Het Oostenrijksche Concordaat, beschouwd in het licht der Geschiedenis. Uit het Engelsch. Te Groningen, bij de Erven C.M. van Bolhuis Hoitsema. 1857. In gr. 8vo. IV en 79 bl. f :-75.
Men verwachte in dit, uit het Edinburgh-Review in onze taal overgebragte, vertoog geene naauwkeurige uiteenzetting en beoordeeling van het zooveel opzien verwekt hebbende Concordaat, maar beschouwingen en redeneringen over de vroegere en latere handelingen van pius IX, en over de Staatkunde en ontwerpen van het Roomsche hof, dat wel door de Hervorming en door de gebeurtenissen van het laatste der vorige eeuw verloren, maar nu door de gevolgde reactie teruggewonnen heeft, en de hoop blijft voeden om de volken op nieuw in slaafsche banden te slaan. Van hetgeen het daartoe in verschillende landen, niet zelden met een voor zich gewenscht gevolg, beproefd heeft, wordt een goed verslag gegeven, en bepaaldelijk het oog gerigt op Oostenrijk, zooals het zich aan handen en voeten geboeid overlevert aan Rome's geestelijke dwingelandij, waarvan het hoofdzakelijk door maria theresia, en nader door jozef II bevrijd was. Overtuigend wijst de Schrijver dit aan: omtrent het regt van exequatur of placet, dat door het Oostenrijksche Gouvernement zelfs onder zijne meest bigotische Keizers, gelijk door het Spaansche onder filips II, bloediger gedachtenis, vastgehouden werd; omtrent het onderwijs in zijn geheelen omvang; omtrent de censuur der boeken, en de verbindtenis tot handhaving van het geloof en de instellingen der kerk contra haereticam pravitatem (eene kwalijk verholen Inquisitie); en omtrent de herstelling der kerkelijke regtsmagt met al hare vooruit ziende, voor de rust en welvaart van het land verderfelijke gevolgen. In het verlangen om tegen de revolutionaire uitbarsting van 1848, het