| |
| |
| |
De prinses Von Lieven.
Eene beroemde vrouw - dat is gewoonlijk een vrij dubbelzinnige eernaam. Men stelt zich bij het hooren van die uitdrukking iemand voor, die begaafd mag zijn met eigenschappen welke zeldzaam worden gevonden bij hare sekse, maar daarentegen dan ook zeker verstoken is van die hoedanigheden, welke in de vrouw het meest begeerd en op den hoogsten prijs gesteld worden. Wordt de naam eener vrouw vermaard; zij wie dien naam draagt kan dikwijls geene aanspraak maken op hoogachting, veel minder rekenen op liefde. Die roem kan vaak niet verkregen worden dan ten koste van het verwaarloozen van dure pligten of het opofferen der edelste, teederste vrouwelijke eigenschappen. Of denkt men niet ligt, zoodra men van eene beroemde vrouw hoort spreken, 't zij aan eene kenau, wier heldhaftigheid wij grootelijks bewonderen, maar toch niet gaarne zouden opmerken in onze vrouwen of dochters; 't zij aan eene kunstenares, aan wier talenten wij gaarne de welverdiende hulde bewijzen, maar wier zedigheid en kieschheid ons zeer twijfelachtig voorkomen; 't zij aan eene savante, die zeer interessant kan zijn in een kring van geleerden, maar waarschijnlijk weinig bijdraagt tot bevordering van 't huiselijk geluk haars gezins? - Tot geene van deze klassen behoorde de dame, wier naam wij boven dit opstel hebben geplaatst, ofschoon zij welligt met die allen eenige overeenkomst had; maar zij verdient geteld te worden onder degenen, die nog zeldzamer zijn, en die gemeenlijk niet zachter worden beoordeeld, tot de staatkundige vrouwen. Schijnt geen veld van menschelijke werkzaamheid zoo uitsluitend voor den man bestemd te zijn, dan dat der staatkunde, de prinses von lieven heeft gewaagd dat veld te betreden, heeft het doorkruisd in al zijne uitgestrektheid. Zij bewoog zich tusschen de uitstekendste staatsmannen, bemoeide zich met de meest ingewikkelde gebeurtenissen van den laatsten tijd; zij betoonde daarbij niet enkel zeldzame schranderheid en
scherpzinnigheid, maar ook die zielshoedanigheden, welke haar regt gaven op den eerbied en de hoogachting harer tijdgenooten.
| |
| |
Zij was niet maar eene buitengewone, maar ook eene beminnenswaardige vrouw, Haar naam werd door geheel Europa met achting uitgesproken, hare vriendschap werd door vorsten begeerd en hoog geschat, tot aan haren dood toe werd zij de hoofdpersoon geacht van de meest beroemde staatkundige kringen in Europa.
Eene korte schets van haar merkwaardigen levensloop moge den lezers van dit tijdschrift niet onwelkom zijn.
De freule daria (dorothea) von benkendorff werd in December 1786 geboren, en opgevoed in het gesticht voor adellijke jonge dames te St. Petersburg. Haar geslacht behoorde tot den Lijflandschen adel, en is door Keizer nikolaas in den gravenstand verheven. Reeds op jeugdigen leeftijd kwam zij aan het hof, waar zij aan de keizerlijke familie werd voorgesteld door de gravin, later prinses charlotte von lieven, de opvoedster der kinderen van Keizer paul I. De jonge dame verwierf, door haar veelbelovend voorkomen, de bijzondere genegenheid en bescherming van de Keizerin maria feodorowna. Deze huwde haar, toen zij de kindsheid naauwelijks was ontwassen, uit aan den toenmaligen minister van oorlog christoph andrejewitsch von lieven. Kort daarop had er een voorval plaats, dat een hevigen indruk op haar maakte en eene geheele verandering in haar bestaan te weeg bragt. Zij had van het leven nog niet anders leeren kennen dan de genoegens en verstrooijingen; daar werd haar geest plotseling gerigt op de sombere zijden, op de bitterheden en rampen, waarmeê de mensch te kampen heeft. Keizer paul I werd vermoord in den nacht van 24 Maart 1801. De tijding dezer gebeurtenis schokte haar gemoed vreeselijk. Sedert dien tijd bleef hare opmerkzaamheid gerigt op allen, die haar omringden, nam zij deel in de omstandigheden en ondervindingen van die allen. - Aan het hof van Keizer alexander werd weldra eene eervolle plaats aangewezen voor de beminnelijke, geestrijke en met zeldzame bevalligheid begaafde gemalin des ministers. Maar de vermaken, waaraan zij deelnam, de blijken van hulde, die men haar bood, beletten niet dat zij poogde haren geest te beschaven en hare kennis te verrijken. Zij zocht vooral in betrekking te komen met bejaarde mannen van uitstekende bekwaamheid, om door dezen
| |
| |
de wereld en het leven juist te leeren kennen, en een helder inzigt te verkrijgen in de zaken, die rondom haar gebeurden en behandeld werden. Eene ruimer baan werd voor haar streven geopend, toen zij St. Petersburg verliet in 1811, daar haar gemaal als Russisch gezant naar Berlijn werd gezonden. In 't volgende jaar, tegen het einde van 1812, verkreeg de graaf dezelfde waardigheid bij het Engelsche hof, en zijne gemalin volgde hem naar Londen.
