het onderhavige werk iets goeds verwachten, - onze verwachting is verre overtroffen.
Tien jaren geleden werd het plan ontworpen en trots de moeijelijkheden en omslagtige vergelijkingen, welke tot tweemaal toe eene algeheele omwerking van een groot gedeelte ten gevolge hadden, zette de heer Muller toch de beschrijving door en dit meestal in de ‘spaarzaam toegemeten ochtend- en avonduren, aan huisgezin en eene drukke handelszaak ontwoekerd.’ Hij verdient dan ook den dank van alle beoefenaren onzer geschiedenis.
Na eene inleiding, waarin titel- en zinnebeeldige prenten, en algemeene verzamelingen zijn opgenomen, volgt de heer M. den leiddraad der historie en geeft in 1523 nummers een geleidelijk en getrouw overzigt van hetgeen vroegere en latere kunstenaars door hunne stift hebben vereeuwigd. Het spreekt van zelf, dat wij uit de eerste der vier afleveringen, waarmede dit werk compleet zal zijn, nog geen volledig oordeel kunnen vellen, maar dit toch kunnen wij vermelden, dat van het begin onzer geschiedenis tot aan 1625, geene gebeurtenis van belang is voorgevallen, of zij is in deze aflevering door de beschrijving van eene daarop betrekkelijke plaat opgenomen. Over eene of andere, zeer zelden voorkomende vergissing willen wij den schrijver niet lastig vallen, daar wij niet weten, of het onderschrift van de prent ook soms is overgenomen en dus de schuld geheel buiten hem te zoeken is. Zoo trof ons onder No. 866: Lochem op de Veluwe.
Het werk schijnt reeds in November 1863 te zijn uitgegeven en welligt is de wensch van den heer M. in het berigt over deze verzameling reeds vervuld, maar wij vinden het, voor het tegenovergestelde geval, niet onbelangrijk dit berigt hier over te nemen, ten einde door meerdere bekendheid aan het daarin uitgedrukt verlangen gevolg moge gegeven worden.
‘De verzameling in de volgende bladen beschreven, is voor mijn eigen genoegen en leering en met het plan om dit werk zaam te stellen bijeengebragt, en heeft bij de uitgave der beschrijving ruimschoots aan haar doel voldaan. Niet slechts heeft het verzamelen, rangschikken en beschrijven mij vele, zeer eigenaardige genoegens verschaft, maar de voorstellingen en de geschiedenis zijn door dat alles bijna onuitwischbaar in mijn geheugen geprent. Daar ik na dit werk mij wederom aan andere, verder liggende plannen wensch te wijden, zou ik gaarne