overleg met dezen, door een ongenoemde, die zich, zoo verre wij het konden nagaan, niet minder loffelijk gekweten heeft dan zijn voorganger. Zelf betuigt hij, deze wel aangename, maar tevens moeijelijke taak met moed en opgewektheid te hebben aanvaard. Ook de druk en uitvoering laten, zoo als men met grond verwachten kon, niets te wenschen over. Slechts had, naar ons oordeel, de zuinigheid bij de uitgave meer kunnen in het oog gehouden zijn. Zelfs kunnen wij het eenen Uitgever als de Heer suringar is moeijelijk ten goede houden, dat hij door den betrekkelijk zeer hoogen prijs, waarop dit werk te staan komt (f 11. -), de algemeene verspreiding er van in ons Vaderland meer tegengewerkt dan bevorderd heeft. Zal ook al niemand, zoo wij vertrouwen, zich ligt over den aankoop beklagen, of het zeer uitvoerige en kostbare werk, na de lezing, onvoldaan ter zijde leggen, hoe menigeen wordt nu toch door de aanzienlijke uitgave, waarop het hem te staan zou komen, afgeschrikt, om het zich aan te schaffen!
Overigens kan er van eigenlijk gezegde beoordeeling, vooral na hetgeen wij vroeger aangaande dit werk getuigd hebben, thans geene sprake meer zijn. En waartoe uit den rijken voorraad, ons hier aangeboden, proeven bijgebragt? Wie den beroemden man, die groot was in zijne eenvoudigheid, en, in weerwil van zijnen nederigen stand in de maatschappij, hoog stond aangeschreven bij aanzienlijken en geletterden, nader wenscht te leeren kennen, koope dit boek en leze het! Wij voor ons betuigen gaarne, dat wij, zoo dikwijls wij er ons in uren van ontspanning mede bezig hielden, door de lezing zijn verkwikt en gesterkt geworden. Zulke boekhandelaren, als perthes was, zijn het sieraad van hunnen stand en een zegen voor de maatschappij, waarin zij leven. Of liever, zulke innig vrome, opregt geloovige, helderdenkende, onbekrompene, liefdevolle, werkzame Christenen, als hij door Gods genade geweest is, en in zijn leven en bedrijf, tot aan zijnen dood toe, zich betoond heeft te zijn, mogen, in welken levensstand ook geplaatst, in vollen nadruk het licht der wereld en het zout der aarde heeten. Hun naam wordt niet ligtelijk vergeten en hunne gedachtenis blijft ook onder de nakomelingschap in eere, zelfs nadat hun stof lang vergaan is.
Het, naar wij vermoeden, wèlgelijkend portret van perthes is tot het vierde Deel een verrassend toevoegsel, waarvoor wij danken.