Het korte verblijf aan het hof van Pruissen was voor de gravin von lieven eene goede voorbereiding tot het leven en den werkkring, die haar wachtten aan gene zijde van het kanaal. Londen was het middelpunt, waar de staatkunde alle pogingen en middelen zamenbragt om geheel Europa tegen den algemeenen vijand: tegen napoleon en zijne magt, in de wapens te roepen. Elke meêwerking was daar welkom. Weldra werd de begaafde vrouw opgemerkt, aan de zijde van haren gemaal, en aangemoedigd vooral door den beroemden pozzo di borgo, begon zij hier mede de hand te slaan aan het raderwerk der openbare en geheime onderhandelingen, en zich met de daad te bemoeijen met de neteligste vraagstukken. Groote lof werd haar van alle kanten toegezwaaid. Zij verwierf zich de vriendschap van Lord liverpool, castlereagh en anderen der voornaamste staatsmannen; maar tevens werd zij gezocht in den gezelligen omgang. In alle kringen werd zij gehuldigd. Zij gold in 1814 zoowel voor een invloedrijk lid der Londensche diplomatie, als voor de lieveling der hoogmoedige Britsche aristokratie. De prins-regent was betooverd door haren aangenamen omgang, en beschouwde haar als het sieraad zijner gezelschappen.
Met den Europeschen vrede veranderden de onderlinge betrekkingen der mogendheden aanmerkelijk. In de plaats van het gemeenschappelijke doel, kwamen nu de bijzondere oogmerken en belangen; in de plaats der algemeene zamenwerking de strijd der partijen. Ook de Russische vertegenwoordiger in Londen zocht nu bepaald Russische, veelal zeer ingewikkelde plannen te verwezenlijken. In hoeverre de gravin deel heeft genomen aan de werkzaamheid haars gemaals bij het hof van george IV, valt niet te bepalen. - Hoe groote invloed aan haar werd toegeschreven, blijkt echter uit het
| |
| |
oordeel, nog na haren dood, door de tegenstanders van Rusland en zijne staatkunde over haar uitgesproken. Zonder te vragen naar de waarde of onwaarde van dat oordeel, willen wij alleen opmerken, dat de gravin daarbij verantwoordelijk wordt gesteld voor al datgene, wat aan de Russische regering of hare vertegenwoordigers ten verwijt kan strekken. Zij zou gedurende den Griekschen vrijheids-oorlog de Engelsche grooten hebben opgewonden ten gunste der Grieken, alleen omdat het belang van Rusland de scheiding van Griekenland en Turkijë vorderde. Zij zou zich gemengd hebben in de binnenlandsche aangelegenheden van Engeland en de émancipatie der Katholieken, als ook de aanneming der Reform-bill (eene nieuwe kieswet) gepoogd te verhinderen. Hoe dit zij, zooveel is buiten allen twijfel zeker, dat men, om aan eene vrouw zulke handelingen te verwijten, tevens wel overtuigd moet zijn van hare buitengewone bekwaamheid en haar uitgebreid gezag. Schijnt het niet, als of alle staatslieden aan haren