| |
| |
| |
Vraag 9
Kan een wijziging van de instellingen en van de maatschappelijke verhoudingen een oplossing brengen voor de problemen van de kunst? Welke?
Pol Mara
Voor bepaalde sociale en economische problemen van de kunst zou een wijziging van instelling en maatschappelijke verhouding oplossingen kunnen brengen. Voor de creatie zelf, voor het geweten zelf, zal wel ieder individueel voor zichzelf moeten beslissen.
| |
Rik Lanckrock
Dat spreekt vanzelf. Hoe?
Door het afschaffen van de censuur en al haar geniepige misleidingen, door het scheppen van een klimaat waarin voornoemde begrippen (zie punt 8) niet langer meer zouden gebruikt worden als holle, hypokriete leuzen, door een opvoeding en heropvoeding opdat men eindelijk zou beseffen dat men in onze schouwburgen ook toneel van vandaag dient te zien te krijgen en niet het vermolmd, ouderwets, bekrompen en braaf gedoe dat volgens sommigen nog steeds het ongevaarlijk neusje van de fossiele zalm is.
| |
Jaak Fontier
De integratie op grote schaal zal een utopie blijven, indien geen grondige mentaliteitswijziging plaats grijpt. Zolang de menselijke, creatieve en esthetische motieven moeten wijken voor de financiële en materieel renderende, kan er weinig worden bereikt. Een grotere staatstussenkomst dringt zich op ter bestrijding van onverantwoorde grondverkaveling, grondspeculatie, schending van natuurschoon, bezoedeling van lucht en water. Verreikende bevoegdheid dient toegekend aan commissies van experten, door het rijk of de provincies opgericht. Hun taak zou erin bestaan, de urbanisatie, in de zin als uiteengezet onder nr. 5, mogelijk te maken.
| |
Jos De Maegd
De problemen van de kunst zijn maatschappijproblemen. Het idee dat kunst een apart iets is, kon slechts uit een abstrakt ideëel wereldconcept ontstaan. Dit concept heeft de mens tot een ‘gespleten’ persoonlijkheid gemaakt.
De kunstenaars behoorden tot de weinigen die de hierdoor opgedane frustraties - in een poging tot bevrijding - konden afreageren in hun werk, daar waar de meeste andere mensen dit op een veel gevaarlijker terrein - de politiek, het beroepsmilieu of het gezin - deden... met de welbekende gevolgen.
‘Alleen de kunstzinnige mens kan de andere begrijpen, contact met hem hebben en in zijn wereld leven’ (Muller-Eckaert). De toekomstige rol van de kunstenaar zal, veeleer dan die van ‘decorateur’, die zijn van ‘begeleider’ of opvoeder...
Intussen zal hij nog vaak een ‘roepende in de woestijn’ zijn. In onze maatschappij zijn immers nog al onze aktiviteiten - ook de kunst - in eerste instantie bepaald door de productie (productiekrachten en verhoudingen). De bewering van Karl Marx: ‘... niet het bewustzijn van de mensen bepaalt hun zijn, maar omgekeerd: het sociaal-zijn bepaalt hun bewust-zijn’, blijft nog grotendeels geldig.
In een klimaat van verkapte geestelijke of (en) materiële verdrukking kan de menselijke creativiteit, het bewustzijn van de persoonswaarde en de mogelijkheid tot expressie, althans ten dienste van de mens, niet vrijkomen...
| |
Emiel Langui
Een wijziging van de maatschappelijke instellingen en verhoudingen lijkt mij onafwendbaar, langzaam of brutaal, om 't even. Zij kan en zal het sociaal statuut van de kunstenaar als eersterangburger vestigen. ‘Et ensuite?...’ zou de jonge Malraux hebben gezegd. Ensuite? Men late de scheppende artiest volkomen vrij want, naar het woord van Picasso: ‘Hij zoekt niet, hij vindt.’ Indien er problemen zijn, zal hij ze oplossen, niet het gezagsapparaat.
| |
André Roelant
Hoe men de maatschappij ook zal indelen, een mens blijft een mens; nooit zal men tot een groep komen die gelijk denkt en handelt; dus zullen er steeds verschillen en geschillen blijven bestaan op alle gebieden, ook al hopen we op een ideale maatschappij zonder conflicten.
