De Aardkunde van Salland en het Land van Vollenhove. Eene Voorlezing door Dr. W.O. Staring, gehouden voor en uitgegeven door de Overijsselsche Vereeniging tot ontwikkeling van Provinciale Welvaart. Te Zwolle, bij J.J. Tijl. 1846. In gr. 8vo. 63 bl. f :-75.
Dit Stukje is een vervolg van dat over de aardkunde van Twenthe, 't geen in het vorige jaar het licht zag, en niet minder belangrijk. Wij verkrijgen hier mededeelingen en ophelderingen over de alluviale vormingen, die langs de IJsseloevers en langs de kusten der Zuiderzee het westelijke gedeelte der provincie Overijssel vormen. De Schrijver heeft achter deze voorlezing een overzigt der aardkunde van Overijssel gegeven, met aanhaling der daartoe betrekkelijke opgaven ook van de vorige redevoering. Met dank zullen zekerlijk deze bijdragen tot de kennis van onzen vaderlandschen grond worden aangenomen; bijzonder vestigen wij de aandacht op hetgeen hier over veenvorming wordt medegedeeld en op de gissingen omtrent het ontstaan der Zuiderzee, bl. 35 en verv. Belangrijk is ook de opmerking, dat de diluviale vorming ten noorden van Meppel en Koevorden verschilt van de zuidelijke, zich door vuursteen onderscheidt en gedeeltelijk van krijtbergen ontstond, terwijl ook de rigting der heuvels oost en west loopt, die der zuidelijke, kwarts bevattende heuvels van het noordoosten naar het zuidwesten. Mogt de Schrijver weldra vele navolgers vinden in het zorgvuldig nasporen van den geognostischen toestand van onzen grond.