digen invloed uit te oefenen. Waar een zucht om te schitteren, een wereldsche zin in het huisgezin van het rijke parlementslid begon te ontwaken en dieper wortel had kunnen schieten ten gevolge van de weinige hartelijkheid, die de ouders hunnen kinderen betoonden, is het Marian, wier onuitputtelijke zorg en verstand die neiging tracht te onderdrukken en, zelve onder voogdij staande, in waarheid over hare vriendinnen de voogdij uitoefent. Indien hierin de eenige strekking van dit verhaal was gelegen, om in hare heldin aan te toonen hoe de mensch, maar vooral de vrouw zich te midden der wereld behoort te gedragen, hoe hij die behoort te genieten en te verzaken, hoe hij, gelijk de vertaler zegt, in, maar niet voor de wereld behoort te leven, wie zal die strekking durven wraken? Maar wij meenen dat de strekking van dit verhaal verder gaat. Niet tegen de zedelijke, maar tegen de godsdienstige strekking van het boek komen wij op, al weten wij, dat wij dit nu eenmaal van Miss Yonge moeten verwachten dat Marian op hare omgeving heilzamen invloed uitoefent, wij hebben er vrede mede. Dat zij hare betrekkingen voor hoogere indrukken poogt vatbaar te maken en deze behoedt voor de gevaren van eene te groote gehechtheid aan de
wereldsche genietingen, wij prijzen het zeer. Maar in hoeverre kan het aanmoediging en ondersteuning vinden, dat die invloed zich zoo verre uitstrekt om eene rijke en lofwaardige huwelijksvereeniging, met wederzijdsch goedvinden aangegaan en waaraan de ouderlijke toestemming onvoorwaardelijk is geschonken, te wederstreven, ter wille van een godsdienstig dogma? Inderdaad hebben wij medelijden met den jongen Faulkner, die, na door de Lyddells met bijzondere welwillendheid te zijn ontvangen, terwijl op zijn gedrag en karakter niets is af te dingen, zijne goede hoedanigheden op de loffelijkste wijze doet uitkomen, onverhoeds en zonder eenige andere oorzaak wordt afgescheept, dan dat hij beweert dat het christendom even onbewijsbaar is als alle andere geloofsvormen, hoezeer hij, de schrijfster laat het telkens doorstralen, de schoonheid, de poëzij, de zedekunde, het majestueuse van iedere, en ook van de christelijke godsdienst ten hoogste prijst en erkent. In zooverre de strekking van dezen roman dus eene godsdienstige is, in dien zin, dat eene huwelijksvereeniging op den vorm in