volken waren aan hem hunne beschaving verschuldigd, terwijl hij tevens, zoo veel mogelijk, overal vrede aanbragt. Vooral heeft hij zich omtrent de kerk verdienstelijk gemaakt, door het schandaal der drie Pausen te doen ophouden; clemens II te doen verkiezen, en de ergerlijke Simonie tegen te gaan. Maar hij stierf reeds op 39 jarigen ouderdom.
Al deze en meer andere bijzonderheden worden, in den fikschen trant van van hengel, behandeld, met teregtwijzing van andere schrijvers, en opgave van de bronnen, waaruit geput is geworden. Deze zijn zeer vele, en over het geheel weinig bekende; en door de wijze, waarop zij zijn aangewend, heeft de geleerde Schrijver een werkje geleverd van blijvende waarde, over het behandelde tijdvak nieuw licht verspreid, heilzame wenken voor onzen tijd gegeven, en bewijzen, dat Rome zich meer aanmatigt, dan waarop het aanspraak kan maken, en terugtreedt, wanneer de Vorsten slechts met kloekheid hunne eigene regten weten te handhaven. Hendrik III zette in de 11de eeuw niet alleen Abten en Abdissen, Bisschoppen en Aartsbisschoppen aan en af; maar ook de Pausen zelven hadden afzetting en benoeming aan hem te wijten en te danken. Door zijne bemoeijingen werden silvester III, benedictus IX en gregorius VI, die den Pauselijken zetel ontëerden, er van verwijderd, en clemens II, damasus II, leo IX en victor II er op verheven. ‘Maar (zegt van hengel, bl. 27) eerst in latere jaren liet men zich daarover ongunstig uit, als over eene inbreuk op de regten der Kerk, waarvan men de sporen uit de geschiedenis wel wenschte te kunnen uitwisschen.’ De bewijzen voor dit gezegde worden, bl. 91 en 92, geleverd. - Het is waarlijk, alsof die Leidsche Professoren het er te dien tijde op gezet hadden, om de Professoren te Warmond te tergen, door de schrappingszucht der Roomsche Curie aan den dag te brengen en met de stukken te staven. Prof. kist had pas, den 21 Nov. 1842, voor de leden der 3de klasse van het Instituut gelezen over de Pausin joanna, en beweerd, met aanvoering van bewijzen, dat men had
getoond haren naam wel te willen uitwisschen op de lijsten der heilige (?) vaders. En Prof. van hengel kwam in Jan. 43 reeds op nieuw met gelijksoortige beschuldiging! Het is evenwel dezen Hoogleeraar nog niet kwijt gescholden. Be HEw. schrijvers van de Katholiek zijn streng