Algemeene geschiedenis, door mr. O. van Rees, hoogleeraar te Utrecht. Tweede, herziene en vermeerderde druk. Te Amsterdam, bij Weytingh & Brave, 1863. 277 blz. in 12mo. Prijs ƒ 0.80.
De eerste druk van dit werkje vormde een gedeelte der Volksbibliotheek, die voor een tiental jaren bij de heeren Weytingh en van der Haart in het licht verscheen. Was de hoogleeraar toen gebonden aan den omvang die het boekske niet mogt overschrijden, bij deze tweede uitgave, die ‘van de Volksbibliotheek onafhankelijk schijnt,’ meende hij hier en daar eenige uitbreiding aan zijne schets te kunnen geven en zijn geschrift te herzien. Hij heeft dit, blijkens den titel gedaan. Zijn werkje, niet voor geleerden of voor het hooger onderwijs bestemd, bevat een geleidelijk overzigt van de algemeene geschiedenis, en zonder uit te weiden ‘over volkskarakter en staatsinstellingen, over de ontwikkeling van godsdienst, welvaart en beschaving, over den geest waardoor sommige tijdvakken zich kenmerkten,’ zijn echter deze onderwerpen niet verwaarloosd. Met belangstelling hebben wij het boekske gelezen en wij durven het veilig aanbevelen ter verspreiding van kennis en opwekking van liefde voor waarheid, vrijheid en regt, met welk doel de uitgave geschiedde. Onze belangstelling geeft ons echter eene vraag in de pen, die wij met bescheidenheid, doch vrijmoedig den hoogleeraar doen. Waarom eindigt zijne ‘Algemeene geschiedenis’ met het Weener congres? Ons dunkt dat de gebeurtenissen na 1815 wel van zooveel belang zijn, dat zij ook door het volk mogen gekend worden, en in eene schets dier geschiedenis, welke in 1863 in het licht verschijnt, met het volste regt eene plaats mogen beslaan.