bad over het hoofd bij hoofdpijn, die uit bloedsaandrang naar de hersenen voortvloeit; en wie kent niet de bedarende werking van eene brandspuit bij volksoproeren aangewend?’ Op bladz. 29: ‘een heethoofd is soms alleen een heethoofd ten gevolge van een heet hoofd. Daarom, zoo ge iemand in toorn of woede ontstoken ziet, geeft hem een koude douche op het hoofd en een warm voetbad, en zijn toorn zal gelijkmatig met de temperatuur zijner hersenen dalen.’ Dit zij tot aanhaling genoeg! Wij wenschen dat ‘de huid’ een goeden aftrek vinde, vooral in Amsterdam, opdat de Amsterdammers door de lezing daarvan aangespoord worden, om de roepstem des schrijvers, te water! te water!! te kunnen opvolgen, want ‘het IJ is groot genoeg!’
In No. II, schenkt ons Dr. Allebé het pro en contra van beweging en rust en vooral zijne citaten uit andere schrijvers, maken het geschrift zeer lezens- en overdenkenswaardig.
O.a. haalt hij het volgende aan van Dr. Fourcault, ten betooge dat de invloed van gemis aan beweging, op de afzonderlijke levensverrigtingen, belangrijk is op de afzonderlijke levensorganen, maar niet minder groot op de gezondheid in haar geheel.
‘De uitwerksels van gemis aan spier-werkzaamheid, blijken wijders uit den invloed dien sommige beroepen op de gezondheid en den levensduur der menschen uitoefenen. Dat klier- en tuberkelziekte 't meest bij zittende beroepen voorkomen, lijdt geen twijfel. De kleedermakers met hun zittend bedrijf en kortstondig leven, worden gemeenlijk aangevoerd als bewijs van de schadelijkheid van gemis aan beweging. Men verlieze nogtans niet uit het oog, dat veelal de zwakste knapen, knapen die niet gezond genoeg schijnen voor andere ambachten, tot kleedermakers worden opgeleid. De schoenmakers die toch ook een zittend leven leiden, zijn meestal forscher dan de kleedermakers.’
Dat het stokpaardje van Dr. A. in het onderwerp te pas zou komen, spreekt wel van zelf en hoewel wij de gymnastiek niet veroordeelen, ja zelfs in bijzondere gevallen zeer aanbevelen, komt, dunkt ons aan de kamergymnastiek van Schreber niet zooveel lof toe, als Dr. A. er aan toezwaait. De verdere behandeling der stof is inderdaad belangrijk, vooral de verschillende bewegingsvormen die de S. aanhaalt;