Het interessante is dat we ‘leven’, dat alles in voortdurende beweging is, en dat we ons kunnen uiten, en daaraan zelf plezier beleven.
| |
Albert Setola
Er bestaat mijns inziens geen enkel middel om een oplossing te forceren, omdat machthebbers altijd machthebbers zullen opvolgen. Zoals de zaken er nu voor staan zijn de opinies zó verschillend en zó talrijk dat men de uitkomst gewoon aan de tijd zal moeten overlaten, de tijd die zoals bekend alle dingen effen schaaft. Wel rot voor degenen die intussen hun erkenning niet meer zullen beleven.
| |
Eugène van Itterbeek
Uit mijn voorgaande antwoorden blijkt dat, afgezien van de geestelijke integratie van de kunstenaar in de maatschappij (en dat is zijn taak), vooral de stoffelijke situatie zal moeten verbeterd worden. De toekomstige kunstenaar zal over veel meer stoffelijke middelen en tijd moeten kunnen beschikken. Ten tweede ligt er bij de overheid een zware verantwoordelijkheid: zij zal moeten aanvaarden dat de utopische verwachtingen, die aan elke artistieke creativiteit eigen zijn, ook in de maatschappij een nieuwe hoop zullen wekken, vooral wanneer die ontwikkeling de richting uitgaat van een gemeenschapscreatie. Een gemeenschapskunst die niet tot fundamentele sociale hervormingen doorstoot, zonder daarom rechtstreeks geëngageerd te zijn, is een werkelijke ‘utopie’, maar dan in pejoratieve zin. Voor het cultureel beleid staan wij hier voor enorme politieke consequenties. Op dit ogenblik ken ik geen enkel land in de wereld dat die consequenties al aandurft. De overheid die deze consequenties aandurft, zal ook tot een volwaardige sociale erkenning van de artistieke arbeid moeten komen.
Immers zonder die erkenning zijn de artistieke en maatschappelijke verwachtingen, die wij hier hebben geformuleerd, niet verwezenlijkbaar. Van het politiek beleid zal het afhangen of de kunstenaar in vrijheid en met de nodige materiële middelen zal kunnen werken aan de menselijke ontvoogding. Ook volgens die toekomstvisie hollen wij hopeloos de geschiedenis achterna. Miljoenen mensen sterven niet alleen van honger maar ook van ongeletterdheid.
| |
E. De Wilde
Welke problemen van de kunst zijn in deze vraag bedoeld?
| |
Gaby Gyselen
Uw vraag 9 is erg vaag. Welke instellingen en welke maatschappelijke verhoudingen worden bedoeld? Het probleem valt samen met het vorige. Zal de artiest nog kunnen ademen te midden van de verdichtings-verschijnselen?
| |
Gerard Walschap
Ik geloof niet dat prijzen, honoraria of wat
| |
| |
Timm Ulrichs: ‘Interferenz’ 1960/68
‘De integratie der kunsten is wellicht, zoals Adorno heeft geschreven, een van de bijzonderste kenmerken van de artistieke ontwikkeling’ (Eugène van Itterbeek).
| |
| |
Kan een wijziging van de instellingen en van de maatschappelijke verhoudingen een oplossing brengen voor de problemen van de kunst? Welke?
anders ook dat nu zou kunnen gedaan worden, veel kunnen bijdragen tot de diepgaande herbezinning die de kunst kan doen heropstaan. Die heropstanding komt niet onvermijdelijk overigens. De overgrote meerderheid van de mensheid leefde en zal waarschijnlijk blijven leven met wat zij hààr kunst noemt, maar wat weinig gemeens heeft met de kunst van de westeuropese beschaving der laatste drieduizend jaar.
| |
Flor Peeters
Op dit ogenblik doet zich een gelukkige kentering voor in de muziekinstellingen in ons land. Meer dan een eeuw bleef ons muziekonderwijs stagneren op het patroon van ‘le Conservatoire de Paris’. Een voorbeeld van aangepaste pedagogie en intens musiceren is onder meer het Conservatorium van Boedapest, waar Zoltán Kodaly de bezieler van was. Academisch vakmanschap, creatief en recreatief, blijft een basis, maar het moet steeds het middel blijven om het musiceren en het muziek beleven tot de hoogste top te voeren.
| |
Stan Baele
JA - Absoluut! (Vervat in antwoord op 4).
