Liefde uit haat. Door Amalia Schoppe, geb. Weise. Naar het Hoogduitsch. Te Gorinchem, bij A. van der Mast. 1857. In gr. 8vo. 356 bl., met vignet. f 3-25.
Het werk werd mij gezonden, en toen ik den titel en den naam der Schrijfster op den rug van den band las, ontstond er een gevoel in mij, zoo ongeveer als of wijlen mijne oudovergrootmoeder belet op de koffij had laten vragen; en waarlijk, indien ik de goede dame met hare paniers en hare mouches, op hooge hakjes, onder een bevallig waaijerspel had zien binnentrippelen, dan zou mijne verwondering daarover naauwelijks grooter hebben kunnen zijn, dan over den inhoud van dezen nieuwen roman.
En hier zal ik de vergelijking maar staken, want ik zou vreezen al te onregtvaardig jegens mijne gezegd oud-overgrootmoeder te zijn door te veronderstellen, dat een uurtje van haar ouderwetsch gekeuvel mij niet honderdmaal beter zou hebben bezig gehouden, dan de lezing van deze hoogst nietige bladen. Zulk een boek, in deze dagen!
Men ziet wel op den titel, dat het in 1857 bij van der mast is uitgegeven, maar bij gebrek van toelichtende voorrede blijft het de vraag: Heeft a.s. het pas geschreven, of is het door een harer bewonderaars uit de oude doos opgehaald, en dus slechts nieuw door vertaling? Het doet trouwens ook weinig ter zake: een goed werk is ten allen tijde goed, en dit is zelfs met den glans der nieuwheid nooit goed geweest. Vóór 30 à 40 jaren had het misschien met de stortzee van Duitsche romans, als schuim, ongemerkt de sluizen mede kunnen binnenspoelen, maar hoe in den tegenwoordigen tijd, waarin zelfs den gewonen romanlezer zooveel degelijker kost wordt opgedischt, nog iemand lust gevoelt om zulk een prul te vertalen... dat is vreemd; wij zouden haast zeggen, 't is bedroevend, want ieder uur daaraan besteed, had beter