Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde 1921
(1921)– [tijdschrift] Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 861]
| |||||||||
Verslag
| |||||||||
[pagina 862]
| |||||||||
In het jaar 1884 had men in de provincie 3 gemeenten met 5; - in 1890, 34 met 38; - in 1895, 32 met 34; - in 1900, 28 met 29; - in 1905, 48 gemeenten met 77 boekerijen. In dit laatste jaar werden 218,067 boeken uitgeleend.
***
Den 20en Juni 1910 stemde de provincieraad een eerste krediet van 4000 frank voor aankoop van werken voor de openbare boekerijen, toelagen ten voordeele dier instellingen en aanmoediging der Vlaamsche letterkunde. Hij droeg tevens de Bestendige Deputatie op eene Commissie te benoemen, welke de werking der openbare bibliotheken zou regelen. Deze Commissie bestaat thans uit de volgende leden: de heeren Verachtert, volksvertegenwoordiger, voorzitter; Caron en Van Nyen, leden der Bestendige Deputatie; Van der Cruyssen, provincieraadslid; Jacobs, Van den Oever, Muls, Persijn en Segers, leden, en Van Meel, onderbureeloverste, secretaris. Daar de Provincieraad in 1920 een eerste krediet had gestemd tot het oprichten van vakboekerijen, werden de heeren Nagels, bouwmeester, en Van Ermen en Van Looy, ingenieurs, aan de Commissie toegevoegd.
***
Al de noodige inlichtingen, met het oog op de wijze van aanmoediging der volksbibliotheken, worden in het Verslag medegedeeld; wij lezen daar o.a. in dat slechts oorspronkelijke, in 't Nederlandsch geschreven werken van Belgische schrijvers worden aanvaard. Bij uitzondering kunnen onberispelijke vertalingen van uitstekende vreemde werken op de cataloog gebracht worden. Hun getal is gering. Om onze jonge schrijvers aan te moedigen, worden slechts aan werken van Belgische letterkundigen, die in de vijf laatste jaren verschenen zijn, toelagen verleend.
***
De bibliotheek moet geheel kosteloos en voor elkeen toegankelijk zijn. Zij mag in geen drankhuis gevestigd zijn. Van 1911 tot 1920 wierden 437 boeken aanbevolen. | |||||||||
[pagina 863]
| |||||||||
In 1911 wierden 899; - in 1912, 1055; - in 1913,884; - in 1916, 1672; - in 1917, 1949; - in 1918, 1638; - in 1919, 1715; - in 1920, 1539 boeken verzonden. In de jaren 1914 en 1915 konden geene boeken verzonden worden. De vermindering in 1920 is aan de duurte der boeken toe te schrijven. Het getal verzonden boeken, van 1911 tot 1920 bedraagt 11.351. Een aantal boekerijen werden tijdens den oorlog geheel of gedeeltelijk vernield; zij werden door de zorgen der Commissie zoo veel mogelijk hersteld.
***
De Commissie maakte een reglement op, hetwelk de gesubsidiëerde bibliotheken moeten naleven; zij vaardigde insgelijks eenen omzendbrief uit, waarin nuttige wenken worden gegeven om met vrucht te lezen. Ook werd aanbevolen zoo spoedig mogelijk overal eene afdeeling voor kinderboeken tot stand te brengen. ***
De bibliotheken worden door den secretaris, ambtenaar der provincie, bezocht, die daarover aan de Commissie verslag uitbrengt. De bibliothecarissen zenden alle jaren een verslag over de werking der bibliotheek aan de Commissie.
***
Van het jaar 1916 tot 1920 heeft de provincie Antwerpen tot aanmoediging van de openbare boekerijen, vakbibliotheken en Vlaamsche letterkunde, besteed: Voor aankoop van boeken, gewone hulpgelden, herstel van beschadigde boekerijen en premiën aan de beste bibliotheken:
*** | |||||||||
[pagina 864]
| |||||||||
De volgende cijfers geven een denkbeeld van de uitbreiding, welke de volksbibliotheken in de provincie Antwerpen hebben genomen. Deze provincie telt 152 gemeenten. In het jaar 1910 waren slechts 65 gemeenten in het bezit van 101 openbare boekerijen; in 1920 telde men 121 gemeenten, die 230 dezer zoo nuttige instellingen bezaten; 818.684 werken werden uitgeleend. In het arrondissement Antwerpen zijn nog 10, in het arrondissement Mechelen 9, en in het arrondissement Turnhout 15 gemeenten, welke geene openbare boekerij bezitten. Met 6 dezer gemeenten is de Commissie reeds in onderhandeling, en alles laat verhopen, dat het geringste dorp weldra zijne volksbibliotheek zal hebben.
***
Den 19 November 1. 1. verscheen in het Belgisch Staatsblad de wet op de openbare volksbibliotheken. In de provincie Antwerpen is de verplichting, welke door deze wet aan de gemeenten wordt opgelegd, nagenoeg overbodig. Hare volksbiblioteken tellen het grootste aantal lezers van al de Belgische provinciën, hoewel zij slechts de derde plaats bekleedt, wat de bevolking betreft. Met het oog op den beschavenden invloed onzer bevolking, en zelfs onrechtstreeks op den bloei onzer letterkunde is deze toestand verheugend, en wij mogen hopen, dat het voorbeeld van den provincieraad van Antwerpen elders navolging zal vinden.
Er zal aan de Academie gevraagd worden de aandacht der Bestendige Deputaties onzer Vlaamsche provinciën te vestigen op de werking der ‘Antwerpsche provinciale Commissie tot aanmoediging der volksboekerijen en der Vlaamsche Letterkunde’ op het Verslag, hetwelk deze Commissie, naar aanleiding van haar tienjarig bestaan, aan de Bestendige Deputatie van den provincieraad van Antwerpen heeft gezonden. |
|