‘Gezelle heeft ooit geschreven dat een allerindividueelste uitdrukking nog de meest waarachtige zou zijn. Maar ze zou niemand kunnen verklaren wat er bedoeld wordt.’ (André Demedts)
| |
André Demedts
Een verantwoord antwoord op deze vraag vergt een wetenschappelijk vorserswerk, waarvan de uitkomsten en besluiten ons niet bekend zijn. Bestaan zij wel? Wie de literatuurgeschiedenis overschouwt heeft de indruk dat de maatschappelijke verhoudingen en instellingen niet veel invloed uitoefenen op de kunst. Althans niet op de kunst der groten. In alle tijden, in alle landen, onder alle regimes, zijn meesterwerken geschreven - van het ogenblik dat een volk een bepaald cultuurpeil had bereikt.
Twintig jaar geleden reeds hebben wij gepleit voor officiële steun aan een beperkt getal kunstenaars, die bewezen hebben dat zij talent genoeg bezitten. Niet een volledige jaarwedde, maar toch een bedrag hoog genoeg om hun bestaan enigszins te beveiligen - bestaan dat zij verder door de opbrengst van hun werk zouden verbeteren. Wij geloven dat zo'n tussenkomst in een democratische staat veel minder gevaren biedt dan in een autoritaire van links of rechts. Dat zegt niet dat wij geen voorstander zouden blijven van een economische ordening die wij altijd voorgestaan hebben en de eigendom van de grote bedrijven, met alles wat daaruit voortspruit, zouden overdragen aan de georganiseerde werkgemeenschap, waartoe allen behoren die er door hun kapitaalsinbrengst, kennis of arbeid bij betrokken zijn.
| |
Robin Hannelore
Ja, maar alles hangt van de wijziging af. Een demokratie als de onze, gedirigeerd door liberaal-kapitalistische instanties, afschuwelijk verzuild van onder tot boven, waarin zelfs het syndikalisme geen zin meer heeft omdat het één werd met de politiek, zou alleen door een ware revolutie kunnen geschokt worden. En wat een revolutie baart, kan niemand ooit voorspellen. Intussen groeit bij mij de defaitistische en fatalistische overtuiging dat wij allen op een derde wereldoorlog zitten te wachten, én op de nieuwe tijd en de nieuwe ruimte die dan vrijkomen voor de ...mogelijke overlevenden. We hebben namelijk de keuze: tevreden zijn met wat we hebben en wat we kunnen, én door laffe lijdzaamheid toelaten dat alles kapotgemaakt wordt door een stelletje halfgare potentaten, of ageren en reageren en schrijven wat waar is en front vormen tegen de profiteurs en de machtswellustelingen. De mogelijkheid dat de kunstenaars van onze tijd werkelijk front zouden vormen, komt me echter zó onwaarschijnlijk en onmogelijk voor dat ik de lust om hier verder op in te gaan meteen naar mijn voeten voel zinken.
| |
René Soetewey
Niet essentieel, misschien wel wat betreft marginale verschijnselen.
| |
Michel Seuphor
De kunst leeft van de vrijheid. Zij heeft niets anders vandoen. Zij verdraagt alleen maar de disciplines, die zij zichzelf oplegt.
| |
Roger Somville
Met te antwoorden op de eerste acht vragen, heb ik geantwoord op de laatste.
Men mag zich, onder het bedrieglijk voorwendsel van een ‘paradijs voor morgen’, niet voorstellen dat in een democratische maatschappij - zoals wij er redelijkerwijs een mogen tegemoetzien - de problemen van kunst en kunstenaar eens en voorgoed zullen opgelost zijn! Niets is minder waar.
Integendeel zelfs, want als een maatschappij ontstaat, roepen de onderscheiden etappen van humanisatie tegenstellingen op, gerezen
| |
| |
Kokoschka (20ste eeuw)
Etienne Elias: ‘Zo gek als de wereld zo gek dit schilderij’ 1968. Verzameling Frans Halsmuseum Haarlem (foto Sagaert)
‘Men kan wel met vrucht terugkeren tot een kenmerk dat in het verleden onmisbaar en eeuwig scheen te zijn, om slechts dat te noemen, dat kunst geen gemakkelijk spel is...’ (Gerard Walschap).