leiband liepen, en door hare oogen zagen? Waarlijk daartoe is meer noodig dan de geslepenheid eener gevaarlijke intrigante; zulk een gezag kan niet enkel steunen op fijn beraamde listen en verraderlijke kunstgrepen. Bovendien zou de gravin, volgens dat oordeel, geheel hare vrouwelijke waardigheid hebben moeten verloochenen en de Engelsche gastvrijheid schandelijk misbruiken. Maar van waar dan de achting, die haar door alle partijen zonder onderscheid werd bewezen? Allen erkenden, dat zij eene zedige en waardige vrouw was, die, echt vrouwelijk, hare achtbaarheid wist te vereenigen met goedheid van hart en innemende bevalligheid. Zonder aan ééne der partijen zich aan te sluiten, verwierf zij zich den eerbied en de genegenheid van allen; gedurende eene reeks van jaren was zij de vriendin der Torys, der Whigs en der gematigden, ja, van alle uitstekende, invloedrijke mannen van Engeland. Zij was te gelijk de raadgeefster van den
hertog van wellington, de vertrouwde van canning en de intime bekende van de Lords grey en aberdeen. Zij verstond de kunst om de vertegenwoordigers der meest uiteenloopende rigtingen aan zich te verbinden door de verhevenheid haars geestes, door hare buitengemeene beschaving en groote beminnelijkheid.
| |
| |
In 1826, bij de krooning van Keizer nikolaas, werd de gravin charlotte von lieven, 's Keizers voormalige gouvernante, met haar geheel geslacht tot den prinsenstand verheven. In 1828 ontving de gemalin van den gezant von lieven de aanstelling tot eeredame der Keizerin. Na de sluiting van de Conferentie te Londen, in 1834, werd de prins von lieven naar Petersburg teruggeroepen, en met hem verliet zijne gemalin het tooneel, waarop zij bijna 22 jaren lang eene zoo schitterende rol gespeeld had. Aan 't Russische hof bekleedde de prinses nu weldra eene aanzienlijke en onafhankelijke plaats, terwijl haar gemaal tot gouverneur van den grootvorst alexander werd benoemd. Kort daarop, in 1835, trof haar een zware slag: binnen ééne maand werden haar twee kinderen, het eene dertien, het andere acht jaren oud, door den dood ontnomen. Diep geschokt door dit smartelijk verlies, wenschte zij St. Petersburg te verlaten, te meer daar zij geene bevrediging vond voor hare behoefte aan vrije, zelfstandige werkzaamheid in de wel hooge, maar lastige betrekking, die zij aan 't hof had in te nemen. Zij ging dan ook naar Parijs en vestigde hare woonplaats in het hôtel Talleyrand, in 1837. - Een jaar later werd haar eene nieuwe treurmare gebragt: haar gemaal, die met zijn kweekeling eene reis deed in Italië, was den 10den Januarij 1839, te Rome, plotseling gestorven. Zoo was ook deze band, die haar aan haar vaderland hechtte, verscheurd, en zij besloot als weduwe haar verblijf voortdurend in de Seine-stad te houden.
