wij doden de stinkende negers. God is goed Ik ook God is vrede wij ook wij steunen de Amerikanen in Vietnam. Er is geen God Er is geen liefde Er is geen vrede Er is alleen IK. [pagina 116] [p. 116] Jo Stockman In articulo mortis Kan het onder dit gewelf van firmamenten, gebeuren dat leven vriend is met de dood, die slechts handen heeft voor wat liefde is? De vreugde van de natuur bemerkt zich slechts bewust bij aangrijpen van materie. De mens moet onderduiken voor blinde onkwetsbaarheid, waar een sekonde ogen in scherven doet springen van geluid, voor een geluk in later geheugen. Hier kent geen grens nog zijn landen, geen kleur zijn taal van begrijpen. Een vrouw wil simmetrie verstaan. Een man gaat samen naar oneindige gedachte. Albert de Longie Morgen in het bergland Ik wist niet of een kreet me wakker riep of 't fulpen strelen van mijn moeders handen, plots zag ik als het ware d' hemel branden van zon en licht, bedruipend beuk en iep en buitlend over zachtbewogen grassen langsheen de bergflank naar het diepe dal toe, glinstrend in een groene waterval met huizendake' als vermiljoene plassen. Ik liep met lome tred. De stilte brak. Een vogel steeg in zingende contouren, doch stortte hemeldronken, moe en mak, weldra terug naar aardes groene vloeren. Toen sprak een stem uit stralend' horizonnen: Mijn kind, de wereld is opnieuw begonnen! Vorige Volgende