alle diepte en frischheid om den ontwikkelden lezer te kunnen treffen. En dan taal en stijl! Deze zijn zoo gebrekkig dat daarom reeds aan dezen roman voldoende kunstwaarde zoude moeten worden ontzegd. Wij schrijven om dit schijnbaar harde oordeel te regtvaardigen eene halve bladzijde over.
Aleida voert een gesprek met Ella's neef, die haar aanraadt eene kostschool te beginnen.
‘Ach, is dan geluk niet aangenamer dan onderwerping op een menschelijk gezigt te lezen? maar gij hebt eenigermate gelijk, van Elten, ik gevoel mij veel rustiger en kalmer, maar ook tamelijk onverschillig; evenwel schijnt mij de taak die ik op mij ga nemen, wel eens wat zwaar. Zonder de geestkracht onzer oude Ella weet ik niet, hoe ik er doorkwam. Als ik maar verzekerd was mijne leerlingen liefde in te boezemen, zou het wel gaan: soms overvalt mij de angst; iets goeds uit te werken zonder dat, is mij onmogelijk.
Hebt gij daar wel eens met tante Ella over gesproken?
Zeer zeker, en zij heeft mij met het Fransche spreekwoord getroost: ‘aime moi, je t'aimerai.’
‘Zou zij niet gelijk hebben, Aleida? Zou dat niet de sleutel zijn, dat de harten vooral van kinderen voor ons opent? niet een dergenen die u omringen, zal u wederstaan zoodra zij gevoelen dat liefde voor hen uwe drijfveer is; ik ondervind dit ook in mijne praktijk; een woord van deelneming of een traan van medelijden doet ons meer harten winnen, dan de grootste giften of diensten alleen uit pligt gedaan.’
Dit is slechts een toevallig opgeslagen gedeelte; dergelijke en nog gebrekkiger stijl wordt op bijna elke bladzijde gevonden.
Wij eeren de goede bedoeling der schrijfster, en ontkennen niet dat zij het talent bezit om een goed plan van een roman in haar hoofd te ontwerpen, maar achten hare krachten veel te weinig geoefend om met succes een plan uit te werken. Wanneer de schrijfster zelve, die wij hoogachten, hiervan overtuigd mag worden, zal zij zich veel verdriet en teleurstelling besparen, en met de niet geringe gaven, welke haar geschonken zijn, in hare omgeving des te meer zegen kunnen stichten.
***s.