Te Parijs steeg haar roem tot den hoogsten trap. Haar salon werd het onzijdig gebied, waarop de uitmuntendste mannen van de Europesche diplomatie elkaâr ontmoetten, waar de vertegenwoordigers van alle regeringen en partijen vrij met elkander omgaan en spreken konden, mits zij maar den hartstogt, den twist en de dorre geleerdheid buiten lieten. Daar werden de gewigtigste gebeurtenissen des tijds behandeld en besproken, maar steeds zonder drift, zonder strijd, zonder de wellevende, vrolijke vormen van het beschaafd verkeer uit het oog te verliezen. Ware de prinses von lieven geene vrouw geweest van groote waardigheid, bedeeld met fijnen tact en buitengewone bevalligheid, zoodat zij alle harten innam; het zou haar onmogelijk geweest zijn, zoo den zachten seepter des vredes te zwaaijen, en de meest tegenstrijdige belangen, meeningen
| |
| |
en nationaliteiten te onderwerpen aan haren wil. Het hôtel Talleyrand bood het merkwaardig en eenig schouwspel aan, dat thiers en guizot zich vriendschappelijk onderhielden met hunnen tegenstander molé; dat de Oostenrijksche gezant apponyi, de voorstander van metternich's staatkunde, vertrouwelijk nederzat nevens den constitutioneelen Spanjaard martinez de la rosa; dat de hoog aristokratische Lord granville de hand reikte aan den Amerikaanschen republiekein cass; dat de trotsche Engelsche lady's zonder terughouding een gesprek aanknoopten met de burgerlijke echtgenooten der ministers van den burgerkoning. In de gezelschapszaal der prinses von lieven gevoelde ieder zich vrij en ongedwongen, daar had men alleen de wetten in acht te nemen der beschaving en der wellevendheid. Was die vrijheid voor sommige staatslieden wel eens gevaarlijk? Is daar, in die salon soms een minister of gezant op een dwaalweg gebragt, heeft de een of ander daar welligt verraden of geopenbaard, wat hij beter gedaan had te verzwijgen? 't Is zeer mogelijk, maar deze misslagen kunnen daarom toch niet aan de prinses te laste worden gelegd; alleen hij, die ze beging, draagt daarvan de schuld.
De prinses onderhield ook eene zeer uitgebreide briefwisseling met onderscheidene gekroonde hoofden en hooggeplaatste personen, in de eerste plaats met het Russische hof. Aan Keizer nikolaas schreef zij geregeld en dikwijls. Hare inzigten en raadgevingen waren bij hem van veel gewigt. In Parijs werd de Heer guizot beschouwd als haar meest vertrouwde vriend. De prinses zou zelfs door haren vriend grooten invloed hebben geoefend op den gang der Fransche staatkunde gedurende de Julij-regering. Gelijk de nimf egeria den Romeinschen Koning numa pompilius, zoo zou de prinses von lieven haren vriend guizot de denkbeelden, door hem verwezenlijkt of gekoesterd, hebben ingeblazen. Zeker is het, dat beider vriendschap gesteund werd door groote overeenstemming in staatkundige gevoelens. De prinses was zeer ingenomen met de zorg om den vrede te bewaren, die het ministerie guizot openbaarde; en begunstigde ook zooveel in haar vermogen was de plannen van het Fransche hof betreffende de Spaansche huwelijken. De bewegingen omtrent deze laatste zaak berokkenden haar de onverzoenlijke vijandschap van Lord palmerston.
| |
| |
Toen de omwenteling in Februarij 1848 uitbrak, verliet de prinses Parijs en begaf zich naar Londen, doch hare afwezigheid duurde korten tijd. Zoodra de rust hersteld en de maatschappelijke en staatkundige toestand door het presidentschap van lodewijk napoleon was verzekerd, keerde zij terug. Wederom opende zij hare salons in het hôtel Talleyrand, en natuurlijk verzamelden zich daar inzonderheid de aanhangers van 't Huis orleans. Ofschoon men weldra nevens de gewone gasten in dezen kring, guizot en den hertog de noailles, ook mannen van eene andere rigting, de graven morny, persigny, fould, daar zag binnentreden; verkreeg toch het gezelschap niet meer zijn algemeen karakter van voorheen. En, hoewel zeer tegen den wensch en de bedoelingen der eigenares, begon men 't huis der prinses te beschouwen als de wijkplaats der Orleanisten. De prefect van politie openbaarde het voornemen om het staatkundig salon der prinses von lieven te doen sluiten; maar lodewijk napoleon gevoelde, dat zulk een maatregel eene smet op zijne regering zou werpen, en gebood de prinses vrij te laten in hare handelingen. Na de afkondiging van het nieuwe keizerrijk, Maart 1853, liet de prinses zich voorstellen aan het hof van napoleon III. Sedert dien tijd werd haar gezelschapskring weêr vollediger, en haar huis bezocht door de vertegenwoordigers van al de verschillende partijen.
