Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Academie voor Nederlandse taal- en letterkunde (nieuwe reeks). Jaargang 1984
(1984)– [tijdschrift] Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Academie voor Nederlandse taal- en letterkunde– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 455]
| |
Advies over de toekenning van de prof. dr. L. Elautprijs 1982-1983De jury belast met het uitbrengen van een advies inzake de toekenning van de prijs bestond uit de akademieleden mevr. Deprez en de heren Lissens en Couvreur. De jury vergaderde op 3 oktober 1984. De prijsvraag wekte een ruime belangstelling, getuige de beantwoording ervan door zes historici van de Vlaamse beweging, de geschiedenis der Nederlanden en van Zuid-Afrika alsook één kunsthistoricus. In alfabetische volgorde zijn dit: Mark Dubois, Albert van Huffel. 1877-1935, Gent 1983, Herman van Goethem, Taalgebruik en vernederlandsing in het Vlaams-Belgisch gerecht (1795 - ca. 1900), handschrift, Jan M. Goris, België en de Boerenrepublieken. Belgisch-Zuidafrikaanse betrekkingen (ca. 1835-1895), Retie 1983, Karel van Isacker, Mijn land in de kering, deel 2 De enge ruimte 1914-1980, Antwerpen 1983, Arnoldus Smits, 1830. Scheuring in de Nederlanden, 2 delen, Heule 1983, Harry van Velthoven, De Vlaamse kwestie 1830-1914. Macht en onmacht van de Vlaamsgezinden, Kortrijk 1982, Lode Wils, De Vlaamse beweging 1914-1936. Van taalstrijd tot natievorming, handschrift. Daar de prijs niet ex aequo kan worden toegekend, stond de jury voor de hachelijke taak de verdiensten van naar aard en inhoud uiteenlopende werken, waarvan enkele elders al waren bekroond, tegen elkaar af te wegen om uiteindelijk één werk ter bekroning voor te dragen. Na rijp beraad heeft de jury eenparig besloten als kandidaat voor de prijs Dr. Arnoldus Smits aan te bevelen voor zijn inzending 1830. Scheuring in de Nederlanden, deel II (509 blz.). Het aan deel II voorafgaande deel I (432 blz.), dat naast de politieke ontwikkeling in het Verenigd Koninkrijk hoofdzakelijk de Belgische opstand van 24 augustus tot eind september 1830 behandelt, is voor het merendeel een bijgewerkte heruitgave van schrijvers Utrechts doktoraal proefschrift van 1950 (onder Geyl) De scheuring | |
[pagina 456]
| |
van het Verenigd Koninkrijk en de houding van het Vlaamse land in 1830Ga naar voetnoot(1) en valt derhalve buiten de periode van de prijsvraag. Het bekroonde deel II is bijna geheel gewijd aan de oktobermaand 1830, de weerslag van de septemberdagen in Noord en Zuid, de mislukte opdracht van de prins van Oranje te Antwerpen en de overgang van deze stad op 27 oktober. Beide boekdelen werden als deel 83 in de reeks Standen en Landen opgenomen. Bij zijn besluitvorming heeft de jury zich laten leiden door de volgende overwegingen. In Scheuring in de Nederlanden (I en) II is een uitmuntend historicus aan het woord, die met meesterlijke hand het sterk kontroversiële probleem van de Belgische omwenteling en de geboorte van de nieuwe staat sine ira et studio in zijn volle omvang belicht. Het lijvige werk, vrucht van jarenlange studie en nauwgezet archiefonderzoek, is helder geschreven en goed gestruktureerd. Alle belangrijke feiten worden systematisch naar tijd en plaats beschreven, waardoor de lezer een goed overzicht krijgt van de zich voortdurend wijzigende politieke en militaire verhoudingen tijdens de revolutiemaanden september en oktober 1830. Schrijver is erin geslaagd de politieke, religieuze, sociale en militaire achtergronden van de gebeurtenissen van 1830 te achterhalen en een aanvaardbare verklaring voor de scheuring van de in 1815 herenigde Nederlanden te geven. De geschiedenis van de Belgische omwenteling en van de laatste twee maanden van het Verenigd Koninkrijk wordt nergens zo uitvoerig, alzijdig en objektief behandeld als in dit boek, dat de kroon zet op het levenswerk van een Noordbrabantse kloosterling in een Westvlaamse abdij. |
|