Miniatuur (uit de 11de eeuw)
‘Eenvoudige dingen dienen zo eenvoudig mogelijk gezegd’ (Daniël van Ryssel).
al interesseert me bovena
| |
| |
Naum Gabo: ‘Linear Construction 2’ ‘De getechnologiseerde kunst werd in feite aangekondigd o.a. in het werk van Gabo’ (Piet Bekaert).
uit het intensieve gevecht tussen oud en nieuw. Vandaar dat de vijanden van het nieuwe sociale bestel zich bedienen van de tegenstellingen en mislukkingen, om dan de principes zelf te veroordelen en om de opmars naar nieuwe leefvoorwaarden en het verlangde evenwicht te stuiten. Als marxist geloof ik in de betekenis van de geschiedenis. Het gaat hier niet op de profeet te spelen, maar om, vertrekkend van de gestelde vragen, te trachten perspectieven te schetsen van wat ik zou noemen het ‘revolutionair realisme’, collectief of individueel, waardoor de onrust en de vreugde van het merendeel worden uitgedrukt, zoals Ernst Fischer schrijft: ‘Indien een dergelijke volheid slechts gegeven wordt aan enkelen uit de huidige maatschappij, dan twijfel ik er niet aan dat in een waarachtig menselijke maatschappij de produktiviteitsbronnen zullen opspringen uit een steeds groter aantal mensen, dat het artistiek avontuur niet langer meer een privilegie zal zijn, maar de permanente staat van de actieve en vrije mens: het artistiek avontuur zal, als men het zo mag uitdrukken, een sociale genialiteit zijn.’
| |
Guy van Hoof
Victor Servranckx: Tekening 1921 ‘Hierbij een werk van de paus van de abstrakte kunst!’ (Maurits Bilcke).
Het is niet een gewijzigde maatschappij die de problemen van de kunst moet oplossen (er zijn alleen de technische, vormelijke en ideële problemen van elk kunstenaar).
Eerder is het de kunst die moet bijdragen om tot nieuwe strukturen te komen, om een nieuwe maatschappij te vormen.
Omdat wetenschap en techniek méér vat hebben op de manier van denken en leven van de massa, zal de kunstenaar reageren. De pop-kunstenaar reageert tegen vervlakking en verveling, afstomping door reklame, konsumptie en massamedia, en wil de mens teruggeplaatst zien in een meer natuurlijk kader.
De minimal-art kunstenaar roept onze afgestompte geest een halt toe en dwingt tot bewustwording. De konstructivist wil een andere levensruimte scheppen, een nieuw leef- en woonklimaat, waarin de mens recreatie zal vinden.
Allen zijn gericht naar het bewustworden van en het zoeken naar evenwicht tussen geest en lichaam, tussen geest en materie. Die meer evenwichtige mens zal het toekomstige leven wijzigen.
| |
Alfons van Impe
Naar mijn gevoel, niet. Alles is een kwestie van mensen, van artistieke persoonlijkheden.
| |
Maurits Bilcke
Wat bedoelt men met ‘een oplossing voor de problemen van de kunst’? Welke problemen? Indien er één probleem bestaat, is het een bestendig: dat van de creatie en van de mogelijkheden om deze creatie de vrije teugel te laten. Deze creaties moeten medegedeeld worden aan het volk. In plaats van dit te beletten, moeten de (bekwame) machthebbers dit bevorderen. Zij kunnen en moeten daartoe verplicht worden. Servranckx werd jarenlang moedwillig doodgezwegen. Het is nutteloos geweest. Toch triomfeert hij. Daarom: hierbij een werk van de paus van de abstrakte kunst!
| |
Timm Ulrichs
Kunst is zólang noodzaak als de maatschappij niet zelf kunst is; kunst is op die wijze een indicator van een algemene toestand, die pas zij als uitzonderingstoestand maakt. De kunst (en de kunstenaar) heeft als opdracht, door omzetting van de gemeenschap in een kunsttoestand, de kunst zelf te overwinnen.
|
|