Bij het uitbarsten van den oorlog der Westersche mogendheden tegen Rusland kon zij niet te Parijs blijven, maar trok naar Brussel, waar toen de meeste aanzienlijke Russen uit Frankrijk zich verzamelden rondom den graaf kisseleff. 't Viel de oude dame echter hard, hare gewone verblijfplaats te verlaten, zich in den vreemde te bevinden, te meer nu hare gezondheid wankelend was geworden. Zij haakte naar hare eigene woning, en wist dan ook te bewerken, dat haar zoowel door het Russische als door het Fransche hof werd toegestaan, om, ondanks den oorlog tusschen de beide rijken, als bijzonder persoon naar Parijs terug te keeren, en reeds in Januarij 1855 kwam zij weêr in Frankrijks hoofdstad. Zoo lang de oorlog duurde, had zij nu de uiterste omzigtigheid en terughouding in acht te nemen, zoowel in hare briefwisseling als in het gezellig verkeer. Ook in dezen moeijelijken toestand wist zij haar gedrag zoo te regelen, dat zij aan
| |
| |
niemand aanstoot gaf. Naauwelijks was dan ook de vrede gesloten of op nieuw werd hare woning het middelpunt van gezelligen omgang der staatslieden, en zij vatte hare drukke correspondentie weêr op. Aan de Russische Keizerin-weduwe schreef zij in den laatsten tijd bijna dagelijks. In den loop van 1856 verzwakte hare gezondheid gedurig meer, doch haar geest bleef frisch en helder, en zij ging voort levendige belangstelling te toonen in de omstandigheden, die voortvloeiden uit den vrede van Parijs, vooral in zoo ver die in verband stonden met het belang van Rusland.
Omstreeks het midden van Januarij dezes jaars verergerden de verschijnselen harer krankheid, en kon zij het bed niet meer verlaten. Eindelijk deelde men haar onbewimpeld mede, dat zij zich bereiden moest op haar einde; met kalme gelatenheid hoorde zij deze aankondiging aan. Zij verzocht den predikant cuvier haar te komen bezoeken (want de prinses was zelve Protestante) en hield met hem een langdurig gesprek. Daarna bemoeide zij zich niet meer met de aardsche dingen. In 't volle bezit van hare geestvermogens sloot zij eenige dagen later voor altijd de oogen, rustig en zonder strijd. Eenige weken vroeger had zij haar zeventigste jaar bereikt. Haar trouwe vriend guizot, haar oudste zoon prins paul, en haar neef, de graaf von benkendorff uit Stuttgart, stonden aan haar sterfbed. Haar tweede zoon bevond zich op eene reis in Italië.
De prinses had, behalve de groote schranderheid, die zij in vele en moeijelijke gevallen openbaarde, ook uitgebreide kundigheden. Zij was zeer bekend met geschiedenis en letterkunde, zij sprak onderscheidene talen, en beminde de muzijk. Zij schreef het Fransch zuiver en vlug; maar had in den loop der jaren verleerd, hare moedertaal gemakkelijk te gebruiken. Hare uitdrukkingen waren gewoonlijk kort en duidelijk. Zij liet een groot vermogen na, en eene rijke verzameling van kostbaarheden.
De prinses von lieven verdient zonder twijfel geteld te worden onder de beroemde vrouwen. Zij wordt vooral geprezen om hare goedheid, haar tact en hare scherpzinnigheid. Voorzeker heeft zij aanspraak op grooten lof en bewondering. Maar al neemt men aan, wat hare vereerders klagend hebben uitgesproken, dat er waarschijnlijk geene vrouw bestaat, die de noodige tact en scherpzinnigheid, gepaard met gezag, bezit, niet om de prinses von lieven te vervangen, maar om haar op te volgen; al gelooft men met hen, dat het de grootste moeite zou kosten, om eene hand te vinden, die standvastig en bekwaam genoeg is om dezen gevallen aristokratischen scepter op te nemen; daarom behoeft men hun nog niet toe te stemmen, dat daarin een treurig verschijnsel dezer eeuw is te erkennen. Of zou zulk een scepter eigenlijk wel berekend zijn voor de hand eener vrouw? Zou het wenschelijk zijn, dat zoodanige vrouwen in menigte werden aangetroffen? Wij laten het antwoord aan den lezer over. |
|