roman van 576 bladzijden in tweelen Deelen ongeveer f 5-80 zou kosten, waarvoor men dan volstrekt geen netter druk, maar misschien een doodmager steendrukje vooruit zou hebben, zoo blijkt het zeer aanzienlijke prijsverschil van 100 op ruim 60, eene vermindering van 40 p.c. Wij wenschen den Heere fuhri den besten uitslag op deze zijne onderneming. Hij belooft in dezen vorm eene ‘uitgezochte lectuur,’ en bepaaldelijk eenen bundel verhalen van Mejufvrouw tousaint. Het is zeer verstandig, dat hij niet, gelijk men vroeger wel eens gedaan heeft, en nog met eene andere onderneming van gelijke soort doet, eenen algemeenen titel gekozen heeft. Daardoor schijnt een op zichzelf volledig werk een onvolledig gedeelte van een grooter, en dit schrikt wel eens af. Wij hopen, dat deze aankondiging medewerke tot gunstige bekendwording dezer onderneming en aanprijzing der nette boekjes, van welke alleen de Latréaumont ons onder de oogen is gekomen. Intusschen willen wij niet geacht worden zóó groote voorstanders te zijn van romanlectuur in het algemeen, dat wij niet nog veel hartelijker de toepassing van deze beterkoope wijze van uitgeven op lectuur van meer gewigt en degelijker gehalte zouden wenschen.
Wat den roman zelven aangaat: men kent sue's levendigen verhaaltrant. De geschiedenis is gegrond op zekere mislukte zamenzwering, om in Normandije een republikeinsch bestuur op te rigten met hulp eener Hollandsche vloot en bijstand uit de Spaansche Nederlanden onder lodewijk XIV in 1674. Het afschuwelijk karakter van dezen zedeloozen en wraakgierigen Koning, wien de onbeschaamdste vleijerij nog wel den Groote heeft durven noemen, wordt hier naar waarheid ten toon gesteld. De terdoodbrenging van het hoofd van den opstand rohan en zijne medepligtigen, waaronder een' Hollandschen schoolmeester van den ende, die in dezen roman nog al eene aanmerkelijke rol speelt, is dan ook historisch; maar sue heeft zijn verhaal aldus ingerigt, dat men deze doodstraf diep verfoeit, en daardoor het karakter des Konings afschuwelijker vindt, dan noodig ware. Men kan ook den Dronunel al te zwart schilderen. De ontknooping bevredigt dus den lezer in geenen deele, en, gelijk dit een offer is aan eenen hedendaagschen wansmaak, zoo worden zelfs de ijselijkheden der pijnbank niet kwijtgescholden. Op kleinigheden zullen wij nu geene aanmerking maken; alleen vonden wij de vergissing, om iemand, die in 1598 geboren was, eenen tijdgenoot van ebasmus te noemen, wat heel erg.