Bijbelrijmen. Naar het Engelsch van J. Watts. Te Dordrecht, bij H. Lagerwey. 1856. In post 8vo. XII en 190 bl.
Een aansprakeloos boekje, dat zijn weg moge vinden om den dubbel vromen zin, waaraan het zijn bestaan te danken heeft. De oorspronkelijke dichter dezer hymnen bezit eene meer dan Europesche beroemdheid, maar wat meer zegt, heeft door zijne liederen menig geloovig hart getroost, gesticht en versterkt in de onveranderlijke waarheid van Gods Woord. De gemoedelijke Vertaler heeft een tamelijk goed werk verrigt met deze liederen ook voor onze landgenooten, die het Engelsch niet magtig zijn, toegankelijk te maken. Of wij echter al die liederen zouden hebben overgezet, is eene andere vraag, indien wij ons hadden opgewekt gevoeld den Engelschen zanger bij ons te introduceren, evenzeer als wij het betwijfelen dat iedere lezer zal zijn ingenomen met den zin en de strekking van een aantal dezer liederen. Wat de dichterlijke waarde der vertaling aangaat - de Heer rademaker zegt zelf in het Voorberigt, dat hij ‘geen de minste aanspraak op dichterlijke verdienste maakt.’ - Wij nemen hier nota van, en willen dus niet angstvallig nagaan of het oorspronkelijke niet nog al aanmerkelijk heeft verloren bij de overgieting, waar het ons blijkt dat de geest overigens vrij wèl is behouden. Wat meer heerschappij over de taal, wat meer gloed bij de vertolking laat zich onder het lezen van menig Bijbelrijm wel wenschen, en op vrij wat bladzijden zouden we gewis menigen regel kunnen verbeteren, zoodat wij gaarne zouden gezien hebben dat ten kate, die ons lange's poëzij zoo meesterlijk vertolkte, ook met de overzetting van watts onze letterkunde had verrijkt. Intusschen zijn wij dankbaar voor het ontvangene, dat voor den geringen prijs van 75 cents ver-